Specialist: de gynaecoloog

Een gynaecoloog houdt zich voornamelijk bezig met de behandeling van vrouwenziekten en zwangerschappen. De meeste mensen zullen een gynaecoloog dan ook associëren met zwangerschap en bevallingen. Toch houdt hij of zij zich ook bezig met andere zaken, zoals de behandeling van afwijkingen en ziekten rond onze geslachtsorganen.

Gynaecoloog worden

Om gynaecoloog te kunnen worden moet je een langdurig traject gaan volgen. Als eerste moet je op het voortgezet onderwijs je VWO diploma halen. Hierna zul je toegelaten moeten worden tot de studie geneeskunde. Dit is een zogenaamde lotingstudie, wat betekent dat je moet deelnemen aan een loting voordat je mee mag doen aan de studie. Als je eenmaal bent ingeloot, begin je aan de opleiding, welke in totaal 6 jaar duurt. Als je de opleiding hebt afgesloten, ben je opgeleid tot basisarts. Na deze opleiding zul je je moeten specialiseren tot gynaecoloog. Dit doe je door de opleiding Assistent Gynaecologie In Opleiding (AGIO) te volgen. Hiervoor moet je doorgaans eerst solliciteren. De opleiding duurt ook 6 jaar en is verdeeld in drie delen: voortplantingsgeneeskunde, verloskunde en gynaecologie. Na de opleiding ben je gynaecoloog.

Tijdens de beide opleidingen ga je een hele hoop leren. Als eerste word je natuurlijk basisarts doordat je de opleiding geneeskunde volgt. Hier leer je om te gaan met patiënten en word je op de hoogte gesteld van de algemene beginselen van de geneeskunde. Je leert analyseren en problemen en klachten oplossen en verbeteren. Bij de AGIO opleiding ga je gespecialiseerder te werk. Zo leer je meer over de voortplanting en de voortplantingsorganen van de vrouw en leer je afwijkingen en aandoeningen te analyseren en zo mogelijk te genezen. Het onderdeel voortplantingsgeneeskunde is voornamelijk toegespitst op het helpen van vrouwen die moeite hebben met zwanger raken. Het onderdeel verloskunde leert je hoe je om moet gaan met bevallingen en hoe je vrouwen begeleidt die zwanger zijn. Het laatste onderdeel, de gynaecologie, leert je meer over ziekten rond de voortplantingsorganen en over hoe je afwijkingen en aandoeningen het beste behandelt. Denk hierbij bijvoorbeeld ook aan de behandeling van baarmoederhalskanker!

In behandeling bij de gynaecoloog

De gynaecoloog is gespecialiseerd in de behandeling van vrouwen. Hij of zij behandelt de vrouwen omdat ze problemen hebben met de zwangerschap, klachten hebben rond de geslachtsorganen of vrouwen die afwijkingen hebben. Vaak worden vrouwen met klachten doorverwezen door een huisarts.

Aller eerst komt je bij de gynaecoloog voor een intake gesprek, een startgesprek. Hierbij leg je uit wat je klachten zijn en zal de gynaecoloog proberen te analyseren waar de klachten vandaan komen en hoe dat te behandelen valt. Er wordt mogelijk al een behandelplan opgesteld en de gynaecoloog bespreekt met jou de vervolg stappen. Vaak is het nodig om het lichaam nader te onderzoeken, dit gebeurt vaak door een lichamelijk onderzoek te doen. Dit onderzoek bestaat meestal uit één of meerdere van de volgende stappen: het speculumonderzoek, het inwendige onderzoek en het gynaecologisch echoscopisch onderzoek.

Bij het eerste onderzoek, het speculumonderzoek, wordt er door de gynaecoloog gewerkt met een speculum, ook wel bekend als een eendenbek. Dit is een instrument (meestal van metaal) voor inwendig onderzoek. De speculum wordt voorverwarmt en wordt in je vagina geplaatst. De gynaecoloog kan nu, natuurlijk niet zeer gedetailleerd, kijken of er iets mis is. Hij of zij kan tevens een uitstrijkje of een kweekje afnemen. De eendenbek gaat pas in de vagina helemaal open, hierdoor komt de baarmoedermond bloot te liggen. Met een spateltje neemt de gynaecoloog nu wat cellen van de baarmoederhals. De eendenbek wordt weer gesloten en er uitgehaald. De gynaecoloog heeft wat hij of zij nodig heeft.

Bij het inwendige onderzoek toucheert (voelen met de handen) de gynaecoloog je vagina. De gynaecoloog kan nu bijvoorbeeld voelen hoe een kind in de baarmoeder ligt en of er bijvoorbeeld afwijkingen zijn aan de baarmoeder of de vagina. Tijdens de behandeling lig je op een behandeltafel en heb je je benen een beetje opgetrokken. Probeer, ook tijdens het speculumonderzoek, voldoende te ontspannen.

Het gynaecologisch echoscopisch onderzoek, ook wel een echo genoemd, wordt tegenwoordig vaak gebruikt. De gynaecoloog brengt nu een geleider (de echo) in de vagina en leidt deze naar de baarmoeder toe. Zo kan de gynaecoloog afwijkingen aan de baarmoeder, eierstokken en eileiders zien en dit eventueel later behandelen. Een andere vorm van echo, is de uitwendige echo. Door middel van geluidsgolven, kan de gynaecoloog met een apparaat op je buik een echo maken. Dit gebeurt vooral bij zwangere vrouwen.