Probleem of stoornis: Cafeine verslaving
Cafeïne is in de hele wereld verreweg de meest gebruikte psychoactieve stof. Ze is makkelijk te verkrijgen uit talrijke bronnen, waarvan de meest populaire zijn koffie, thee, frisdranken, Vrij verkrijgbare verkoudheidsmiddeltjes, eetlustremmers, pijnstillers en chocola.
Cafeïne
De gemiddelde Amerikaan consumeert per dag ongeveer 200 mg cafeïne. De hoeveelheid cafeïne varieert met de comsumptievorm
De krachtigste en meest toegepaste is die van een kop koffie, met 50 tot 150 mg per kop van 18 cl; daarna komen cola bevattende frisdranken (60 mg per 33 cl), thee (40 mg per kop van 18 cl), middelen tegen verkoudheid (25 tot 50 mg per tablet), vermageringstabletten (5 tot 200 mg per tablet) en chocola ( 3 mg per reep). Symptomen van caffeïne intoxicatie kunnen soms bij hiervoor bijzonder gevoelige mensen worden waargenomen, ook al heeft zo iemand maar 100 mg caffeïne op een dag binnengekregen. Tot deze symptomen behoren niet kunnen slapen, rusteloosheid, rood aangelopen gezicht, veel moeten plassen, last van maag of buik en verhoogde hartslag.
Er is een interessant debat geweest over de vraag of caffeïneaffiankelijkheid en caffeïneonthouding onder de stoornissen door een middel in de DSM-IV zouden moeten worden gerangschikt. Het is zeker waar dat miljoenen mensen die regelmatig grote hoeveelheden caffeïne tot zich nemen, dagelijks onmiskenbare tekenen vertonen van een lichamelijke en psychische afhankelijkheid. Als hun caffeïne onthouden wordt, krijgen ze absoluut onaangename onthoudingsverschijnselen zoals vermoeidheid, prikkelbaarheid, hoofdpijn en stoornissen van het maagdarmkanaal, en voelen ze zich in algemene zin heel vervelend.
Er zijn ook wel mensen die ernstig in de problemen komen als ze niet van cafeïne houdende producten af kunnen blijven (vooral diegenen met cardiovasculaire problemen of paniekstoornis). Niettemin zou het onderbrengen van cafeïneafhankelijkheid onder de geestesstoornissen aan het concept afbreuk hebben gedaan. De term ‘geestesstoornis’ heeft een bijklank van serieuze aantasting van het functioneren die niet erg van toepassing is op de meeste caffeïnegebruikers, die een stabiele en redelijke ontspannen relatie met hun afhankelijkheid hebben ontwikkeld. Snakken naar een kop koffie of een andere bron van caffeïne is een zo algemeen verschijnsel geworden dat het nu bijna tot de norm behoort.
Er is in de DSM-IV wel een gedeelte over caffeïne-intoxicatie opgenomen omdat deze voor sommige mensen een probleem vormt en bij de differentiaaldiagnose toch wel moet worden meegenomen. Cafeïnegebruik of caffeïne-onthouding moet altijd worden overwogen als mogelijke oorzaak van nerveuze angst en slaap- ofstemmingsproblemen, vooral bij vrouwen, die tijdens de premenstruele periode een zeer hoge bloedspiegel kunnen hebben vanwege het effect van hormonale veranderingen op de omzetting van caffeïne.
Diagnose volgens DSM IV
- U hebt psychiatrische symptomen die beginnen tijdens de periode van intoxicatie door of na onthouding van een middel. Hieronder kunnen psychotische symptomen zijn (wanen, hallucinaties), stemmingssymptomen (depressie, prikkelbaarheid, euforie), angstsymptomen (paniekaanvallen, gegeneraliseerde angst, obsessies, dwangen, fobieën), seksuele problemen (onvermogen geprikkeld te raken of een orgasme te krijgen) of slaapproblemen (moeite hebben met inslapen ofjuist te veel slapen).
- De symptomen zijn niet beter te verklaren op grond van reeds bestaande geestelijke stoornissen zoals de depressieve stoornis, schizofrenie.
- De symptomen verdwijnen binnen ongeveer een maand na stopzetting van het middelengebruik geheel of vrijwel geheel.
- U moet altijd bedacht zijn op de mogelijkheid dat middelengebruik de oorzaak van uw psychiatrische symptomen is.