De oorsprong en gevolgen van de sigaret
Nooit meer zonder de sigaret. Wat ooit een wondermiddel leek te zijn, bleek op de lange termijn een dodelijk gif. Een gezonde sigaret met dezelfde smaak en sensatie als een vetrouwd schadelijk exemplaar: het zou voor de verstokte roker de ultieme uitvinding zijn. Maar kan zoiets eigenlijk wel?
De elektrische sigaret
De nieuwe aanwinst van veel rokers is de elektrische sigaret. Mensen reduceren soms van 2 pakjes per dag, tot 1 ampul per dag. Wat is deze electrische sigaret eigenlijk? Het is een staafje met een batterij, ingebouwde elektronica, een mondstuk en een vervangbare nicotineampul. Hij lijkt op een echte sigaret, maar er wordt niets in verbrand. Er zit niet eens tabak in. De roker steekt deze sigaret niet aan, maar hij neemt gewoon een hijs. Hierdoor activeert het eektrische mechanisme, dat een beetje van de vloeibare nicotine verhit. Vervolgens inhaleert de roker de nicotinedamp. Een ampul gaat 300 trekjes mee.
De makers van deze sigaretten prijzen het product aan als een sociaal en gezond alternatief voor roken. Ze claimen dat er geen schadelijke rook vrijkomt en dat rokers geen giftige chemicaliën binnenkrijgen. Veel mensen die overstappen op deze elektrische sigaret zien het als een grote stap vooruit. Ze vinden dat ze anderen niet meer tot last zijn met hun stinkende walmen rook en zelf zijn ze de kankerverwekkende stoffen kwijt.
Light rookt niet lichter
De elektrische sigaret is de meest recente poging een 'gezondere' sigaret op de markt te brengen. Veel probeersels gingen het apparaat voor. Het verlangen naar zo'n sigaret is groot. Tabaksrook bevat meer dan 4700 bestanddelen waar er tenminste 43 van bekend staan als kankerverwekkend. In 2003 stierven in Nederland meer dan 20.000 mensen aan de gevolgen van roken. Een 'gezonde' sigaret zou de ultieme uitvinding zijn. Voor de volksgezondheid, maar ook voor de portemonnee van de uitvinder.
In de jaren vijftig bleek voor het eerst uit onderzoek dat roken longkanker kan veroorzaken, en dat die kans groter is naarmate iemand meer rookt. Sigarettenfabrikanten sprongen met hun ontwikkelingen in op de gezondheidszorgen van de consument. Ze propageerden filters, die toen al bestonden, als hét middel om de schadelijke effecten van roken te verminderen. Ook pasten ze de filters op allerlei manieren aan om ze nog beter hun werk te laten doen. Maar volgens critici interesseerden de fabrikanten zich helemaal niet in de gezondheid van rokers, maar wilden ze alleen de verkoop verhogen. Eind jaren zestig kwam een filter met ventilatiegaatjes op de markt. De rook vermengt zich daardoor tijdens het inhaleren met lucht. Gevolg: de teer- (een verzamelnaam voor alle vaste deeltjes in tabaksrook) en nicotineconcentraties schoten omlaag. Onder de noemer 'lichte sigaretten' kwamen allerlei teer en nicotine-arme peuken. Maar de gepropageerde gezondheidseffecten van die sigaretten bleken niet te bestaan. De lagere meetwaarden voor teer en nicotine kwamen naar voren uit onderzoek met rookmachines. Deze apparaten nemen altijd even lange en sterke hijsen, onafhankelijk van welke sigaret ze roken. Maar mensen blijken sigaretten met minder teer en nicotine heel anders te roken. Om toch aan zijn nicotinebehoefte te voldoen, zuigt een roker veel intensiever. Hij hijst langer, vaker en dieper aan zijn sigaret. De aangegeven teer- en nicotinegehaltes op de verpakking van rookwaar zijn daarom geen goede voorspellers van wat een roker echt binnen krijgt.
Hightech is schoner?
Naast de pogingen om gewone sigaretten wat minder schadelijk te maken, experimenteerde een aantal fabrikanten met hightech rookvrije sigaretten. Vanaf eind jaren tachtig kwamen verschillende versies op de markt, al dan niet aangedreven door batterijen. Door de tabak te verhitten in plaats van te verbranden, zouden veel minder schadelijke stoffen vrijkomen. Maar andere schadelijke stoffen kwamen juist weer in hogere concentraties voor. Koolmonoxide bijvoorbeeld. Daarbij vonden de rokers deze sigaretten meestal niet lekker. Volgens een rapport van het Amerikaans Institute of Medicine uit 2008, hebben al die producten wel de potentie om minder schadelijk voor de gezondheid te zijn. Maar het probleem is dat een lagere uitstoot van schadelijke stoffen niet per definitie gezondheidsvoordeel oplevert. Net als bij het roken van lichtere sigaretten en peuken met filter kan dit door het aangepaste rookgedrag van de gebruiker vies tegenvallen.
Bovendien kan het mensen ten onrechte het idee geven dat ze 'gezond' roken. Critici zien hier een groot gevaar in: mensen die anders misschien zouden stoppen met roken, houden door dit valse idee vast aan de slechte gewoonte. Want rokers van minder schadelijke sigaretten krijgen misschien minder giftige stoffen binnen, maar elke hoeveelheid is nog steeds schadelijk. Niet roken is nog altijd de enige manier om gezond te roken.
Peuk als geneesmiddel
De elektronische sigaret lijkt een heel nieuw terrein aan te boren. Deze poging tot een gezondere sigaret bevat namelijk in tegenstelling tot voorgaande producten helemaal geen tabak. Het apparaatje valt dan ook niet onder de tabakswet. Volgens de inspectie voor de gezondheidszorg is het een geneesmiddel. Het zou dus in het rijtje van de nicotinepleisters en -kauwkom thuishoren, bedoeld om rokers van hun gewoonte af te helpen. Maar of dat gaat werken? Hoogleraren zeggen dat het apparaat niet gezond is, hooguit minder toxisch. Bovendien kom je er niet mee van je nicotineverslaving af zeggen ze. De relatie met tabak is volgens hen te groot. Je blijft als het ware in hetzelfde schuitje zitten, want de stap naar tabak is zo gemaakt.
Geschiedenis van roken
1500 voor Christus
Rond deze tijd was het roken al in zwang. Aan de monding van de Amazone in Brazilië zijn pijpresten gevonden. Naar schatting stammen die uit 1500 voor Christus. De plant komt oorspronkelijk alleen in Zuid-Amerika voor.
1492
De ontdekkingsreiziger Colombus beschreef als eerste de gewoonte van het tabak roken in Amerika. In zijn reisverslag schreef hij over 'mensen die een brandende tak in hun hand hielden en zichzelf daarmee bewierookten'.
1518
Bemanningsleden van Colombus namen de plant mee naar Europa. Een van hen, de Spanjaar Rodrigo de Jerez, begon zelf ook te roken. Zijn dorpsgenoten waren zo bang voor de rook uit zijn mond en neus dat ze Rodrigo de Jerez van tovenarij beschuldigdden en hem 7 jaar in de gevangenis gooiden.
1560
De Franse ambassadeur Jean Nicot in Lissabon stuurde een tabaksplant naar Frankrijk. Hij propageerde tabak als een wonderkruid dat alles genas, van schurft en verkoudheid tot reuma, koorts, slangenbeten, zweren en syfillis. In een razend tempo veroverde de plant heel Europa. De tabaksplant kreeg de naam Nicotania, naar Jean Nicot vernoemd.
1615
In Utrecht kwam de Nederlandse tabaksteelt van de grond. Later volgden ook Gelderland en Overijssel. Aan het eind van de 18e eeuw hield de Nederlandse tabaksteelt vrijwel op. Hollandse tabak werd met name gebruikt voor pruimen en snuiven. Maar snuiven was uit de mode geraakt, en voor de steeds populairdere sigaren was deze tabak ongeschikt.
1630
Inmiddels stond in China Onthoofding als straf op het verkopen van rookwaar. Ook in Rusland en Turkije werd roken niet op prijs gesteld. De beul ontfermde zich over betrapte rokers en boorde een gat in hun neus of sneed hun reukorgaan af.
Paus Urbanus VIII vaardigde een rookverbod in de kerk uit. Zijn opvolger Innocentius X herhaalde dit verbod in 1650. Tabak werd namelijk gezien als lichamelijk genot en dat was des duivels.
1880
In Amerika wordt de eerste sigarettenmachine uitgevonden. Het apparaat produceerde 200 voorgerolde sigaretten per minuut.
1930
De eerste filtersigaretten werden gemaakt. Het doel van de filter was te voorkomen dat de roker stukken tabak in zijn mond kreeg.
2002
Tabaksreclame wordt bijna volledig verboden. Op 1 januari 2003 wordt het reclameverbod uigebreid met kranten en tijdschriften. Alleen in tabakszaken mag nog reclame worden gemaakt voor rookwaren.
2008
De hele horeca moet per 1 juli 2008 rookvrij zijn. Horecapersoneel krijgt dan dezelfde bescherming als andere werknemers. Horecagelegenheden mogen wel afgesloten rookruimtes maken, maar hier mag het personeel niet bedienen.