Spelen met kinderen
In de dagelijkse sleur van alledag, tussen het opstaan en het naar bed gaan, missen we nog wel eens de kans om op een echt positieve manier met onze kinderen om te gaan: spelen. Het is zo eenvoudig en helemaal niet moeilijk. En het verbeterd de band met je kinderen. Dus waarom doen we het zo wienig? Dat spelen niet moeilijk is en op elk moment kan kun je in dit artikel lezen.
Wat is spel?
Spel is een brede bezigheid. Het kan alleen gedaan worden, met zijn tweeën of met een groep. Het kan overal, in grote en kleine ruimtes en zelfs alleen in je hoofd. Het kan groot zijn, maar ook heel klein. En het wordt eigenlijk altijd met veel plezier, overgave en energie gedaan.
Spel bevat heel veel leerelementen. Een kind dat speelt leert zijn zwakke en sterke punten kennen en dat van eventuele medespelers. Hij oefent zichzelf in geduld en verfijnt zijn motoriek en tactiek. Hij leert zijn plek in de wereld kennen en hij leert hoe de wereld werkt. Daar komt nog een psychologisch leereffect bij dat heel belangrijk is: Het kind gebruikt spel als verwerkingsmethode van alles wat hij beleeft en wat veel indruk maakt. Binnen de veilige grenzen en de niet-waarheid van het spel kan het kind van alles zijn en van alles uitproberen zonder dat daar directe negatieve gevolgen voor hem uit voort komen in het echte leven. Zo kan het kind zich leren handhaven in voor hem beangstigende situaties. Hij leert nieuwe technieken en tactieken en kan die ook uitproberen. En hij kan zijn emoties de ruimte geven en zodoende problemen en negatieve gevoelens als het ware "van zich af spelen".
Waarom is spel/ spelen belangrijk in het gezin?
Door het kind ruimte te geven voor zijn eigen spel, creëer je een leeromgeving. Je geeft hem de mogelijkheid zich te ontwikkelen. Maar het is ook belangrijk om zelf als ouder mee te spelen. Zodoende kun je op de hoogte raken en blijven van waar je kind mee bezig is. Je kunt voorzichtig situaties inbrengen in het spel waarvan je weet dat je kind het er wellicht moeilijk mee heeft. Zodat het dus kan leren daarmee om te gaan. Maar je mag jezelf ook erin verliezen en zelf weer kind worden en genieten en lachen. En door het plezier wat je dan samen hebt in het spel ontwikkel en versterk je jouw band met jouw kind.
Wat zijn goede speltechnieken, spelletjes?
- Kant en klare spelen. Kies spelletjes die geschikt zijn voor de leeftijd van jouw kind.
- Speelgoed. Zorg voor voldoende leeftijdscorrect speelgoed en vermijd overdaad. Varieer ook regelmatig het. Wees matig met voorgeprogrammeerd speelgoed, d.w.z. de elektrische en automatische spullen.
- Onbestemd speelgoed. Dat zijn dingen die van alles kunnen zijn. Doosjes, touwtjes, grote kralen, wc-rollen, oude houten lepels, plankjes.
- Knutselspul. Moedig het kind aan om met klei, verf, potloden etc in de weer te gaan. En doe lekker mee. En het hoeft nergens op te lijken! Kweek geen perfectionisten.
- Fantasiespel: eventueel kun je zorgen voor een doos of kist met wat verkleedspul, maar zonder dat kan jouw kind ook heerlijk in zijn spel op gaan. Speel mee en laat je kind de regels bepalen. Je mag vooraf altijd grenzen stellen. Worden de regels overtreden, dan mag je best even in de rol van ouder kruipen.
- Stoeien. Is een verhaal apart:
Stoeien.
Stoeien is geschikt voor zowel jongens als meisjes, voor zowel mama's als papa's. Het is een soort krachtmeting. Het gaat echter niet om het vaststellen van een rangorde, maar om het aangaan en versterken van de onderlinge band. Stoeien moet je opbouwen. Voor echt lichamelijk stoeien moet jouw kind lichamelijk stevig genoeg zijn en dat is meestal ergens in de peutertijd.
De stoeiregels.
- Zorg voor veiligheid
- Zoek elke mogelijkheid om een band te creëren
- Zoek elke mogelijkheid om hun vertrouwen en machtsgevoel te verbeteren
- Gebruik elke mogelijkheid om oud zeer nog eens door te spelen
- Zorg voor het juiste weerstandsniveau, afhankelijk van de behoefte van het kind
- Let goed op.
- Laat het kind (meestal) winnen
- Stop wanneer iemand zich pijn heeft gedaan of is gekwetst
- Kietelen is niet toegestaan
- Zorg ervoor dat je eigen gevoelens je niet in de weg gaan staan
Uitleg van de stoeiregels:
Ad 1. Stel basisregels zoals niet schoppen, slaan, bijten etc. Duwen en vasthouden is veiliger en helpt ook vertrouwen te kweken en een band te scheppen. Plaag of verneder het kind niet. Spreek een codewoord af wanneer er gestopt moet worden, iets dat je niet zomaar ontglipt zoals au of stop.
Ad 2. Las knuffelpauzes is en doe dat humoristisch.
Ad 3. Biedt de juiste weerstand (punt 5) en moedig het kind aan. Geen geintjes! Laat het kind werken met zijn innerlijke en lichamelijke kracht.
Ad 4. Heeft je kind die dag voor een moeilijke opgave gestaan en is niet blij met de uitkomst ervan: ga stoeien. Zorg dat jij dat obstakel wordt en laat het kind van zich af werken.
Ad 5. Het doel is niet winnen of het kind laten winnen, maar om het kind zijn innerlijke kracht te laten gebruiken. Ze hebben genoeg weerstand nodig dat ze merken dat jij er bent en het gevoel krijgen dat ze zelf krachtig zijn, maar niet zo veel weerstand dat ze erdoor overspoeld worden of zich verplicht voelen op te moeten geven.
Ad 6. Volg het gelach. Als een kind tijdens het stoeien lacht, gaat het goed. Als het richting jammeren, huilen of stil worden gaat, niet. Dan moet je stoppen of een andere weerstand (meestal lichter kiezen). Het lachen is het eerste teken dat het worstelen goed gaat. Zweten, uitputting en inspanning is het tweede. De tekenen dat er iets mis is zijn: gebrek aan oogcontact, opgeven, blinde woede of pogingen van het kind jou pijn te doen.
Ad 7. Meestal is het beste einde de overwinning van het kind.
Ad 8. Stop onmiddellijk ook als de ander door wil gaan. Pijn moet je niet negeren. Daardoor bouw je een pantser op ipv dat je leert met je emoties en gevoel om te gaan. Zeker belangrijk bij jongens, want men is toch geneigd hen te willen "harden".
Ad 9. Je mag iemand niet vasthouden en tegen zijn zin kietelen. Kietelen kan leuk zijn, maar het kan ook een kind het gevoel geven de situatie niet in de hand te hebben. En het werkt verwarrend, want bij kietelen wordt er vanzelf gelachen ook als het kind het niet leuk vind.
Ad 10. Zeker als jezelf worstelen en stoeien als kind niet leuk hebt gevonden moet je opletten dat deze oude gevoelens niet naar boven komen. Daardoor zou je de neiging kunnen krijgen het kind te vernederen, plagen, domineren of kietelen. Dit is hun spelletje en niet het jouwe. Dus blijf bij je kind.