Voedselintoleranties oorzaak van een verstoorde darmflora?
De darmen worden niet voor niets de spiegel van onze gezondheid genoemd. Als er in onze darmen geen harmonie heerst tussen de goede en de slechte bacteriën heeft dat een weerslag op heel ons lichaam. Een onevenwicht in de darmflora kan leiden tot talloze aandoeningen gaande van diarree, eczeem en migraine tot chronische vermoeidheid, artritis en een sterk verzwakte immuniteit. Goede darmbacteriën stimuleren de aanmaak van immunoglobuline A dat ons beschermt tegen ziekteverwekkers en allergenen. Goede bacteriën zorgen ook voor een optimale opname van vitamines en mineralen. Wanneer de goede bacteriën in de verdrukking komen, krijgen de slechte bacteriën de kans om over te gaan tot een ware guerrilla in ons lichaam. Heel goed luisteren naar je lichaam en eten wat bij je past, helpt het broze evenwicht in je darmen te bewaren.
Hoe raakt onze darmflora verstoord?
Dat onze darmflora kan verstoord worden door het gebruik van antibiotica is alom gekend. Maar de belangrijkste factor die voor een overbevolking van ongunstige bacteriën in onze darmen zorgt, is een verstoorde vertering van de voeding die wij tot ons nemen. Een slechte vertering van tijdelijke aard kan bijvoorbeeld uitgelokt worden door een maag-darminfectie of door een stress.
Deze verstoring kan in stand gehouden worden door het soms in grote hoeveelheden nuttigen van voedsel dat op dat moment moeilijk verteerbaar is. Onverteerde voedselresten worden bijzonder geapprecieerd door de slechte bacteriën die zich naar hartenlust gaan vermenigvuldigen. De verstoorde darmflora zorgt voor tijdelijke intoleranties die dan op hun beurt het ongunstige darmmilieu onderhouden en zo nog meer intoleranties in de hand werken en zo belandt men in een vicieuze cirkel.
Lactose- en andere intoleranties
De bekendste en makkelijkst op te sporen intolerantie is de lactose-intolerantie. Met het ouder worden daalt bij de meeste mensen de aanmaak van lactase, een enzym dat voor de afbraak van melksuiker zorgt. Wanneer dit tekort uitgesproken is, ontstaat lactose-intolerantie of het onvermogen lactose, een suiker die in melk voorkomt, te verteren. Men krijgt dan na het nuttigen van melkproducten allerlei klachten: krampen, diarree, misselijkheid, winderigheid, hoofdpijn, een grieperig gevoel. Het overaanbod van onverteerde lactose komt in de darm terecht waar het een ideale voedingsbodem vormt voor ongunstige micro-organismen. Slechte bacteriën krijgen de overhand, de darmflora is verstoord. Lactose-intoleranties kan makkelijk opgespoord worden via een ademtest bij de gastroloog. Er bestaan echter nog vele andere intoleranties die vaak elkaar in de hand werken en moeilijker op te sporen zijn: fructose-malabsorptie, chemische overgevoeligheden, overgevoeligheid voor gluten.
Eliminatiedieet
De oplossing is een tijdelijk, drastisch eliminatiedieet waarbij alle verdachte producten voor een paar maanden volledig van het menu geschrapt worden. Na deze onthoudingsfase worden de producten voorzichtig één voor één weer aan het menu toegevoegd en wordt gekeken of men al dan niet (nog) op deze producten reageert. Zolang het lichaam niet in staat is een bepaald voedingsmiddel te verteren, dient het vermeden te worden. Eet wat bij je past!
Hoe voorkom je voedselintoleranties?
Voorkomen is natuurlijk nog altijd beter dan genezen. De volgende tips kunnen helpen bij het voorkomen van voedselintoleranties:
- De belangrijkste regel is heel eenvoudig: eet gevarieerd!
- Eet telkens kleine hoeveelheden van een voedingsmiddel door zoveel mogelijk te variëren binnen één maaltijd: maak een fruitsla met verschillende fruitsoorten in plaats van slechts één fruitsoort te eten, eet een groentenmix in plaats van een grotere hoeveelheid van één groente. Bij een intolerantie kan je vaak wel nog kleine hoeveelheden verdragen en duiken de problemen pas op wanneer je te grote hoeveelheden van het voor jou moeilijk te verteren product nuttigt.
- Voeg (koude) vetten toe aan je maaltijd (smeer een dun laagje margarine op je boterham, voeg wat koolzaadolie toe aan je warme maaltijd). De passage van het voedsel gebeurt dan trager zodat er meer tijd is voor de vertering ervan.
- Gebruik geen kant-en-klare voeding die veel kleurstoffen, bewaarmiddelen en smaakversterkers bevat
- Vermijd stress, doe aan yoga, mindfullness
- Beweeg voldoende maar niet vlak na de maaltijd. Het is belangrijk dat de maaltijd niet door je spijsverteringskanaal gejaagd wordt maar de nodige tijd en bloedtoevoer krijgt voor de vertering.
- Beperk je suikerinname
- Gebruik indien nodig (bijvoorbeeld bij het gebruik van antibiotica of bij een infectie) probiotica-supplementen. Zij versterken je leger van goede bacteriën.