De geneeskracht van gezegende distel
Gezegende distel komt van oorsprong van eilanden in de Egeïsche Zee, tenminste dat staat in sommige boeken. De plant groeit alom in het Middellandse Zeegebied en India, waar het ook een geneeskruid was. Om zijn medicinale eigenschappen wordt de plant vandaag de dag nog steeds gekweekt in Duitsland, Italië en Spanje. De plant is geïntroduceerd in Noord-Amerika en is daar thans een welig tierig kruid, sommigen zeggen: vervelend onkruid. Het is een plant die maximaal 50 centimeter hoog wordt en waaruit in het midden een gele bloem tevoorschijn komt. Door de Grieken werd de plant als godsgeschenk beschouwd en zij gaven er de naam gezegende distel aan.
Let op! Dit artikel is geschreven vanuit de persoonlijke visie van de auteur en bevat mogelijk informatie die niet wetenschappelijk onderbouwd is en/of aansluit bij de algemene zienswijze.Inhoud:
Naamgeving
De Latijnse naam voor gezegende distel is
Cnicus benedictus. Benedictus betekent gezegend. In
het Nederlands heeft als bijnaam benedictuskruid; het werd meestal gezegende distel genoemd. Soms dan werd men lyrisch van de ongeëvenaarde geneeskracht van dit kruid en bedacht men, mooie termen als "de toevlucht voor de zieken", "de schatkist der armen" en "vaders panacee".
Traditioneel gebruik gezegende distel
Het is een bitter kruid. Een oeroude volkswijsheid bracht het spreekwoord voor: ´Bitter in de mond, maakt het hart gezond´.
Dioscorides, pionier der geneeskunde en kruidenwetenschap, beval het aan voor gebochelde mensen. Het is in ieder geval een feit dat deze distelplant bij een ruim scala aan ziekten werd ingezet. Vergiftiging, de pest, besmettelijke koortsen, diabetes mellitus, kanker, longziekten, zenuwziekten, maag- en darmproblemen, waterzucht en nog vele andere ziekten werden ermee behandeld in de Middeleeuwen. Behalve dat het een medicijn is werd er tot in de 20e eeuw een stof uit de plant onttrokken die ´extractum cardui benedictui´ werd genoemd. Deze stof werd gebruikt om andere, eventueel synthetische stoffen in pilvorm te kunnen aanbieden. De gezegende distel werd eveneens gebruikt als eetlustopwekker en spijsverteringsbevorderaar; deze eigenschappen heeft de plant gemeen met diverse andere bittere
geneesplanten.
Gezegende distel in kruidenboeken
Gezegende distel is nauw verwant aan
mariadistel. Beide distelsoorten zijn goed voor de lever maar Mariadistel overstijgt het benedictijnerkruid als het gaat om werking bij leverziekten. Gezegende distel behoort tot de meest beschreven kruiden in oude kruidenboeken.
- Galenus(131-216) schreef dat het verstopte organen opent en urineafvoer stimuleert.
- Lonitzer(1528-1586) roemde de spijsverteringsbevordende werking.
- Tabernaemontanus(1522-1590) genas er kanker mee door een aftreksel in een open wond te doen.
- Dodoens(1517-1685) Het werkt als tonicum voor lever en gal en tegen vergiftiging.
- Blöte-Obbes schreef in 1941 dat de plant volgens de oude Grieken een geweldige kracht had tegen alles dat slecht was.
Bij borstvoeding
In Canada wordt de gezegende distel in combinatie met
fenegriek gebruikt om lactatie te bevorderen. Beide planten werken als galactogoog; het bevordert de moedermelkproductie bij moeders. De Canadian Breastfeeding Foundation beveelt borstvoedinggevende moeders aan om dagelijks drie capsules fenegriek te nemen en 30 druppels moedertinctuur van gezegende distel.
Werkzame stoffen
Het hele bovengronds groeiende kruid wordt gebruikt als geneesmiddel in de hedendaagse fytotherapie. Er zitten de volgende werkzame stoffen in deze geneesplant: de bitterstoffen cnicine en benedictine, etherische olie, de
flavonoïden apigenine, luteoline en kaemferolglycosiden, betasitosterol, arctigenine, fytosterolen,
mineraalzouten en ferulazuren.
Goed voor de spijsvertering
Het stimuleert de speekselproductie, werkt versterkend voor de maag en is goed voor de gal. Het bevordert de spijsvertering en verdrijft winderigheid. Door deze medicinale werkingen wordt het in de moderne, door wetenschap ondersteunde fytotherapie voorgeschreven als geneesmiddel bij:
- Dyspepsie,
- Indigestie,
- Verstoringen van de vetvertering,
- Monddroogte,
- Anorexia,
- Verminderde lever- en galwerking,
- Flatulentie,
- Roemheld-syndroom
- Maag-darmontstekingen,
- Constipatie,
- Diarree,
- Kolieken,
- Zwangerschapsbraken.
Bij reumatische aandoeningen
Cnicine en enkele andere stoffen in gezegende distel heeft een ontstekingswerende werking. Daar komt bij het het een urinedrijvende en bloedzuiverende werking heeft. Deze geneesplant is gezegend met eigenschappen die ervoor zorgen dar afvalstoffen sneller uit het lichaam verdwijnen. Er is een aantal aandoeningen die direct in relatie staan met opeenhoping van afvalstoffen en ontstekingen. De oorzaken van deze aandoeningen worden met wortel en al aangepakt door gezegende distel. In de
fytotherapie wordt het aangewend bij deze indicaties:
- Jicht,
- Ślijmbeursontsteking,
- Artritis,
- Oedemen.
Algemene lichaamsversterking
De werking dat afvalstoffen uit het lichaam worden gezet en de bevordering van de spijsvertering, zorgen ervoor dat het lichaam meer voedingsstoffen kan opnemen en deze kan gebruiken voor een meer optimale manier om het lichaam en zijn werkzaamheden in stand te houden. Hierdoor is het een versterkend middel. Sommige fytotherapeuten geven het bij de volgende aandoeningen:
- Neurasthenie of zwakke zenuwen,
- Anemie of bloedarmoede,
- Algemeen fysiek herstel na een langdurig ziekbed.
Dosis
Er zijn verschillende manieren om van de geneeskracht van gezegende distel gebruik te maken.
- Anderhalve gram van het kruid op een kopje heet water oftewel thee, tweemaal daags voor het eten innemen.
- Twee gram droog poeder voor elke maaltijd innemen.
- 30 druppels moedertinctuur, driemaal daags voor de maaltijd innemen
Veiligheid
Je kunt dit kruid als veilig beschouwen, mits je de voorgeschreven dosis niet overschrijdt.
- Een teveel aan gezegende distel leidt tot misselijkheid en braakneigingen.
- Dit kruid vermijden tijdens de zwangerschap.
- Sommige mensen hebben een allergie tegen planten uit de composietenfamilie; zij moeten dit kruid niet innemen of ermee extra oppassen.