Linksogig en rechtsogig
We kennen natuurlijk allemaal het fenomeen rechtshandig en linkshandig. En sommige onder ons merken ook wel dat je linksvoetig of rechtsvoetig kan zijn. Rechtshandigheid gaat vaak gepaard met rechtsvoetigheid, maar soms is er sprake van kruisdominantie. Maar wist je dat je ook links-of rechtsogig bent? Hierbij gebruik je één oog als voorkeursoog. Dit is vaak het oog waarmee je bijvoorbeeld door een sleutelgat kijkt. Maar wanneer je rechtshandig bent, wil dit niet automatisch zeggen dat je ook rechtsogig bent. Gelukkig houden we ons niet zo bezig met het feit wat ons voorkeursoog is. Een handige test wijst uit welk oog je het meeste gebruikt.
Rechtshandig of linkshandig, is dat hetzelfde?
Dat we rechtshandig of linkshandig zijn, is een feit. Sommige mensen hebben helemaal geen voorkeurshand en gebruiken beiden even veel. Ruim 85 tot 90 procent van alle mensen is rechtshandig. Ze gebruiken hun rechterhand het meest, waaronder bij het schrijven. Dit wordt ook wel de voorkeurshand genoemd. Linkshandigheid komt minder vaak voor. Voor een gedeelte is dit erfelijk bepaald. Linkshandig kan vaker binnen één familie voorkomen. Omgevingsfactoren spelen ook een rol. Andere oorzaken zijn nog onbekend.
Linksvoetig, bestaat dat?
Ja, linksvoetig zijn bestaat. Dit houdt in dat er een voorkeursvoet wordt gebruikt, zoals bij het schoppen tegen een bal. Vaak gaat linksvoetigheid samen met linkshandigheid. Soms is iemand aangeleerd om de linkervoet als eerste te gebruiken. Zo gebeurt op een paard met zadel stappen met de linkervoet eerst, iets dat een rechtshandige van nature niet zou doen.
Linksogig en rechtsogig, kan het nog gekker?
Onze hersenen werken zeer complex. De linker-en rechterhelft van de hersenen verdelen de functies onderling. Bij linkshandigen werken de hersenhelften net iets anders dan bij rechtshandigen. Dit verklaart waarschijnlijk waarom linkshandige mensen ook vaker linksvoetig zijn. En linksogig. Want ook een voorkeursoog bestaat. Dit is het oog dat we open houden wanneer we een draad door een naald willen krijgen. Of het oog waarmee we door een lens van een camera kijken. Het voorkeursoog wordt altijd open gehouden.
We merken het niet
Vroeger werden linkshandige kinderen gedwongen om met de rechterhand te schrijven. Want dat hoorde zo. Afwijkend gedrag werd niet getolereerd. Dit had als gevolg dat veel linkshandige kinderen met moeite leerden schrijven. Het schrift was onregelmatig en bijna onleesbaar. Dit soort kinderen kreeg al snel de stempel dyslexie opgeplakt. Volledig onterecht. Gelukkig is het tegenwoordig wel anders. Al in de peuter-en kleuterklassen (peuterspeelzaal, groep 1 en 2) wordt gelet op de voorkeurshand van het kind. Met deze hand zal het kind ook gaan leren schrijven.
Met links- of rechtsvoetig houden we ons minder bezig,. Bepaalde vaardigheden worden soms wel aangeleerd met de rechter-of de linkervoet (zoals het opstappen op een paard), maar er wordt minder de nadruk op gelegd. Alleen bij voetballers wordt op de voorkeursvoet gelet, net als bij een aantal andere sporten. De gewone mens is er eigenlijk helemaal niet mee bezig met welke voet het eerst wordt gebruikt.
Het laatste waar we aan denken is het voorkeursoog. Omdat we het ook helemaal niet opmerken. Er zijn maar weinig situaties te bedenken waarbij het uitmaakt wat je voorkeursoog is. Of je nu links- of rechtsogig bent, het maakt de maatschappij niet uit.
Testen wel oog je het meest gebruikt
Het oog waarmee we het vaakst door een camera kijken, is het voorkeursoog. Maar het is ook met een test te bepalen. Maak met één hand van de duim en wijsvinger een cirkel. Houdt de arm gestrekt en kijk met
beiden ogen door de cirkel naar een klein voorwerp verderop. Je zal merken dat dit moeilijk is, maar verschuif de cirkel dusdanig zodat het 'lekker' aanvoelt voor de ogen. Houdt de cirkel in deze [positie en knijp de ogen een voor een dicht. Het oog waarmee je het voorwerp door de cirkel ziet, is het voorkeursoog. Het oog waarmee je het voorwerp buiten de cirkel ziet, is
niet het voorkeursoog.
Ik ben rechtshandig en linksogig (of andersom)
De meeste mensen die rechtshandig zijn, zijn ook rechtsogig. De linkerhersenhelft is bij hun dominant. Maar er bestaat ook kruisdominantie. Hierbij kan iemand linkshandig zijn en rechtsogig. Of andersom natuurlijk. De samenwerking tussen hersenen en ledematen en zintuigen loopt ook kruislings. Maar dit verklaart nog niet de verschillende combinaties. Want de linkerhersenhelft kan dus dominant zijn, waarbij je alles met rechts doet. De rechterhelft dominant? Dan doe je alles met links. Maar de kruisdominatie zorgt voor soms vreemde combinaties.
Ook de oren kennen een voorkeur
We gaan nog een stap verder: je kan ook linksorig of rechtsorig zin. Dit is het oor dat je gebruikt wanneer je een voorwerp wil beluisteren. Of wanneer je je oor tegen de muur legt om te luistervinken (afluisteren). Ook is dit het oor waarmee je belt. En soms is dit weer niet logisch. Want iemand die rechtshandig is, zou dan ook het rechteroor gebruiken. De telefoon wordt alleen gewisseld wanneer we iets met rechts moeten schrijven. Op dat moment zetten we de beiden hersenhelften flink aan het werk. Maar toch zijn er mensen die standaard de telefoon links hebben, terwijl ze rechtshandig zijn. Omdat dit toch net even lekkerder voelt.
En zo zijn er veel combinaties te maken. Voor een linkshandige zijn de volgende combinaties mogelijk:
- Linkshandig, linksvoetig, linksogig, linksorig
- Linkshandig, rechtsvoetig, linksogig, linksorig
- Linkshandig, linksvoetig, rechtsogig, linksorig
- Linkshandig, linksvoetig, linksogig, rechtsorig
- Linkshandig, rechtsvoetig, rechtsogig, linksorig
- Linkshandig, rechtsvoetig, linksogig, rechtsorig
- Linkshandig, rechtsvoetig, rechtsogig, rechtsorig
- Linkshandig, linksvoetig, rechtsogig, rechtsorig
Voor rechtshandige gelden de zelfde combinaties, maar dan met rechtshandig voorop. In totaal zijn er dus 16 combinaties mogelijk.