Transseksualiteit: van vrouw naar man
Transseksualiteit is een aandoening waarbij iemand zich voelt als iemand van het andere geslacht. Vaak wordt er gesproken over transseksuelen die geboren zijn als man en zich laten ombouwen tot vrouw. Echter zijn er natuurlijk ook vrouwen die zich laten ombouwen tot man.Algemeen
Er zit veel verschil in wanneer iemand er achter komt dat hij of zij transseksueel is. Sommige mensen weten het al van jongs af aan. Sommigen weten het pas na dat ze kinderen hebben gekregen. Voor veel transseksuelen is het een grote stap om naar het genderteam toe te stappen. Het heeft vaak veel moed nodig en dit kost veelal veel tijd. Echter als eenmaal de angst voorbij is, is het aanmelden eenvoudig.Genderteams
In Nederland bestaan er twee genderteams. Het grootste genderteam zit in Amsterdam in het VU Medisch Centrum. Het genderteam maakt deel uit van het Kenniscentrum Genderdysfory (KCG-VUmc).Het andere genderteam zit in Groningen in het UMCG. Dit genderteam is een onderdeel van de afdeling Psychiatrie. Het is een klein genderteam, dat slecht een tiental transseksuelen per jaar behandeld. Dit genderteam is dan ook vooral bedoeld voor transseksuelen uit het noorden van Nederland.
In Vlaanderen is een genderteam, in het UZ in Gent. In België ben je niet verplicht om naar een bepaalde arts te gaan. Je kunt dus zelf kiezen naar welke psychiater of chirurg je wenst te gaan.
Intake en vervolg
De intake is bij alle genderteams verschillend. Bij de een is dit enkel een gesprek om te kijken of je wel op de goede plek bent. Bij de ander wordt tevens een lichamelijk onderzoek gedaan of een uitgebreide psychologische test afgenomen. Sommige intakes bestaan uit een gesprek. Maar in sommige gevallen, als er bijvoorbeeld meer ingegaan moet worden op het hele levensverhaal, kan het dat de intake uit meerdere gesprekken bestaan.Na het intakegesprek kom je op de wachtlijst voor de psycholoog of psychiater. Dit duurt veelal een maand of 4, maar soms ook langer. De psycholoog of psychiater zal in de gesprekken proberen te beoordelen of je echt transseksueel bent en of je voldoende draagkracht hebt om de transitie aan te kunnen.
Transseksualiteit is lastig vast te stellen. Er is niet een test die kan uitsluiten of je transseksueel bent of niet. De genderteams zullen dus ook veel afgaan op jouw gevoelens en jouw wensen. Bij sommigen is het na enkele gesprekken al duidelijk, bij anderen kunnen de gesprekken soms wel een paar jaar doorgaan. Door verschillende oorzaken kan het zijn dat er meer gesprekken nodig zijn. Bijvoorbeeld bij psychische aandoeningen, verslavingen of seksueel misbruik.
Het is erg belangrijk dat je voldoende draagkracht hebt om de transitie aan te kunnen. Je moet stevig genoeg in je schoenen staan voordat je mag beginnen met de hormoonkuur. Het genderteam vind het daarom erg belangrijk dat je veel steun uit je omgeving krijgt. Hierbij kun je denken aan steun van je ouders, familie, vrienden of collega’s. Als er dus weinig mensen zijn die weten van je transseksualiteit zal de psycholoog of psychiater aanraden dit eerst kenbaar te maken aan je omgeving.
Na de vervolggesprekken volgt een overleg binnen het genderteam. In deze vergadering zal het genderteam besluiten of je kunt beginnen met de transitie, dus dat je groen licht krijgt, of dat je niet mag beginnen, dus dat je rood licht krijgt.
Testosteron
Bij sommige genderteams moet je na dat je groen licht hebt gekregen nog een bloed en urine onderzoek laten doen. Om te controleren of er geen lichamelijke bezwaren zijn. Indien de uitslag hiervan goed is kun je beginnen aan de testosteron.Er zijn verschillende manieren van toedienen van testosteron. Je hebt het bijvoorbeeld in pil-vorm, maar je kunt het ook spuiten en zelfs smeren. Over het algemeen wordt er begonnen met spuiten. Sommige transseksuelen vinden het echter erg onprettig om zelf te spuiten en kunnen dan bijvoorbeeld kiezen voor het slikken van pillen, of het smeren van gel.
Het spuiten van testosteron is voor veel transseksuelen de gemakkelijkste oplossing. Het voordeel is dat je slechts een in de 3 week hoeft te spuiten. Het nadeel is, dat je het of zelf moet doen, of door iemand anders moet laten doen. Zelf spuiten is niet heel moeilijk, maar het is wel erg raar, vooral de eerste paar keer. Het makkelijkste kun je zelf spuiten in je bovenbeenspier. Echter kun je het ook spuiten in je bilspier. Hier kom je echter zelf wat lastiger bij.
Het slikken van pillen is een iets minder ideale manier. Je moet al gauw 3 a 4 pillen op een dag slikken. En vaak slik je een deel ’s ochtends en een deel ’s avonds. Ook kunnen de pillen een negatief effect hebben op je lever.
Het smeren van gel is een simpele manier. Echter moet dit wel dagelijks gedaan worden op een vaste tijdstip. Voor mensen met een erg wisselend werkrooster, bijvoorbeeld, is dit dus geen ideale oplossing. De gel moet enkele minuten intrekken en kan overal op het lichaam (behalve de borst) worden ingesmeerd. Het voordeel van de gel is dat het zorgt voor een stabiele testosteronspiegel. Het nadeel is dat het de eerste minuten sterk naar alcohol ruikt omdat de testosteron hierin is opgelost. Ook wordt het aangeraden om minimaal 6 uur te wachten met douchen of een bad te nemen, nadat je de gel hebt aangebracht. Ook is het mogelijk dat de testosteron wordt overgebracht op iemand anders, als je lang huidcontact hebt met het gebied waar je de gel hebt gemeerd.
Operaties
Als je ongeveer een jaar aan de hormonen bent kun je beginnen aan de operaties. De meest voorkomende operaties zijn de borst en de buikoperaties.Bij de borstoperatie wordt het teveel aan borstweefsel weggehaald. Dit kan op verschillende manieren. Het kan bijvoorbeeld rondom de tepel, langs de borstpier, aan weerszijden van de tepel en dwars over de borst. De keuze wordt voornamelijk bepaald door de cupmaat. Bij een zeer kleine cupmaat is het mogelijk om enkel rondom de tepel de incisie te maken. Deze manier geeft de minste littekens. Bij een grote cupmaat is het echter nodig om dwars over de borst een incisie te maken. De operatie zelf duurt meestal tussen de 1,5 en 3 uur en is onder volledige narcose.
Bij de buikoperatie worden de eierstokken en de baarmoeder verwijderd. In sommige gevallen kan dit onderlangs, door de vagina. In sommige gevallen gaat dit door de buik. Voor de operatie moet je een klisma nemen om je darmen leeg te maken. Een klisma is een bepaalde hoeveelheid zeepachtig vloeistop dat via je anus in je darmen wordt gespoten. Dit kan het beste liggend gedaan worden. Na het inspuiten moet je ongeveer 10 tot 20 minuten blijven liggen. Na de operatie blijf je gemiddeld nog 3 a 4 dagen in het ziekenhuis om bij te komen. De operatie zelf duurt ongeveer 2 uur.