Slaapproblemen bij kinderen: goede slaapgewoonten bevorderen

Het verdient altijd de voorkeur uw kind te laten wennen aan slapen in uw eigen huiselijke omgeving en zonder hulpmiddelen. Zijn kamer dient de slaap te bevorderen maar moet niet zijn ingericht met spulletjes waar hij afhankelijk van is om te kunnen slapen. Eenvoud is hier het sleutelwoord: het zal voor u dan gemakkelijker zijn uw kind ook buitenshuis, bijvoorbeeld tijdens logeerpartijtjes bij familie of vrienden, goed te laten slapen.

Niet te zachtjes doen

Ouders zijn vaak bang dat de geluiden in of buiten het huis hun kind in zijn slaap storen. Maar kinderen worden niet zo snel gestoord door geluid uit de omgeving als volwassenen. Ook is het in het algemeen zo dat wanneer een baby of peuter eenmaal slaapt, er heel wat voor nodig is om hem te wekken. Oudere kinderen zijn vaak wat gevoeliger voor geluid. Toch hoeft u echt niet op uw tenen te lopen, omdat relatieve stilte uw kind gevoeliger kan maken voor geluiden in de buurt van zijn slaapkamer.
Woont u aan een drukke straat, dan is de kans groot dat u bent gewend aan het geluid van het verkeer, en hetzelfde geldt waarschijnlijk voor uw baby of kind. Eigenlijk is dit hetzelfde als het geluid van een stofzuiger of wasmachine, dat jonge kinderen vaak als kalmerend ervaren.

Zet de verwarming niet te hoog

Kinderen hoeven het niet heel warm te hebben om te slapen. Eigenlijk is de ideale slaapkamertemperatuur waarschijnlijk iets lager dan in de rest van het huis: ongeveer 18”C.

Kinderen worden vaak moeilijk rustig als ze het erg warm hebben en het tegenwoordige beddengoed, zoals een donzen dekbed, houdt de warmte rond het lichaam extra goed vast. Dergelijk beddengoed is niet aan te raden voor baby’s onder het jaar, maar als u deze gebruikt voor oudere kinderen kan de temperatuur in de slaapkamer ‘s nachts laag blijven. Een te warme omgeving is een risicofactor voor wiegendood (Sudden infant death syndrome). De beste manier om de temperatuur van het lichaam van uw baby te controleren, is door zijn buik of nek te voelen.

Aangename ruimte

Om goed en blijvend te kunnen slapen, moet uw kind zich veilig en prettig voelen in zijn slaapkamer. U kunt hieraan bijdragen door vertrouwde voorwerpen rond zijn bed of wieg te zetten. Een blije gezinsfoto aan de muur boven het bed werkt tegen bedtijd bijvoorbeeld geruststellend.

Toch kan er ergens een verband zitten tussen het zorgen voor een prettige slaapomgeving en het creëren van verkeerde slaapassociaties. Zo kan een knuffel ervoor zorgen dat uw kind snel in slaap valt, maar kan er ook toe leiden dat hij steeds als hij ‘s nachts wakker wordt een knuffel nodig heeft om weer in te kunnen slapen.

De lichten uit

Baby’s en kinderen moeten onder uiteenlopende lichtomstandigheden kunnen slapen, zowel in het donker
-het meest waarschijnlijk als ze ‘s nachts wakker worden - als bij daglicht, wat in de zomer tot tien uur ‘s avonds kan zijn.

Het verdient de voorkeur kinderen te laten wennen aan het natuurlijke seizoenslicht, in plaats van dit het hele jaar aan uw eigen omstandigheden aan te passen.
Gaat uw kind moeilijk naar bed en wordt hij in de zomermaanden vroeg wakker, dan kunnen dikke gordijnen echter een uitkomst bieden.

Bang in het donker

Misschien is bang zijn in het donker wel de meest voorkomende angst bij kinderen. Vooral jonge kinderen, die nog niet naar school gaan, krijgen zodra het licht uitgaat vaak levendige fantasieën waarin een bed kan veranderen in een kooi, of een schaduw in een monster.

Hoewel kinderen hier uiteindelijk overheen groeien, kan het op het moment zelf betekenen dat ze niet graag naar bed gaan en moeilijk weer inslapen als ze ‘s nachts wakker worden. Maar u kunt er wat aan doen om uw kind te helpen sneller over zijn angst voor het donker heen te komen.

• Maak uw kind duidelijk dat hij veilig is in zijn slaapkamer en praat met hem over iets waardoor hij zijn angst vergeet, zoals een lievelingsspeeltje,
• Laat uw kind zien dat u zijn angst begrijpt maar niet deelt. Zo kunt u bijvoorbeeld zeggen:‘Ik weet datje bang bent maar er kan je niets gebeuren’, of ‘Niet bang zijn, mamma en papa zijn bij je.’
• Zet een nachtlampje in de slaapkamer van uw kind, of laat een lampje in de hal branden zodat er wat licht de slaapkamer binnenstroomt.
• Laat uw kind volgens een vertrouwd en vast schema naar bed gaan, waardoor hij zich zekerder voelt.
• Geef niet toe aan de verleiding om de kamer op monsters of insluipers te controleren als uw kind naar bed gaat om te bewijzen dat die er niet zijn. Dit verlevendigt de fantasie alleen maar.
• Vraag uw kind ‘s ochtends, maar nooit ‘s nachts, zijn angsten te beschrijven. Verzeker hem dat u zelf als kind ook dergelijke angsten kende maar dat u daar snel overheen groeide.