Help! Mijn kind slaapt niet door
Iedereen kent het wel: je kind wilt maar niet in slaap vallen of hij slaapt niet goed door. Resultaat is dat je er als ouder regelmatig uit moet om je kind weer in slaap te sussen. Voor beide kind en ouder is het goed om te werken aan een gezond slaappatroon, kinderen hebben immers veel aan slaap. Ze rusten er door uit en het geeft ze de tijd om te groeien. En dat is nou juist wat wij als ouders voor onze kinderen willen. Maar wat doe je er nou aan als je kind niet wilt slapen?
Slapen: van levensbelang
Kinderen groeien tijdens de slaap. Tijdens de slaapperioden maakt de hypofyse een groeihormoon aan wat er voor zorgt dat kinderen groeien. Een kind verwerkt ook de gebeurtenissen van de dag tijdens de slaap. Slapen is dus erg belangrijk voor een kind.
Er zijn twee vormen van slaap die elkaar afwisselen. De ene is de REM-slaap of droomslaap. De andere vorm van slaap is de NREM-slaap (de ‘niet-droomslaap’), die bestaat uit de volgende 3 fasen:
- Overgang van wakker zijn naar slapen;
- echt in slaap vallen, maar nog wel gevoelig voor zachte geluiden;
- een echte diepe slaap, waarbij het lichaam zich nog verder ontspant.
Wanneer spreken we van een slaapprobleem bij (kleine) kinderen?
Soms heeft het biologisch ritme van kinderen zich aangepast naar veel wakker worden in plaats van op gezette tijden slapen. Hierdoor kan het gebeuren dat een kind moeilijk doorslaapt. Het kan ook zo zijn dat een kind moeilijk in slaap valt (’s avonds bij het slapen gaan en ’s middags bij de middagdutjes). Verder kan het nog zo zijn dat een kind slaapwandelt of bang is in het donker. Dit zijn allemaal vormen van slaapstoornissen.
Deze problemen gaan de vorm van een slaapstoornis aannemen wanneer de problemen met het slapen na 3 dagen nog steeds niet weg zijn. Er is dan sprake van een structureel probleem, de problemen met slapen zijn dan een gewoonte geworden.
Hoeveel slaap heeft een kind eigenlijk nodig?
0-3 maanden | 16,5 uur |
3-5 maanden | 14,5 uur |
6-23 maanden | 13 uur |
2-3 jaar | 12 uur |
3-5 jaar | 11 uur |
5-9 jaar | 10 uur |
10-13 jaar | 9,5 uur |
14-18 jaar | 8,5 uur |
Bij 3-5 jaar wordt het middagslaapje weggenomen.
We geven vervolgen een aantal tips die je kunnen helpen om het slaapprobleem van je kind aan te pakken. De tips hebben vaak betrekking op de slaapomgeving van het kind en jouw gedrag als ouder.
Tips om je kind een goed slaappatroon aan te leren
- Zorg voor een rustige kamer met niet te veel prikkels.
- Zorg voor regelmaat in het slapen. Probeer je kind ’s middags en ’s avonds steeds op dezelfde tijd in bed te leggen en probeer dit vol te houden.
- Zorg voor een bedtijdritueel, bijvoorbeeld eerst even naar de wc, daarna even badderen, de haartjes kammen, dan de tandjes poetsen, om af te sluiten met voorlezen en het lekker instoppen van je kind. Een nachtkus mag maar is niet verplicht. Wel zal je kind het waarderen als je hem even welterusten wenst. Breng je kind bij elke fase van het bedtijdritueel op de hoogte van de volgende fase, zeg dus bijvoorbeeld ‘Over tien minuten gaan we in bad’. Kinderen kunnen nog geen klok kijken maar vinden het wel prettig om voorbereid te zijn op de volgende activiteit.
- Zorg dat je kind vroeg genoeg naar bed gaat. Een oververmoeid kind wordt vaak druk en dan is het nog lastiger om hem of haar aan het slapen te krijgen.
- Begin een uur voordat je kind naar bed gaat met het ‘afdraaien’. Zorg voor een prikkelarme omgeving waarin weinig gebeurt. Geen televisie dus en al helemaal geen actiefilms. Maak het voor het naar bed gaan al donker in de slaapkamer. Kies een bijpassende bedtijdroutine waarin dit tot rust brengen ook aan bod komt. Zie ook: zorg voor een bedtijdritueel.
- Als je meerdere kinderen hebt, zorg er dan voor dat je de kinderen apart naar bed brengt. Hierdoor heb je rustig de tijd voor ieder kind.
- Leg je kind in bed voordat hij slaapt. Op deze manier leert je kind om zelfstandig in slaap te kunnen vallen.
- Geef je kind een vertrouwde knuffel.
- Let op met spenen, kinderen raken gewend aan het in slaap vallen met een speen. Wanneer het kind vervolgens ’s nachts wakker wordt zal het kind het moeilijk vinden om zonder speen weer in slaap te vallen.
- Reageer (op de eerste weken na de geboorte na) niet te snel op elk geluidje of huiltje. Geef je kind de kans om zelf in slaap te vallen.
- In geval van spoken en monsters in de kamer neem je de angst van het kind serieus. Let er echter op dat je de angst van het kind niet verergert door er te veel in mee te gaan.
- Wissel de rolverdeling van het naar bed brengen wanneer mogelijk af, zo krijgt elk kind van iedere ouder evenveel aandacht.
- Vooral bij meisjes: gebruik de toverpoedertechniek. Jij bent de Superheld en je vertelt een verhaal over feeën en dat soort wezens. Je vraagt de feeën, die jij toevallig kent, om de monsters weg te jagen. Met een toverstokje in de hand zeg je: ‘Monsters, monsters verdwijn!’. Hierna blaas je wat toverpoeder (glitterpoeder, te koop bij o.a. de feestartikelenwinkel) de kamer door. De feeën hebben namelijk wat toverpoeder gestrooid om jou en je kind te helpen/beschermen. Wees vooral niet bang om je te veel in te leven, dit komt de overtuigingskracht van het verhaal alleen maar ten goede.
- Vooral bij jongens: verander het feeënverhaal van hiervoor in een verhaal over superhelden.
- Wanneer het bedtijd is mogen de kinderen niet spelen. Bedtijd is voor slapen en speeltijd is voor spelen.
- Speel overdag actief met het kind zodat het ’s avonds moe genoeg is om te slapen.
- Laat het kind nog even wat eten voor het naar bed gaan.
- Doe het kind in bad voor het naar bed gaan.
- Las een paar rustige momenten in om het kind te kalmeren en slaperig te maken.
- Geef je kind geen zoetigheid of cafeïne voor het slapen gaan.
- Controleer de temperatuur in de slaapkamer.
- Als een kind vaak dorst heeft ’s nachts, zet dan een glas water naast zijn bed.
- Pak een kind niet op als hij wakker is geworden, je geeft hem dan misschien de valse hoop dat ze even kunnen spelen.
- Controleer bij baby’s zo voorzichtig mogelijk de luier of ze daardoor wakker zijn.
Lees verder