Omrollen is belangrijk voor de ontwikkeling van een baby

Een baby leert zich te verplaatsen wanneer hij begint met omrollen. Hij gebruikt dan bijna alle spiergroepen en moet deze dus onder controle hebben. Omrollen is belangrijk voor de ontwikkeling van een baby. Zo leert hij om te kruipen, te lopen en zijn evenwicht te bewaren. Bijna alle baby's rollen eerst van de rug op de zij, daarna op de buik en na enige oefening weer terug naar de rug. De meeste baby’s beginnen ergens tussen de drie en zes maanden met omrollen en rond negen maanden kunnen ze alle kanten op rollen.

Waarom rolt een baby zich om?

Een baby moet leren om zich te verplaatsen, omrollen is de eerste stap in deze ontwikkeling. Het is ook een belangrijke stap want hij heeft het nodig om te leren zitten, kruipen, staan en lopen. Daarnaast leert een baby zijn evenwicht te bewaren. Om te kunnen rollen moet een baby de controle hebben over zijn spieren. Hij gebruikt bijna alle spiergroepen hierbij.

Het omrollen

Meestal beginnen baby’s met het rollen van de rug op de zij. Dit begint ergens tussen de drie en zes maanden maar er zijn uitzonderingen. Sommige baby’s ontwikkelen zich sneller, bij andere baby’s verloopt de ontwikkeling wat langzamer. Te vroeg geboren baby’s beginnen vaak wat later met omrollen. Elk kind zal zich op zijn eigen manier en in zijn eigen tempo ontwikkelen.

Van de buik naar de rug

De pogingen om te rollen verlopen steeds soepeler door het vele oefenen. De meeste baby’s rollen van de buik naar de rug en van de rug op de buik. Een baby die zich van de rug op de buik kan rollen, rolt meestal nog niet terug. Dat kan nog wel enkele maanden duren. Rond een maand of negen kan een baby alle kanten oprollen. Dit geeft de ouders meer rust. De baby huilt niet meer wanneer hij terug wil draaien maar hij draait zichzelf om en valt daardoor ook gemakkelijker in slaap. Een baby met veel temperament rolt vaak sneller om dan een rustige of zwaardere baby.

Hoe kun je het omrollen bij een baby stimuleren?

Er zijn verschillende oefeningen die je kunt doen waardoor je het omrollen van je baby stimuleert.

• Leg de favoriete speeltjes van je baby wat verder van hem af zodat hij moeite moet doen om het te kunnen pakken.
• Een baby heeft ruimte nodig om zich te kunnen bewegen. Neem hiervoor een speelkleed en laat de baby hier, met een paar speeltjes, op spelen.
• Om de baby te helpen bij het omrollen leg je het ene been kruislings over het andere been. Het begin is gemaakt, de baby moet nu zelf leren om verder te rollen.
• Leg de baby op de buik. Een baby die op de buik ligt drukt zich op met de armen en tilt het hoofd op. Door deze oefening worden de spieren van het bovenlijf en de nek sterker waardoor het omrollen beter gaat.
• Als de baby op zijn buik ligt leg je het speeltje iets hoger zodat hij dit met één hand pakt en met zijn gewicht naar één kant leunt, hij rolt zo gemakkelijker om.
• Moedig je baby aan als hij een poging doet om zich te draaien en reageer enthousiast wanneer het hem lukt. Een baby is hier gevoelig voor en krijgt plezier in het oefenen.

Omrollen kan gevaarlijke situaties opleveren

Er kunnen gevaarlijke situaties ontstaan op het moment dat een baby zich om kan rollen. Ook als je baby zich nog niet omrolt moet je er rekening mee houden dat het onverwacht kan gebeuren. Leg een baby nooit zonder toezicht op een verhoging. Een baby ziet geen gevaar en rolt zich om wanneer hij dat wil. Hij kan van de verhoging afvallen en zich bezeren of ergens tegen aan stoten.

Omrollen in bed

Zelfs in zijn bedje loopt een baby gevaar wanneer hij woelt en draait. Hij kan zich daardoor vastdraaien in het lakentje of de deken en stikken. Je kunt dit voorkomen door het beddengoed goed in te stoppen aan het voeteneind. Kijk ook af en toe even naar de baby totdat hij in slaap is gevallen.

Een achterstand in de ontwikkeling

Soms hebben baby's een achterstand in hun ontwikkeling waardoor ze niet omrollen. Mogelijke oorzaken van een ontwikkelingsachterstand zijn:

• Problemen met het zicht en gehoor wat niet tijdig wordt opgemerkt.
• Neurologische aandoeningen.
• Een baby te weinig stimuleren.
• Chromosoomafwijkingen. Bij bijv. het syndroom van Down is een baby achter in zijn ontwikkeling.
• Beschadigingen van de hersenen door: een ongeval, zuurstoftekort, infectie, medicijngebruik, alcohol- en en drugsgebruik, epilepsieaanvallen en problemen met de bloedtoevoer.
• Stofwisselingsziekten. Na de geboorte wordt een baby met een hielprik getest op een aantal stofwisselingsziekten. Bij deze stofwisselingsziekten is behandeling mogelijk in een vroeg stadium.

Een lichamelijke oorzaak

Kinderen met een ontwikkelingsachterstand hebben vaak ook problemen met de sociale en emotionele ontwikkeling en met de taalontwikkeling. Dit is mede afhankelijk van de oorzaak en de ernst van de achterstand. Er zijn ook kinderen die alleen een lichamelijke achterstand hebben. Zij lopen een achterstand op door bijv. een spierziekte. Het is niet zo dat kinderen een ontwikkelingsachterstand altijd in kunnen halen. Ze moeten leren omgaan met hun beperking.

De behandeling van een kind met een ontwikkelingsachterstand

In de meeste gevallen is genezing niet mogelijk maar richt de behandeling zich op de ontwikkeling. Het kind leert omgaan met beperkingen. Spelenderwijs wordt de ontwikkeling gestimuleerd door zoveel mogelijk te oefenen zonder het kind te overvragen.
Zorgverleners die helpen bij het stimuleren van de ontwikkeling zijn: een fysiotherapeut, ergotherapeut en revalidatiearts. Ouders kunnen ook ondersteuning krijgen bij het begeleiden van een kind met ontwikkelingsachterstand.