Ziekte van Alzheimer: symptomen, diagnose en behandeling
De ziekte van Alzheimer veroorzaakt dementie. Alzheimer begint in een redelijk lichte vorm van vergeetachtigheid en wordt vervolgens steeds erger. Door de ziekte vallen zenuwcellen in de hersenen uit, waardoor het geheugen de patiënt steeds verder in de steek zal laten. Alzheimer komt het meest voor bij mensen boven de 65 jaar, maar kan zich ook al op 35-jarige leeftijd manifesteren.
Symptomen
- Vergeetachtigheid
- Moeite met het vinden van juiste woorden
- Kwijt zijn van spullen
- Korte-termijn-geheugen laat patiënt in steek
- Verwardheid
Oorzaak
Patiënten met de ziekte van Alzheimer hebben te weinig neurotransmitters. Dit zijn chemische stoffen die zorgen voor het verzenden van boodschappen in de hersenen. Wie aan Alzheimer lijdt heeft dunne vezels in de hersencellen die kluwens vormen. Die laten de hersencellen knappen, waardoor die afsterven. Giftige plaques bevinden zich tussen de hersencellen en doden deze cellen. De beschadigingen lopen steeds verder op, waardoor de hersenen steeds minder goed werken. Uit onderzoek blijkt dat mensen met het syndroom van Down eerder de ziekte van Alzheimer krijgen dan gezonde personen. Van alle personen die ouder is dan 65 jaar krijgt ongeveer één op de dertig mensen Alzheimer, bij 85 jaar is dat één op de drie. Onder de 65 jaar is dat één op duizend.
Diagnose
De diagnose van de ziekte van Alzheimer begint met een geheugentest. Daarbij vraagt een arts naar recente gebeurtenissen en zaken uit het verleden. Voorbeeldvragen gaan bijvoorbeeld over leeftijd, de geboortedatum, welke dag het vandaag is, welk jaar het vandaag is, wat de naam van de premier is en waar iemand zich nu bevindt. Daarna volgen hersenscans en bloedtesten. Een hersenscan wordt gemaakt met een CT-scan of een MRI-scan. Een CT-scan showt plakjes van de hersenen en MRI brengt alle details in beeld van de hersenen. Daarvoor worden radiosignalen gebruikt. Een hersenscan geeft in de meeste gevallen uitsluitsel of er sprake is van de ziekte van Alzheimer.
Verloop van de ziekte van Alzheimer
De ziekte van Alzheimer verloopt in fase. Een eerste teken is de vermindering van de werking van het kortetermijngeheugen. Vaardigheden die iemand jaren geleden heeft aangeleerd blijven vaak langer behouden, zoals het bespelen van een muziekinstrument. Als een Alzheimerpatiënt de tweede fase ingaat, wordt hij steeds afhankelijker van hulp. Zaken die vroeger heel normaal waren om te doen zoals koken, wassen en het bezoeken van een toilet worden moeilijk, net als het herinneren van namen. Vaak herkent een Alzheimerpatiënt familieleden en vrienden niet meer en komen ze verward of angstig over. Slapeloosheid is ook een belangrijk kenmerk. Ook kan het lastig zijn om de weg naar huis te vinden. Veel hulp is belangrijk, omdat het nogal eens voorkomt dat iemand met Alzheimer vergeet de gaspit uit te zetten of boodschappen gaat doen in een pyjama. Uiteindelijk hebben personen die leiden aan Alzheimer steeds meer zorg nodig. Het geheugen kan volledig verdwijnen en ook kunnen ze moeite krijgen met eten en lopen. Ook incontinentie treedt op. Het karakter van iemand kan volledig veranderen. Agressiviteit en rusteloosheid komen nogal eens voor .
Behandeling
Er bestaat geen geneesmiddel voor de ziekte van Alzheimer. Wel wordt er medicatie voorgeschreven die het verloop van Alzheimer kunnen remmen. Daarbij gaat het om cholinesteraseremmers en memantine. Deze medicaties kan gebruikt worden voor Alzheimerpatiënten die in het eerste tot middelste stadium van hun ziekte zitten.
Cholinesteraseremmers
Cholinesteraseremmers helpen om de verwijdering van de stof acetylcholine tegen te gaan. Acetylcholine is een neurotransmitter die de hersencellen stimuleert om boodschappen door te sturen. Mensen met Alzheimer beschikken zelf over te weinig acetylcholine. De medicatie heeft niet bij iedere patiënt baat. Als het wel werkt, helpen de remmers ongeveer een jaar.
Memantine
Daarnaast bestaat sinds een paar jaar ook het medicijn memantine. Die zorgt voor bescherming van de NMDA-recepteren in het brein. De stof zorgt ervoor dat signalen beter worden overgedragen in de hersenen. Memantine wordt voorgeschreven bij patiënten variërend met lichte tot zware vorm van Alzheimer. De medicatie slaat bij een groot deel van de cliënten niet aan.
Herinneringstherapie
Veel patiënten met Alzheimer hebben baat bij herinneringstherapie. Daarbij worden foto’s en films van vroeger getoond van bijvoorbeeld vliegtuigen of bekende artiesten uit hun tijd. Ook nuttige hulpmiddelen kunnen geluidsbanden van oude radioprogramma, fotoalbums, kleren uit de jeugd van een persoon en oude blikjes en pakjes van merken eten van weleer zijn. De therapie richt zich op wat mensen zich nog wel kunnen herinneren en niet bij wat ze zijn vergeten.
Verzorging
In de eerste fase van Alzheimer dient de patiënt gestimuleerd te worden om de activiteiten te ondernemen die hij nog kan uitvoeren. Dat helpt om vitaal te blijven. Het helpt om de dagen strak in te delen, zodat iemand niet voor verrassingen komt te staan. Het is belangrijk om op veiligheid te letten. Hierbij moet men denken aan het uitzetten van de gaspit. Het zorgen voor iemand met Alzheimer is een grote belasting. Uiteindelijk moeten patiënten worden geholpen bij het eten, aankleden, wassen en slapen. Een opname in een verpleegtehuis is vaak onontkoombaar.