Ziekte van Calvé (Legg-Calvé-Perthes) bij kind en hond
De ziekte van Calvé wordt ook wel de ziekte van Calvé-Legg-Perthes genoemd. Dit komt omdat deze aandoening of ziekte werd ontdekt door drie artsen, die de symptomen bijna gelijktijdig beschreven. Het gaat hier om een aandoening van het heupgewricht. Door onderliggende oorzaak (kan ook erfelijk zijn) wordt de bloedtoevoer naar de heupkop tijdelijk verminderd. Hierdoor sterft het weefsel in de heupkop af. Het bot lost op en het lichaam maakt nieuwe cellen aan. Helaas ontstaan er dan misvormingen. Het komt het vaakst voor bij kinderen tussen de 3 en 13 jaar oud en bij honden van het kleine ras.
De ziekte van Calvé
In 1910 ontdekte de Franse orthopeed Jacques Calvé een aandoening van het heupgewricht dier zowel bij kinderen als bij honden voorkomt. Maar gelijktijdig waren het ook de Duitse chirurg Perthes en de Amerikaanse orthopeed Legg die deze ziekte of aandoening ontdekten. Daarom wordt deze ziekte ook wel de ziekte van Calvé-Legg-Perthes genoemd. Een andere volgorde in deze benamingen komt ook voor.
Aandoening van het heupgewricht
Het heupgewricht is een kogelgewricht. Het bestaat uit een kop een een kom. Het heupgewricht verbindt het bekken en het dijbeen met elkaar en zorgt voor een grote beweeglijkheid. Wanneer het heupgewricht niet goed werkt dan ontstaan er klachten als stijfheid en pijn. Bij de ziekte van Calvé zien we dat de bloedvoorziening naar de heupkop verstoord is. Hierdoor ontstaat er een misvorming.
Oorzaken
Onderzoek bij honden heeft uitgewezen dat deze ziekte waarschijnlijk erfelijk bepaald is. Wat de precieze toedracht is, blijft onbekend. Opmerkelijk is dat deze ziekte voornamelijk voorkomt bij kinderen tussen de 3 en 11 jaar oud en bij kleine hondenrassen. De bloedcirculatie raakt tijdelijk verstoord waardoor het weefsel van de heupkop afsterft. Het bot lost hierbij langzaam op. Gelukkig heeft het lichaam een herstellend vermogen en begint met de aanmaak van nieuwe cellen. Deze cellen zijn echter niet gelijk aan de oorspronkelijke cellen. Dit zorgt voor misvorming van het heupgewricht.
Schade aan de bloedvaten rondom het heupgewricht zou ook als oorzaak aangewezen kunnen worden. Deze schade kan ontstaan door een trauma (ongeval). Maar ook het ontstaan van bloedpropjes kan ervoor zorgen dat de aders afgesloten worden. Wanneer het gewrichtskapsel ontstoken raakt kan door de verhoogde druk een afsluiting van de aders ontstaan.
Symptomen
De ziekte van Calvé komt vaker bij jongens dan bij meisjes voor. In 90 procent van de gevallen betreft het een afwijking aan maar één heup. Er ontstaan vaak als eerste pijnklachten in de heup, in de lies of in de knie. Bij bepaalde bewegingen verergeren deze pijnklachten. In het begin is de pijn nog niet ernstig, maar na verloop van tijd vordert deze. Hierdoor wordt ook het bewegen anders. Het kind wil niet gaan staan of lopen, en als het loopt kan het mank lopen. Het zijwaarts optillen van het been is beperkt.
Bij honden ontstaan er vaak als eerste klachten van pijn die zich uiten door het likken of bijten naar de heup. Dit zien we al bij de jonge pup. De hond kan snel prikkelbaar zijn, vooral wanneer het om aanraking rondom de heup gaat. Later zal de hond kreupel gaan lopen. In ernstige gevallen kan de poot niet meer gebruikt worden.
Gradaties
De ziekte kent vier gradaties:
- Gradatie 1: een kwart van de heupkop is afgestorven. Er is sprake van pijn bij het bewegen.
- Gradatie 2: de helft van de heupkop is afgestorven. Bewegen is moeilijker, zijwaarts heffen van het been pijnlijk.
- Gradatie 3: driekwart van de heupkop is afgestorven. Lopen is bijna niet meer mogelijk. De bewegingen zien er niet natuurlijk uit.
- Gradatie 4: de gehele heupkop is afgestorven. Het been kan niet meer gebruikt worden. Lopen met dit been of de poot is niet meer mogelijk.
De diagnose kan gesteld worden door het maken van een röntgenfoto. Hierop is de misvorming van de heupkop goed te zien. Ook is hiermee aan te tonen in hoeverre de heupkop is afgestorven. Ook kan er een MRI of botscan gemaakt worden.
Behandeling en herstel
Opvallend is het herstellend vermogen van het jonge lichaam. Het afgestorven bot wordt opgenomen dor het lichaam en vervangen door nieuw botweefsel. Omdat het nieuwe botweefsel nog zwak is, kan het snel inzakken onder het gewicht wanneer de patiënt gaat staan of lopen. Behandeling bestaat dan ook uit veel rust. Hierdoor kan het bot herstellen.
Bij erg jonge kinderen is het soms moeilijk om rust te nemen, Er kan dan gekozen worden voor een spreidbeugel, waarbij de heup gefixeerd wordt in een goede houding. Dit versnelt de genezing. Ook is het mogelijk om het lopen te vergemakkelijken met behulp van een beugel. Dit belast het heupgewricht minder. Krukken of een rolstoel kunnen ook een oplossing zijn. Veel kinderen volgen fysiotherapie, waarbij geleerd wordt een juiste houding aan te nemen. Ook training van bepaalde spiergroepen behoort hierbij. Soms is het nodig om tractie toe te passen: spieren en pezen worden dan uitgerekt. In ernstige gevallen is een operatie noodzakelijk. Gemiddeld duurt deze ziekte 2 tot 5 jaar voordat het genezen is.
Bij honden wordt vaak medicatie voorgeschreven in de vorm van pijnstillers en ontstekingsremmers. In andere gevallen wordt een operatie uitgevoerd. Hierbij wordt de heupkop verwijderd. De pijn verdwijnt, maar de poot kan niet meer goed gebruikt worden. Omdat een hond vier poten heeft is het voor hem makkelijker om ook op drie door het leven te gaan. Belangrijk is dat de hond geen pijn meer heeft.