Probleem of stoornis: Slaapmiddelen verslaving
Deze chemisch sterk verschillende geneesmiddelengroepen omvatten zowel op recept als langs illegale weg te verkrijgen angstreducerende middelen, tranquillizers en slaappillen, die net als alcohol de werking van het centrale zenuwstelsel dempen.
Angstremmers en slaapmiddelen
Verreweg de meest gebruikte categorie is die van de benzodiazepinen; hiertoe behoren medicijnen zoals Xanax, Valium, Stesolid en Seresta. Rohypnol is een bijzonder krachtig werkende benzodiazepine die niet zo lang geleden op de markt is gebracht; in de vs is het zeer populair onder adolescente druggebruikers die het vaak via de straathandel verkrijgen. Barbituraten (zoals Vesparax), in de jaren ‘6) en ‘70 veel als drug gebruikt, zijn gelukkig niet meer zo populair. Ze waren bij misbruik bijzonder gevaarlijk, omdat ze in te hoge doses tot de dood konden leiden. Een ander sedativum/hypnoticum dat in meerdere of mindere mate mogelijkheden tot misbruik biedt, is bijvoorbeeld chloralhydraat.
Niet lang geleden verwierf in de Verenigde Staten deze medicijnengroep grote populariteit onder artsen en patiënten. In een scène uit de film Starting Over ziet men Burt Reynolds een paniekaanval krijgen in Bloomingdale’s. Wanneer zijn broer, gespeeld door Charles Durning, vraagt of iemand van de ongeveer twintig toevallige omstanders Valium bij zich heeft, reikt ongeveer de helft van hen in zak of tas en werpt hem zijn of haar flesje toe. Omdat de angstonderdrukkende medicijnen als geliefkoosd middel van psychiater en patiënt grotendeels zijn vervangen door de nieuwere antidepressiva (zoals Prozac), zijn ze nu veel minder vaak de boosdoener bij het ontstaan van verslavingsproblemen. Het is echter altijd verstandig om bij het gebruik van deze medicijnen voorzichtig te werk te gaan, vooral als ze lange tijd geregeld zullen worden ingenomen. Ze hebben zeker wel een belangrijke functie te vervullen voor mensen die ze echt nodig hebben en vrij van verslavingsproblemen zijn, maar mogen nooit zo nonchalant worden toegepast als ooit het geval is geweest.
Deze middelen, die de activiteit van het centrale zenuwstelsel dempen, zijn waarschijnlijk zo populair omdat ze een soort alcohol in pilvorm vertegenwoordigen en soortgelijke gedrags- en psychische veranderingen bewerkstelligen (een gevoel van welbehagen, verminderd beoordelingsvermogen, slepende spraak, ontremd gedrag, coördinatieverlies en onoplettendheid). Het zal niemand verbazen dat er een connectie bestaat met de tolerantie voor alcohol — als u aan alcohol verslaafd bent kunt u waarschijnlijk een grote dosis angstremmers aan en andersom.
Eveneens net zoals bij alcohol kunnen bij gebruik van hoge doses geheugenbeschadiging en blackouts optreden. Ook de onthoudingsverschijnselen bij deze middelen zijn dezelfde als die van alcohol — met inbegrip van versnelde hartsiag, zweten, trillen, slapeloosheid, angst en misselijkheid. Het gebruik van deze middelen kan de onthoudingsverschijnsele van alcohol verlichten en vice versa, zodat veel mensen aan alcohol en sedativa tegelijk verslaafd raken en deze afhankelijk van hun verkrijgbaarheid met elkaar afwisselen of beide tegelijk gebruiken. Hoe langer deze medicijnen worden gebruikt en hoe hoger de dosering, des te ernstiger de onthoudingsverschij nselen zullen zijn, soms tot aan visuele en/of gehoorshallucinaties en epileptische ‘grand mal’ insulten toe.
Net zoals bij alcohol kunnen sommige onthoudingsverschijnselen, zoals angst en slapeloosheid, maanden aanhouden. Dit leidt tot een ongelukkige paradox. De symptomen van de sedativa-onthouding kunnen precies dezelfde zijn als die waarvoor u het middel in eerste instantie begon te slikken. Hierdoor wordt het moeilijk om het gebruik ooit stop te zetten, omdat u zodra u dat probeert uw symptomen terugkrijgt en u er vanzelfsprekend vanuit gaat dat u een recidive heeft van de oorspronkelijke angst of slapeloosheid. Om deze reden kan uw arts u, wanneer u beslist een kalmerend middel moet hebben, dat beter slechts in een lage dosis en voor een korte periode voorschrijven.
Bij deze categorie medicijnen zien we twee afhankelijkheidspatronen. Vrouwen lopen meer risico afhankelijk te worden van medicijnen die hen oorspronkelijk ter bestrijding van angsttoestanden of slapeloosheid door een arts zijn voorgeschreven. Een vrouw bemerkt dan dat ze steeds vaker het middel moet gebruiken, in steeds hogere doses, om hetzelfde angstreducerend effect te krijgen, en uiteindelijk kan ze niet meer zonder. Soms ontwikkelt zich al binnen twee of drie weken tolerantie, en affiankelijkheid kan optreden bij doses die niet veel hoger zijn dan die de arts voorgeschreven heeft.
Bij het vaker voorkomende misbruikpatroon gaat het om jongere mensen, gewoonlijk jonge mannen, tieners of twintigers, die recreatief high willen worden. Daarbij begint het met af en toe een keertje (dikwijls in combinatie met alcohol en andere middelen) en escaleert het mettertijd tot dagelijks gebruik, met uiteindelijk lichamelijke afhankelijkheid en tolerantie. Sommige mensen raken van deze middelen afhankelijk nadat ze ze oorspronkelijk gebruikten tegen de ongewenste agitatie veroorzaakt door andere middelen (vooral cocaïne, heroïne of amfetaminen) of om het kalmerend effect van weer andere middelen (vooral opioïden of alcohol) te versterken. Het is uiterst gevaarlijk om deze medicijnen samen met alcohol te gebruiken. De gecombineerde kalmerende effecten kunnen een coma of de dood ten gevolge hebben en de gecombineerde onthoudingsverschijnselen kunnen meer dan verschrikkelijk zijn. Ongelukken met overdoses en zelfdoding ten gevolge van de combinatie met alcohol komen geregeld voor. Bovendien kunnen deze middelen een ernstige depressie veroorzaken of verergeren.
Voor het geval de boodschap nu nog niet is doorgekomen, zullen we nog duidelijker zijn. Angstreducerende medicijnen en slaapmiddelen vervullen binnen de geneeskunde en de psychiatrie een duidelijke, maar zeer beperkte rol. De risico’s van verslaving en van het optreden van complicaties zijn aanzienlijk. Deze medicijnen moeten met grote omzichtigheid worden voorgeschreven en toegepast — alleen bij mensen die hiervoor een duidelijke indicatie hebben en in wier persoonlijke of familiegeschiedenis geen verslaving voorkomen.
Diagnose volgens DSM IV
- U hebt psychiatrische symptomen die beginnen tijdens de periode van intoxicatie door of na onthouding van een middel. Hieronder kunnen psychotische symptomen zijn (wanen, hallucinaties), stemmingssymptomen (depressie, prikkelbaarheid, euforie), angstsymptomen (paniekaanvallen, gegeneraliseerde angst, obsessies, dwangen, fobieën), seksuele problemen (onvermogen geprikkeld te raken of een orgasme te krijgen) of slaapproblemen (moeite hebben met inslapen ofjuist te veel slapen).
- De symptomen zijn niet beter te verklaren op grond van reeds bestaande geestelijke stoornissen zoals de depressieve stoornis, schizofrenie.
- De symptomen verdwijnen binnen ongeveer een maand na stopzetting van het middelengebruilc geheel of vrijwel geheel.
- U moet altijd bedacht zijn op de mogelijkheid dat middelengebruik de oorzaak van uw psychiatrische symptomen is. Onderstaande tabel zal u helpen dit na te gaan; hierin zijn de typische door elke middelencategorie veroorzaakte psychiatrische symptomen op een rijtje te gezet.