Choline: functie en bronnen van de voedingsstof
Choline is een belangrijke voedingsstof voor verschillende lichamelijke functies. Zo is choline een belangrijke bouwsteen voor de chemische stof acetylcholine, een belangrijke neurotransmitter. Acetylcholine is verantwoordelijk voor een goede hersenfunctie en is essentieel voor het geheugen en de gemoedstoestand. Ook zorgt acetylcholine voor een goede spierfunctie. De stof choline is verder noodzakelijk voor een gezonde lever, doordat de stof zorgt voor de afbraak en de transport van vetten in de lever. Het is een voedingsstof die in kleinere hoeveelheden in het lichaam zelf aangemaakt wordt, maar daarnaast is het noodzakelijk om aanvullende hoeveelheden via voeding binnen te krijgen. Dit maakt choline tot een semi-essentiële voedingsstof.
Belangrijke voedingsstof
Choline is een belangrijke voedingsstof die tot het vitamine B-complex wordt gerekend, ondanks dat de stof niet officieel geclassificeerd is als vitamine. Choline wordt gezien als semi-essentiële voedingsstof, een halfvitamine. Het lichaam maakt zelf kleine hoeveelheden choline aan in de lever, maar deze hoeveelheden moeten echter worden aangevuld met voedingstoffen uit plantaardige en/of dierlijke vetten. Pasgeboren baby's zijn niet in staat om zelf choline aan te maken, daarom wordt de stof toegevoegd aan babyvoeding.
Functie van choline
Choline ondersteunt verschillende belangrijke lichamelijke functies, onder andere die van de lever, de spieren en de hersenen.
Choline als bouwstof voor acetylcholine
Choline is een van de weinige voedingsstoffen die door kan dringen in het bloedvatenstelsel van het hersenweefsel, de zogenaamde bloed-hersenbarrière. In de hersenen is choline een belangrijke bouwstof voor acetylcholine, een neurotransmitter. Deze stof is mede verantwoordelijk voor de gemoedstoestand, leerprestaties en het geheugen. Verder zorgt de stof voor de prikkeloverdracht van zenuwcellen naar de spiercellen. Hiermee is acetylcholine essentieel voor een goede ademhaling, de hartslag, de gemoedstoestand en de spiercontrole. Een tekort aan acetylcholine kan zorgen voor mentale achteruitgang en kan er tevens voor zorgen dat spieren minder goed functioneren. Bij patiënten met de ziekte van Alzheimer is ontdekt dat zij lagere waarden van acetylcholine hebben. De stof vormt de basis van medicatie die ingezet wordt tegen deze ziekte alsmede tegen Parkinson-dementie en Lewy body-dementie. Voldoende inname van choline is dus van groot belang voor een gezonde hersenfunctie.
Een gezonde lever
Choline is een lipotrope stof, de stof helpt de lever bij de afbraak van vetten (lipiden). Door het kleiner maken van de vetmoleculen, verloopt het vettransport van de lever naar de andere lichaamscellen makkelijker en kan onder andere cholesterol zich minder goed in de aderen vastzetten. Bij onvoldoende choline worden cholesterol en triglyceriden niet goed afgevoerd en stapelen de vetten zich op in de lever en kan er een niet-alcoholische leververvetting ontstaan. Dit proces is omkeerbaar door onder andere inname van extra choline, via voeding of supplementen.
Homocysteïnestofwisseling
Choline is net als foliumzuur, vitamine B6 en B12, betrokken bij de homocysteïnestofwisseling. Homocysteïne is een lichaamseigenstof die vrijkomt bij de stofwisseling van eiwitten door het aminozuur methionine. Bij het goed functioneren van het menselijk lichaam wordt homocysteïne met behulp van onder andere foliumzuur, vitamine B6 en B12 en betaïne weer omgezet in methionine of afgebroken. Een stoornis in de homocysteïnestofwisseling kan ontstaan door een gendefect, maar ook door bepaalde tekorten aan voedingsstoffen zoals: foliumzuur, B6, B12 en choline. De stof choline wordt in de lever omgezet in een methyldonor: betaïne. Deze stof zorgt samen met andere stoffen voor de omzetting van homocysteïne in methionine of voor de afbraak van homocysteïne (methyleren). Wanneer homocysteïne onvoldoende wordt afgebroken, ontstaat er een te hoge concentratie van de stof in het bloed (hyperhomocysteïne) en dit is onder andere schadelijk voor het hart en de bloedvaten.
Bronnen van de voedingsstof choline
In voedingsmiddelen kan choline zowel in vrije vorm voorkomen als in een gebonden vorm: lecithine (fosfatidylcholine).
Voedingsmiddelen
Voedingsmiddelen met choline en/of lecithine zijn onder andere:
- noten en zaden: pistache, amandelen, pinda
- koolsoorten: broccoli, spruitjes, bloemkool
- vis: zalm, garnalen
- vlees: rund, kip, lever
- eieren
- paddestoelen
- bonen: sojabonen, kidneybonen
- zuivelproducten: kaas en melk
- hele granen: amarant en quinoa
Supplementen
Een cholinesupplement kan onder andere zinvol zijn voor mensen met een leververvetting, mensen die een (vetarm) dieet volgen, vegetariërs, veganisten, zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven.
Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid
In 1998 werd, in de Verenigde Staten, choline voor het eerst erkend als vitamine en werd door the Institute of Medicine een dagelijkse inname geadviseerd. In 2016 volgt the European Food Safety Authority (EFSA) met een advies van 400 mg per dag voor volwassenen, 480 milligram voor zwangere vrouwen en 520 milligram voor vrouwen die borstvoeding geven. In 2018 stelt de Gezondheidsraad een adequate inname (AI) van 400 milligram voor volwassenen vast en houdt hierbij rekening met de Europese richtlijnen van de EFSA.
Tekort aan choline
Door gezond en gevarieerd te eten, zal een tekort aan choline niet voorkomen. Wel hebben onder andere grote hoeveelheden cafeïne en alcohol een negatief effect op de hoeveelheid choline. Tijdens zwangerschap en borstvoeding is een hogere inname van choline nodig.
Te veel aan choline
Volgens het Voedingscentrum kan bij inname van meer dan 7 gram choline per dag hypotensie (lage bloeddruk) optreden. Evenals overmatig transpireren, misselijkheid en een visachtige lichaamsgeur.