PEG-sonde: Vloeibare voeding opnemen
Sommige patiënten dienen vloeibare voeding in te nemen omdat ze niet of onvoldoende voeding tot zich kunnen nemen. Dit verloopt via een PEG-sonde, ook wel PEG-katheter genoemd. PEG staat voor “percutane endoscopische gastrostomie”. Via een endoscoop (een flexibele kijkslang) plaatst de arts een dun slangetje in de maag. Hij maakt hiervoor een sneetje in de buikwand. De patiënt voelt weinig van de ingreep, daar hij een roesje krijgt en de arts de sonde verder onder plaatselijke verdoving uitvoert. Deze ingreep gebeurt op de endoscopie- of maag-darm-leverafdeling in het ziekenhuis. De PEG-sonde gaat ongeveer één tot drie jaar mee.
Voorbereiding PEG-sonde
Vooreerst dient de patiënt mee te geven aan de arts welke medicatie hij gebruikt. Sommige medicijnen zoals
bloedverdunners moet hij namelijk wellicht enkele dagen voor de ingreep stopzetten. Diabetespatiënten dienen dit zeker door te geven om zo de dosering eventueel aan te passen voor de ingreep.
Daarnaast dient de patiënt de arts te informeren over eventuele
allergieën (allergische reactie door contact met uitlokkende stof) of andere medische aandoeningen. De patiënt mag vanaf middernacht niet meer eten, drinken of
roken. Wel mag hij zijn mond spoelen met water. De patiënt neemt best zijn medicijnen mee naar het ziekenhuis. Bovendien regelt hij best vervoer naar huis, aangezien hij na de ingreep niet zelf naar huis mag rijden.
De patiënt moet zijn kunstgebit verwijderen voor de procedure plaatsvindt /
Bron: Jim Sneddon, Flickr (CC BY-2.0)
Praktisch
De ingreep kent een tijdsduur van ongeveer dertig minuten en gebeurt bij volwassenen veelal poliklinisch, waardoor de patiënt ’s avonds naar huis kan. Kinderen krijgen meestal een volledige narcose, waardoor ze twee tot drie dagen in het ziekenhuis moeten blijven.
De patiënt moet na de ingreep nog minstens drie tot vier uur gemonitord worden. De patiënt komt eerst naar het ziekenhuis en dient daar samen met de verpleegkundige een vragenlijst in te vullen. Daarna krijgt de patiënt een infuus in de rechterhand. Dit zorgt ervoor dat de patiënt
antibiotica kan krijgen, wat de kans op infecties aanzienlijk verkleint.
De patiënt moet zijn
kunstgebit of plaatje uitdoen. De verpleegkundige brengt de patiënt ongeveer één uur later naar de
endoscopieafdeling.
De ingreep
Vooreerst dient de patiënt zijn buik te ontbloten. Hij moet goed gemonitord worden en krijgt daarom een bloeddrukmeter en vingerclip (sensor, knijpertje) aangesloten. Zo is de arts in staat om de hartslag, bloeddruk en het zuurstofgehalte te controleren. Het meten van het zuurstofgehalte in het bloed gebeurt met een
pulsoximetrie.
De patiënt gaat vervolgens met zijn linkerzij op de onderzoekstafel liggen met een bijtring in zijn mond. Deze bijtring beschermt de endoscoop. De arts brengt ook een slangetje in de neus van de patiënt zodat hij extra zuurstof toegediend krijgt. De patiënt is daarna klaar om een roesje te krijgen via het infuus. Dit rustgevend middel werkt onmiddellijk, zodat de patiënt ontspannen is en zich achteraf weinig herinnert van de ingreep. De patiënt krijgt te horen dat hij zich mag ontspannen en moet letten op zijn ademhaling; dan verloopt de ingreep het vlotst.
Daarna mag de patiënt de flexibele slang inslikken die de arts inbrengt in zijn mond. De slang moet namelijk in de slokdarm geraken. Dit is voor sommige patiënten wel even moeilijk en voelt voor hen benauwd aan, maar dit verbetert wanneer de slang in de slokdarm zit. Bovendien is ademhalen nog steeds mogelijk, aangezien de luchtwegen vrij blijven. Nadat de slang is ingebracht, mag de patiënt niet meer slikken omdat hij dan gaat
kokhalzen. Het
speeksel wordt afgezogen met een zuigertje. De verpleegkundige dimt daarna het licht in de kamer zodat de arts het beeldscherm duidelijker ziet. Hij blaast vervolgens lucht in de maag van de patiënt. Mogelijk moet de patiënt hier van
boeren of heeft hij een “vol” gevoel. Het maagslijmvlies is dankzij de lucht goed zichtbaar voor de arts. Hij bekijkt hierbij de maaguitgang grondig. De arts draait de patiënt tijdens de ingreep ook op de rug.
De verpleegkundige dimt verder het licht in de kamer. De arts bekijkt waar hij best de PEG-sonde plaatst op de buik van de patiënt. Hij ziet hierbij het lampje van de endoscoop door de buikwand. De arts ontsmet de buik en geeft dan een
plaatselijke verdoving op de plek waar hij de sonde gaat steken. Op de buik van de patiënt plaatst de arts een steriel doek. Dan maakt de arts een sneetje waar hij de verdoving heeft geplaatst. De arts prikt daarna de maag aan van buitenaf via de buikwand. Dit ziet hij goed via de endoscoop. Hij schuift hierbij een voerdraad door de naald. Hij brengt de voerdraad door de mond naar buiten met behulp van de endoscoop. Hieraan knoopt de arts de PEG-sonde vast en trekt hij deze naar binnen. Hiervoor trekt hij aan de buikzijde aan de voerdraad.
De sonde kan er niet helemaal uitvallen, daar aan het uiteinde van de PEG-sonde een verdikking zit, een zogenaamde bumper. De arts schuift over de sonde een fixatieschijfje tot op de huid met als doel de PEG-sonde op zijn plaats te houden. De bevestiging van de voedingsslang gebeurt aan het andere uiteinde. Daar zit een aansluitstukje met een afsluitdopje. De patiënt krijgt een doorzichtige pleister op de insteekopening (stoma) van de PEG-sonde die de verpleegkundige dagelijks vervangt.
Na de ingreep
De patiënt gaat terug naar de verpleegafdeling. De verpleegkundige controleert gedurende anderhalf uur de bloeddruk, de hartslag en het zuurstofgehalte bij de patiënt. Eten en drinken mag pas wanneer de verpleegkundige hiervoor de toestemming geeft. De verpleegkundige spoelt de PEG-sonde na ongeveer drie tot vier uur met warm water. De sondevoeding is dan mogelijk. De patiënt mag daarna naar huis gebracht worden; hij mag immers niet zelf aan het verkeer deelnemen.
Weer thuis
Intense activiteiten, werken met machines en het drinken van alcohol zijn zeker de dag van de ingreep ten stelligste af te raden. Alcohol versterkt namelijk het rustgevende middel. Douchen en baden worden ook afgeraden tot zeven dagen na de operatie. Het is de bedoeling dat het lichaam een stevig kanaal (fistel) vormt tussen de maag en buikhuid, dat door de vorming van bindweefsel stevig wordt.
Het gebruik van vaseline is nuttig voor het hanteren van een goede mondhygiëne /
Bron: Kiyok, Wikimedia Commons (CC BY-SA-3.0)
Complicaties: Vloeibare voeding opnemen
Bij dit onderzoek zijn enkele complicaties mogelijk. Het is normaal dat de patiënt een
opgeblazen gevoel heeft en lichte
buikkrampen ervaart door de lucht die de arts in de buik heeft geblazen. Dit verdwijnt spontaan. Met een
pijnstiller verdwijnt de
pijn waar de arts de PEG-sonde heeft gestoken. Soms lekt er wondvocht en bloed rond de insteekopening, maar dit is niet erg. Ook de mogelijk geïrriteerde keel is niet onrustwekkend en verdwijnt spontaan. Zeer sporadisch heeft een patiënt een
maagbloeding of
maagperforatie (gat in maagwand met ernstige
buikpijn en
braken). Hij moet hiervoor dan opnieuw onder het mes.
Als de wonde er rood uitziet, pijnlijk is, warm aanvoelt en gezwollen is, en de patiënt heeft
koorts, is wellicht een infectie opgetreden. Soms raakt een sonde verstopt. Mogelijk dient deze dan vervangen te worden via een nieuwe ingreep. Bij sommige patiënten ontstaat makkelijk
spruw, een schimmelziekte van huid en slijmvliezen veroorzaakt door de schimmel
Candida Albicans. De mondslijmvliezen zijn bijgevolg ontstoken. Daarom is een goede
mondhygiëne van primordiaal belang. De tanden en
tong poetsen, de tandentussenruimte reinigen met een tandenstoker of flosdraad, de mond spoelen met
mondwater, het gebitsprothese en het bewaardoosje reinigen alsook de lippen insmeren met lippenbalsem of vaseline zijn enkele tips. Bij mogelijke complicaties dient de patiënt steeds de verpleegkundige of een arts in het ziekenhuis te verwittigen.
Nazorg en opvolging
Na de ingreep is regelmatige opvolging essentieel om de gezondheid van de PEG-sonde te monitoren en eventuele complicaties tijdig te signaleren. De patiënt moet regelmatig terugkomen naar het ziekenhuis voor controles en onderhoud van de sonde. Het is belangrijk om bij elke controle de arts te informeren over veranderingen in de toestand of symptomen, zoals pijn, bloeding of abnormale afscheiding rond de sonde.
Levensstijl en voeding
Voor patiënten met een PEG-sonde is een aangepaste voedingsstrategie noodzakelijk. Voeding moet via de sonde worden toegediend volgens de richtlijnen van een diëtist. Het is belangrijk om de voeding goed te bereiden en te controleren om verstoppingen van de sonde te voorkomen. Tevens moeten patiënten aandacht besteden aan hun algehele gezondheid en eventuele veranderingen in hun lichamelijke toestand.
Psychologische aspecten
Het ontvangen van een PEG-sonde kan emotioneel belastend zijn voor sommige patiënten. Het is belangrijk om psychologische ondersteuning te zoeken indien nodig. Dit kan helpen bij het aanpassen aan de nieuwe levensomstandigheden en het omgaan met eventuele zorgen of angst die de patiënt ervaart.
Hulpmiddelen en ondersteuning
Er zijn verschillende hulpmiddelen beschikbaar voor patiënten met een PEG-sonde, zoals speciale voedingspompen en sondevoeding. Verpleegkundigen en diëtisten kunnen adviseren over de juiste hulpmiddelen en hoe deze het beste kunnen worden gebruikt. Ook kunnen zij ondersteuning bieden bij het leren omgaan met de PEG-sonde en het verzorgen van de sonde op de juiste manier.