Borstkasuitgangsyndroom, thoracic outlet syndroom
Het borstkasuitgangsyndroom of thoracic outlet syndroom valt onder RSI. Het is een aandoening waarbij er verschillende klachten aan de schouder, de arm en/ of de hand optreden. Deze klachten bestaan uit gevoelloosheid, pijn, blauwe of bleke verkleuring van de huid, koud aanvoelen en een vermoeid gevoel. Vaak treden deze symptomen op tijdens het werk, vooral wanneer de arm boven de schouder getild wordt. De oorzaak is te vinden in een beknelling van de zenuwen en/of de aders. Mensen met overgewicht en mensen met dikke spieren hebben er vaker last van.
Afknellen van bloedvaten en zenuwen
Het borstkasuitgangsyndroom wordt ook wel het schoudergordelsyndroom of het thoracic outlet syndroom (TOS) genoemd. Het bestaat niet uit één aandoening maar is een verzamelnaam voor verschillende aandoeningen. Deze aandoeningen hebben allemaal gemeen dat er bloedvaten en zenuwen worden afgekneld. Deze bloedvaten en zenuwen lopen vanuit de borstkas naar de arm toe. Vaak zit de beknelling in de borstkas of het bovenste gedeelte van de hals. De ruimte in dit gebied is smaller dan elders in het lichaam, waardoor een afknelling eerder kan ontstaan. Het borstkasuitgangsyndroom valt onder de benaming RSI.
Oorzaken
Er zijn verschillende oorzaken te vinden voor het borstkasuitgangsyndroom. Als eerste kan de aanwezigheid van een extra halsrib de oorzaak zijn. De wervelkolom bestaat uit 33 wervels, soms is er een staartwervel meer of minder aanwezig. Van alle wervels bestaan er 7 halswervels/ halsribben. Bij een klein aantal mensen komt een achtste halsrib voor. Deze zorgt voor een nauwere doorgang. Ook kan er een vernauwde ruimte aanwezig zijn tussen de eerste rib en het sleutelbeen. Daarnaast kunnen de halsspieren erg verdikt zijn waardoor zenuwen en bloedvaten worden afgekneld. Soms is een tumor de oorzaak van de afknelling. Mensen met overgewicht en mensen die gespierd zijn krijgen hier eerder mee te maken. Ook komt het vaker bij vrouwen voor. Vooral mensen in de leeftijd tussen de 30 en 40 jaar hebben er vaker last van.
Symptomen en klachten
Tussen het sleutelbeen en de eerste rib kan de slagader of de ondersleutelbeenader beklemd raken. De borstkaszenuwen kunnen beklemd raken tussen de halsspieren. Tussen het schouderblad en de pees van de kleine borstspier kunnen zenuwen of slagader bekneld raken.
Vaak is er sprake van pijn in de schouder die uitstraalt naar de arm of de hand toe. Deze pijn wordt vaak veroorzaakt door druk op de zenuwen. Ook treedt er soms krachtverlies op. Vaak is dit het geval wanneer de arm boven de schouder wordt getild. De arm of de hand kan doof aanvoelen. Ook tintelingen komen voor. Aanraking van de arm of hand voelt vreemd aan, alsof de arm slaapt. Daarnaast kan de schouder, de arm of de hand zwaar aanvoelen. Wanneer een ader bekneld is zal de arm of de hand opzwellen en blauw verkleuren. Wanneer een slagader bekneld is zal de huid koud aanvoelen en bleek uitzien. Soms ontstaan er een kloppend gevoel boven het sleutelbeen. Ook pijn in de nek komt voor. Daarnaast komen tintelingen in de nek en schouder voor.
In een aantal gevallen komen er krampen voor in de hand of aan de onderkant van de arm. De fijne motoriek kan ook verstoord zijn, waardoor schrijven of andere fijne bezigheden moeizaam gaan. De handen of de armen kunnen snel vermoeid aanvoelen. In de meeste gevallen ontstaan de klachten wanneer er boven de schouder wordt gewerkt zoals bij het ophangen van de was, het haar kammen, iets van hoogte grijpen etc. Ook kunnen de klachten nachts verergeren doordat er tijdens het liggen meer druk op de zenuwen of aders ontstaat.
Behandeling
Het is voor een arts niet altijd even makkelijk om de diagnose borstkasuitgangsyndroom te stellen. Vaak zal aan de hand van het verleden en een lichamelijk onderzoek een diagnose gesteld worden. Dit houdt niet in dat deze diagnose ook altijd juist is. Hoe meer klachten er zijn hoe duidelijker de diagnose richting het borstkasuitgangsyndroom zal wijzen. Soms worden er vaatfoto's gemaakt die kunnen wijzen op vaatbeschadiging. Dit kan optreden na langdurige beknelling van de aders. Er zijn een aantal testen die de kracht in de armen en handen meten. Hierbij wordt er gelet op klachten die optreden tijdens deze test.
Soms helpt fysiotherapie of een andere vorm van therapie. Het is ook belangrijk om de werkhouding en de slaaphouding aan te passen. Hierdoor zullen de klachten verminderen. De therapie richt zich ook op het versterken van de spieren. Bij aanhoudende klachten zal de arts soms operatief moeten ingrijpen. De eerste rib wordt hierbij soms verwijderd. Hierdoor ontstaat er meer ruimte voor de aders en de zenuwen, waardoor deze niet meer afgekneld worden.