Peuterastma, een aandoening bij baby's en kinderen
Bij een kind zonder astma zijn de luchtwegen wijd genoeg om probleemloos in- en uit te ademen. Bij astma zijn de luchtwegen ontstoken als gevolg van een allergische of virale reactie. Peuterastma is een aandoening waarbij kinderen jonger dan 5 jaar klachten hebben zoals, een piepende ademhaling, benauwd zijn en hoesten. De klachten van peuterastma lijken op 'gewoon' astma. Peuterastma wordt ook net zo behandeld als 'gewoon' astma. Het enige verschil met 'gewoon' astma is, dat de helft van de kinderen over peuterastma heen groeien. De helft van deze kinderen ontwikkelt dus geen 'echt' astma.
Wat is peuterastma?
Aan de binnenkant zijn de luchtwegen bekleed met een dun laagje slijmvlies. Aan de buitenkant worden de luchtwegen omringd door kleine spieren. Bij gezonde kinderen is het slijmvlies rustig en zijn de spieren ontspannen. De lucht kan dan zonder problemen door de luchtwegen naar binnen en naar buiten stromen.
Het probleem bij (peuter)astma is, dat de luchtwegen smaller worden zodra de luchtwegen geprikkeld worden. Tijdens een astma-aanval verkrampen de spieren rond de luchtwegen en zwellen de slijmvliezen op. Daarnaast wordt er meer slijm gevormd. Dit veroorzaakt ademhalingsproblemen zoals benauwdheid, kortademigheid, piepen en hoesten. Kenmerkend voor astma is dat kinderen 'piepen' tijdens de uitademing.
Peuterastma wordt hetzelfde behandeld als 'gewoon' astma. Baby's en kinderen met peuterastma zullen waarschijnlijk jarenlang astma-medicatie moeten gebruiken, Toch is ruim de helft van de patiëntjes blijvend klachtenvrij als ze de leeftijd van 4-6 jaar bereiken. Gelukkig groeien de meeste kinderen er dus overheen. Als kinderen na de leeftijd van 6 jaar nog steeds astmatische klachten hebben, wordt er meestal van uit gegaan dat peuterastma is overgegaan in 'echt' astma. Vanaf de leeftijd van 6 jaar kan er ook een longfunctie-onderzoek gedaan worden. Op jonge leeftijd valt moeilijk te voorspellen welke kinderen met peuterastma, eroverheen groeien.
Wat gebeurt er tijdens een astma-aanval?
De verkramping rond de spieren wordt veroorzaakt door een ontstekingsreactie van het slijmvlies, wat meestal het gevolg is van een virusinfectie. Maar ook allergische prikkels zoals huisstofmijt, huidschilfers (van dieren), pollen en schimmelsporen kunnen een astma-aanval veroorzaken. Daarnaast zijn er ook niet-allergische prikkels die een aanval kunnen veroorzaken. Hier valt te denken aan, tabaksrook, voeding, parfum, chloordamp, luchtvervuiling en het weer. Denk bijvoorbeeld ook aan de overgang van een warme omgeving naar een koude omgeving.
Benauwdheid
Kinderen kunnen tijdens een astma-aanval erg benauwd worden. Kinderen maken dan gebruik van ademhalingsspieren die normaal gesproken niet gebruikt worden. Er kunnen dan intrekkingen te zien zijn tussen de ribben, onder de ribben en onder het borstbeen. Ook kan er een kuiltje in de hals verschijnen tijdens de inademing. Daarnaast gaan kinderen 'piepen' tijdens een uitademing en/of hoesten. Het is erg belangrijk dat ouders de signalen van
benauwdheid herkennen.
Als kinderen ernstig benauwd zijn, verward en onrustig zijn of een blauwe verkleuring van de huid en/of lippen hebben (cyanose), dient er direct medische hulp ingeschakeld te worden.
In eerste instantie kan er gestart worden met een luchtweg-verwijder (bijvoorbeeld Ventolin en/of Atrovent). Het effect hiervan is merkbaar na 15-20 minuten. Het medicijn wordt toegediend in de vorm van pufjes met een voorzetkamer. De meest bekende en meest voorgeschreven voorzetkamer is de aerochamber. De aerochamber heeft verschillende soorten voorzetkamers, afhankelijk van hoe oud het kind is. Ook kan het medicijn toegediend worden via een vernevelaar.
Bij onvoldoende resultaat of bezorgdheid van de ouders/kind dient een arts ingeschakeld te worden. Een arts kan beoordelen wat voor behandeling deze kinderen nodig hebben. Soms wordt astma gescoord aan de hand van een 'astma score' instrument. Dit instrument wordt niet altijd toegepast bij het beoordelen van een kind met astma, maar wordt soms als hulpmiddel gebruikt.
| 1 punt | 2 punten | 3 punten |
Leeftijd | Ademhalingsfrequentie (x/min) |
2-3 jaar | Minder dan 34 | 35-39 | Meer dan 40 |
4-5 jaar | Minder dan 30 | 31-35 | Meer dan 36 |
6-12 jaar | Minder dan 26 | 27-30 | Meer dan 31 |
Vanaf 12 jaar | Minder dan 23 | 24-27 | Meer dan 28 |
Ademarbeid | Omschrijving van respiratoire symptomen |
Saturatie% (ademgeruis) | Normaal of eind-expiratoir piepen (aan het einde van de uitademing) | Expiratoir piepen(bij de uitademing piepen) | In- en expiratoir piepen, verminderd ademgeruis of beide (bij de in- en uitademing piepen) |
Intrekkingen | Geen of intercostaal (tussen de ribben) | Inter- en subcostaal (tussen de ribben en onder de ribben) | Inter- en subcostaal, supraclaviculair (boven het sleutelbeen) |
Dyspnoe (mate van benauwdheid) | Praat in zinnen | Praat in korte zinnen | Woorden/kreunen |
Totale astma score: | 5-7 (Mild) | 8-11 (Matig) | 12-15 (Ernstig) |
http://www.nvk.nl/Portals/0/richtlijnen/acuut%20astma/acuutastma.pdf
Bij ernstige benauwdheid wordt een kind opgenomen. Als het zuurstofgehalte in het bloed van het kind te laag is, dan zal er extra zuurstof worden bij gegeven.
Onderhoudsmedicatie
Naast luchtweg-verwijdende medicatie wordt er meestal ook onderhoudsmedicatie voorgeschreven bij kinderen met peuterastma.
Ontstekingsremmers bestrijden de ontsteking in de luchtwegen en beschermen tegen prikkels. Deze medicijnen moeten elke dag worden ingenomen, ook als er geen aanval is. Onderhoudsmedicatie zorgt er voor dat de klachten verminderen en een aanval uitblijft. Voorbeelden van ontstekingsremmende medicijnen zijn, Qvar, Pulmicort en Flixotide.
Als er een duidelijk verband is tussen allergie-prikkels en astma, dan zal ook de longverpleegkundige bij een kind thuis komen om de mogelijkheden 'om prikkels binnenshuis te vermijden' te bespreken.
Tot slot
Peuterastma is vergelijkbaar met 'gewoon' astma en wordt behandeld met medicijnen. Het verschil met 'gewoon' astma is dat kinderen in meer dan de helft van de gevallen over peuterastma heen groeien. Soms kan een kind zo benauwd worden dat een ziekenhuisopname noodzakelijk is.