Kunstmatige voeding en sondevoeding
Sondevoeding en kunstmatige voeding wordt toegediend wanneer een patiënt niet voldoende kan eten om aan te sterken, te herstellen of gezond te blijven. Sondevoeding wordt toegediend via de maag of de darmen, kunstmatige voeding wordt via de aderen toegediend. Dit laatste is bedoeld voor mensen waarvan het maag-darmkanaal niet meer werkt of onvoldoende werkt. Sondevoeding kan vaak zelf thuis toegediend worden.
Wat is kunstmatige voeding?
Kunstmatige voeding, oftewel parenterale voeding, is een vloeibare voeding die per infuus wordt gegeven, en direct in een ader wordt toegediend. Het wordt gegeven wanneer een patiënt via het maag-darmstelsel onvoldoende voeding en vocht tot zich kan nemen.
Wat is sondevoeding?
Sondevoeding is een dunne vloeibare voeding, die direct in de maag of in de darmen terecht komt middels een sonde. Sondevoeding wordt toegediend middels de neus, waarbij een slangetje via de neus, keel en slokdarm de maag inloopt. Sondevoeding kan ook toegediend worden middels een PEG-sonde of PEG-katheter. Via de buikwand wordt de sondeslang in de maag of in de darmen gebracht. Deze laatste methode geeft minder vaak klachten dan bij de methode met de neus-maagsonde.
Waarom kunstmatige voeding of sondevoeding?
In sommige gevallen is de patiënt sterk in gewicht gedaald of kan deze zelf niet voldoende in gewicht aankomen. Een gezond gewicht is nodig voor een goed herstel na ziekte, of om het lichaam in goede conditie te houden. Wanneer de patiënt zelf niet in staat is om voeding tot zich te nemen, kan besloten worden om over te gaan op kunstvoeding of sondevoeding. Sondevoeding kan alleen toegediend worden wanneer de patiënt een gezond of werkend spijsverteringskanaal heeft. Wanneer dit niet het geval is, zal overgegaan moeten worden op kunstmatige voeding.
Sondevoeding wordt meestal in de nacht gegeven naast de voeding die de patiënt overdag zelf tot zich neemt. Kunstmatige voeding die via de aderen wordt toegediend, is vooral voor patiënten die het maag-darmstelsel niet meer kunnen gebruiken, zoals bij bepaalde vormen van kanker of grote defecten. Ook na een operatie of bij mensen die in coma liggen, wordt vaak kunstmatige voeding toegediend. Ook bij een grote verbranding is kunstmatige voeding soms nodig.
Zelf de sondevoeding toedienen
Mensen die sondevoeding toegediend krijgen, zijn meestal in staat deze zelf toe te dienen. In sommige gevallen zal men ook overdag sondevoeding nodig hebben: in deze gevallen is er een speciale rugzak aanwezig om de sondevoeding met zich mee te dragen.
De sondevoeding zit in een plastic zak of pack, en moet worden aangesloten op de sonde via het toedieningssysteem. Hierbij moet men zeer hygiënisch te werk gaan: handen wassen, benodigdheden klaar leggen op een schoon oppervlak en sondevoeding niet langer dan 24 uur bewaren. Door iedere dag de sondevoeding te verwisselen, is er geen extra onderhoud nodig.
De snelheid waarmee de sondevoeding de maag of de darmen inloopt, kan geregeld worden middels de rolregelklem. Wanneer de sondevoeding te snel inloopt, treedt er vaak misselijkheid bij de patiënt op. Wanneer de sondevoeding niet goed doorloopt, kan het zijn dat de sondeslang bekneld is geraakt. Een andere houding aannemen kan dit verhelpen. Ook kan het voorkomen dat de rolregelklem niet goed staat afgesteld.
Het wordt afgeraden om medicijnen via de sonde toe te dienen, tenzij de arts anders voorschrijft. Wanneer de sonde verstopt is geraakt door het toedienen van medicijnen of om een andere reden, kan deze doorgespoeld worden met een koolzuurhoudende drank: water of cola.
Kunstmatige voeding wordt meestal in het ziekenhuis toegediend. Wanneer iemand gedurende langere tijd kunstmatige voeding nodig heeft, kan dit eventueel ook thuis worden toegediend.
Complicaties die kunnen optreden
Een neus-maagsonde kan irritatie aan de keel of de slokdarm geven. Een sonde die is ingebracht via de buikwand kan soms gaan ontsteken op de plek waar er een gaatje in de buikwand is gemaakt. Daarom moet deze plek altijd goed hygiënisch verzorgd worden. Wanneer een ontsteking wordt opgemerkt, moet deze behandeld worden.
Bij kunstmatige voeding via de aderen kan er een vaatontsteking ontstaan. Ook kan er een trombose in de ader ontstaan. Soms treedt er koorts op of spierpijn. Maagdarmklachten kunnen ook voorkomen, net als benauwdheid. Deze klachten moeten altijd aan de arts gemeld worden. Blijf niet met deze klachten rondlopen: vaak kunnen ze goed verholpen worden. Bovendien kan het niet behandelen van deze klachten vaak leiden tot ernstigere klachten of een grotere ontsteking.
Het moet nog opgemerkt worden dat sondevoeding en kunstmatige voeding geen smaak heeft: proeven doen we met de mond (smaakpapillen) en met de neus (geur) Voeding die rechtstreeks in de maag of in de aderen wordt toegediend, geeft dus geen smaak af. Sondevoeding die via de maag weer omhoog komt, zal melkachtig smaken.
Voor kinderen is er wel vaak sondevoeding met een smaakje. Volkomen nutteloos, maar voor kinderen kan het wel helpen om mee te werken.