Het Hart, de motor van het lichaam

Als je bijvoorbeeld door een ziekte een nier of long moet missen, kan je nog normaal verder leven. Maar bij het hart is het een kwestie van een ander hart krijgen en met de donorregistratie in Nederland loopt het – zo is algemeen bekend – niet super. Toch is de medische wetenschap inmiddels erg ver en zijn er uiteenlopende mogelijkheden om het hart “te repareren”. Hoe ziet het hart er eigenlijk uit?
Ligging en opbouw van het hart
Het hart heeft, in tegenstelling tot het welbekende hartje, een asymmetrische vorm. Het hart bevindt zich links van het midden in de borstholte tussen de longen en wordt beschermd door het borstbeen. Doordat het hart wat meer links van het midden ligt is de linker long ook kleiner dan de rechterlong. Aan de onderkant grenst het hart aan het middenrif. Het middenrif vormt weer een soort grens tussen de borst- en buikholte.Het hart omgeven door het hartzakje, weegt zo’n 300 gram en bestaat uit een pompgedeelte en een stimulerend gedeelte. De wand van het hart is opgebouwd uit een viertal lagen:
- endocard
- myocard
- epicard
- pericard (dit is het hartzakje)
Verder heeft het hart 2 boezems/2 kamers, via de rechterboezem verzamelt zich zuurstofarm bloed (komt van de kransslagaders) in de rechter hartkamer, wat doorgepompt is tijdens de samentrekking van de boezem. Het bloed wat nu weer van zuurstof wordt voorzien wordt verzameld via de linkerboezem in de linker hartkamer en van daaruit door de aorta naar de rest van het lichaam doorgepompt. Maak de cyclus door de aderen van het lichaam en komt via de rechterboezem weer terug om de cyclus opnieuw te doorlopen.
Tussen de boezems en de bijbehorende hartkamers zitten de hartkleppen. Deze hartkleppen vindt je ook tussen de kamers en de slagaders.
Hartinfarct
Door zuurstofgebrek kan er een stukje van het weefsel afsterven. Dit komt dan door een ontoereikende bloedtoevoer.Een hartinfarct ontstaan over het algemeen als een ader geheel of grotendeels afsluit. Dit kan weer veroorzaakt worden door of een embolie (een bloedprop die zich ergens vastzet in de ader) of trombose (bloed dat gaat stollen en daarmee de ader verstopt/afsluit).
Bovenstaande oorzaken voor een hartinfarct kunnen in principe overal in het lichaam ontstaan, maar vaak is het de kransslagaderen die een verstopping opleveren en daarmee geen of onvoldoende bloed naar de hartspier doorlaten.