Het MERS-coronavirus, de moderne SARS
Het Middle East Respiratory Syndrome (MERS) is een virale ziekte die voor het eerst werd gediagnosticeerd in Saoedi-Arabië in 2012, en sterk vergelijkbaar is met het SARS-virus dat opdook in 2003. Volgens de WHO (World Health Organisation) zijn er sinds de uitbraak van MERS reeds 173 mensen bezweken aan deze ziekte. Veelal werden slachtoffers gerapporteerd die leefden in het Midden-Oosten of onlangs waren afgereisd naar dit gebied. Recent werd een nieuwe uitbraak van het MERS-virus vastgesteld in Zuid-Korea waar reeds enkele tientallen dodelijke slachtoffers vielen.
Wat is het MERS-coronavirus?
MERS is een virale ziekte van de luchtwegen die wordt gekenmerkt door griepachtige symptomen waaronder hoesten, kortademigheid en algemene verzwakking. De ernst van deze symptomen kan variëren van vrij mild tot zeer ernstig met mogelijk longontsteking, gastro intestinale ziekte, nierfalen en zelfs de dood tot gevolg.
Het MERS-coronavirus is zeer vergelijkbaar met Severe Acute Respiratory Syndrome (SARS), een andere zeer besmettelijke ziekte van de luchtwegen die in 2003, in China ontstond en vervolgens een wereldwijde uitbraak kende. Hoewel MERS minder dodelijk lijkt dat het SARS-virus, is deze toch gevaarlijker dan het influenzavirus en andere veel voorkomende virussen. Wanneer iemand besmet geraakt met het MERS-virus is er dertig procent kans op een fatale afloop.
Naast MERS kan het coronavirus ook de oorzaak zijn van een eenvoudige verkoudheid en sommige dierenziekten.
Bron en overdracht van MERS
Hoewel de exacte bron van het MERS-virus nog niet echt gekend is wijst recent onderzoek in de richting van dromedarissen als potentiële bron van het virus. In het Midden-Oosten, waar het virus initieel uitbrak, komt de dromedaris vaak voor en krijgt het heel wat functies toegewezen waaronder vee, transportmiddel en huisdier.
Onderzoek heeft uitgewezen dat het MERS-virus kan worden overgedragen op de mens door middel van blootstelling aan speeksel, slijmen en ander lichaamsvocht van dromedarissen. Ook het eten van dromedarissenvlees of het drinken van niet-gepasteuriseerde dromedarissenmelk houdt een verhoogd risico op overdracht van het virus in.
Het MERS-virus is veel minder besmettelijk in vergelijking met andere besmettelijke ziekten zoals influenza en de mazelen waardoor de kans veel kleiner is dat het virus wordt overgedragen van mens op mens. Wanneer dit toch gebeurt vindt de besmetting meestal plaats in een ziekenhuis door reeds besmette patiënten of gezondheidsmedewerkers.
Behandeling en preventie
Momenteel bestaat er nog geen sluitende behandeling tegen MERS. Zorgverleners behandelen geïnfecteerde patiënten met ondersteunende medische zorg welke gericht is op het verlichten van de symptomen die gepaard gaan met de ziekte. Dergelijke maatregelen omvatten medicatie en antibiotica tegen koorts en secundaire infecties en het toedienen van extra zuurstof tegen kortademigheid. Tot nu toe bestaat er nog geen vaccin tegen het MERS-virus.
Volgens het CDC (Centers for Disease Control and Prevention) lopen enkel die personen die in nauw contact komen met besmette personen een verhoogd risico om het MERS-virus op te lopen. Net zoals bij andere respiratoire aandoeningen gelden bepaalde preventieve maatregelen om besmetting te voorkomen: Handen wassen, oppervlakken desinfecteren en aanrakingen vermijden aan ogen, neus en mond voorafgaand aan het wassen van de handen. De CDC heeft richtlijnen opgesteld voor ziekenhuizen in getroffen gebieden om de overdracht naar andere patiënten en medewerkers te minimaliseren tijdens de behandeling van besmette of potentieel besmette patiënten.
Veilig reizen naar het Midden-Oosten
Het risico om een MERS besmetting op te lopen tijdens het reizen is bijzonder klein, daarom wordt ook geen negatief reisadvies gegeven naar deze regio. De WHO stelt wel dat reizigers voor het Arabische schiereiland die lijden aan een chronische ziekte of immuniteitsaandoening de nodige voorzorgsmaatregelen dienen te treffen in het bijzijn van dromedarissen en kamelen en de consumptie van dromedarissenvlees, niet-gepasteuriseerde dromedarissenmelk en ander voedsel dat mogelijk besmet zou kunnen zijn door dierlijke afscheidingen vermijden.
Gezonde mensen wordt aangeraden om de handen te wassen na aanraking met dromedarissen, kamelen en andere boerderijdieren, aanraking met zieke dieren vermijden en ten allen tijde een goede voedselhygiëne te handhaven.