Braken bij baby's: pylorusstenose (vernauwde maaguitgang)
Elke baby moet na het voeden wel eens overgeven. Als een baby pylorusstenose heeft, is er sprake van een maagaandoening. Geleidelijk aan zal het braken na het voeden steeds krachtiger worden. Dit heeft te maken dat de maagportier te nauw is, waardoor het voedsel niet tot nauwelijks kan passeren. Deze aandoening komt bijna alleen voor bij baby’s van enkele weken oud. Deze aandoening is gelukkig goed te verhelpen. Hoe herken je deze aandoening en wat zijn de gevolgen voor het kind?
Wat het is
De pylorus is een kringspier en de onderste opening van de maag. Dit wordt ook wel de maagportier genoemd. Het is de overgang van de maag naar de twaalfvingerige darm. Als daar een vernauwing ontstaat, wordt het pylorusstenose genoemd. De medische benaming voor een vernauwing is stenose. Deze maagaandoening wordt bijna alleen gezien bij baby’s van enkele weken oud. Als deze kringspier dikker wordt, kan de maaginhoud niet meer passeren en het voedsel gaat door de druk in de maag op krachtige wijze weer via de mond naar buiten. Dit krachtige braken, waarbij het er met een boog uitkomt, wordt ook wel projectielbraken genoemd.
Ziektebeeld
Deze aandoening komt bij ongeveer 3 op de 1000 baby’s voor en het treft in 90% van de gevallen jongetjes. Pylorusstenose wordt vaak pas ontdekt als het kind ongeveer twee tot zes weken oud is. Het is te merken dat de baby geleidelijk aan steeds meer gaat overgeven na het voeden. Soms komt het er direct na het voeden weer uit, maar het kan ook een paar uur duren. In het begin is het misschien maar een beetje overgeven, maar het zal steeds erger worden en op een gegeven moment zal het kind na elke voeding krachtig braken. De baby krijgt nauwelijks vocht en voedsel binnen, waardoor de baby snel gewicht verliest en uitdroogt. De baby wordt suf, slap en de ogen liggen dieper in de kassen. De baby zal niet veel last hebben van veel pijn, maar hij voelt zich ook niet lekker. Er is geen sprake van koorts en diarree.
Diagnose
De dokter zal eerst een algemeen lichamelijk onderzoek uitvoeren en voelt aan de buik. De verdikte pylorus is vanaf de buitenkant door de buikwand te voelen als een knobbeltje ter grootte van een olijf. Door de buikwand is te zien dat de maag aan het samenkrampen is. Door middel van een echo kan de diagnose met zekerheid worden vastgesteld. Een röntgenonderzoek is dan niet meer nodig. Meestal is er sprake van een aangeboren aandoening. De maagportier opent niet goed of niet op het juiste moment. Als eenmaal pylorusstenose is vastgesteld, zal dit met een operatieve ingreep verholpen moeten worden. Wacht niet te lang met het raadplegen van een arts als je baby veel braakt, omdat een baby snel kan uitdrogen.
Operatie
Hoewel de operatie op zich niet een moeilijke ingreep is, is het toch risicovol omdat het om een klein patiëntje gaat die misschien al behoorlijk is afgezwakt. Toch is het belangrijk dat het kindje zo snel mogelijk wordt geholpen. De conditie van de baby speelt een grote rol. Tijdens de operatie wordt de verdikte spier voorzichtig gespleten tot op het slijmvlies. Als de spier zich daarna weer ontspant, is er genoeg ruimte zodat het voedsel weer kan passeren. De vooruitzichten na een operatie zijn meestal zeer goed. Het risico dat een baby aan pylorusstenose zal overlijden is minder dan één procent. Tegenwoordig wordt deze ingreep, indien mogelijk door middel van een kijkoperatie uitgevoerd.
Na de operatie
Het is belangrijk dat de baby zo snel mogelijk weer gevoed wordt om alle tekorten aan te vullen. Al binnen zes uur krijgt hij weer een beetje voeding. De hoeveelheid wordt langzaam aan wat uitgebreid. Als alles goed gaat en als de baby weer voldoende is aangesterkt, mag het kind meestal al na twee dagen na de ingreep weer naar huis. De doorgesneden kringspier groeit niet meer aan elkaar vast, waardoor de vernauwing niet meer terug kan komen.
Verworven pylorusstenose
In een zeldzaam aantal gevallen ontstaat er pas op latere leeftijd pylorusstenose, soms pas op een volwassen leeftijd. Bij volwassenen wordt deze aandoening, voordat de diagnose is gesteld, vaak aangezien voor maagkanker omdat dit in beginsel dezelfde klachten geeft. Waarom er pas passageklachten ontstaan op latere leeftijd is niet bekend. Vermoedelijk is er vanaf de geboorte al sprake een afwijking, maar geeft het pas op latere leeftijd klachten. Vaak is er sprake van een verminderde maag-darmpassage, vanwege een dikkere kringspier. Als de vernauwing geen klachten geeft, hoeft er niet geopereerd te worden.