Stevens-Johnson-syndroom: Reactie op medicatie of infectie
Het Stevens-Johnson-syndroom is een zeldzame, maar ernstige aandoening die de huid, de slijmvliezen, de ogen en de geslachtsorganen aantast. Deze komt wellicht tot stand na het gebruik van bepaalde geneesmiddelen, of als reactie op een bepaalde infectie. Meestal heeft de patiënt koorts en andere algemene griepachtige symptomen, en ontwikkelt hij daarna specifieke symptomen van de ziekte. Deze aandoening is een medische noodsituatie waarbij de behandeling in het ziekenhuis plaatsvindt. Vooral ooggerelateerde complicaties vinden hierbij plaats, met soms blindheid als gevolg. De Amerikaanse kinderartsen Albert Mason Stevens en Frank Chambliss Johnson beschreven het syndroom voor het eerst in 1922.
Synoniemen Stevens-Johnson-syndroom
Het Stevens-Johnson-syndroom (SJS) is eveneens gekend onder deze synoniemen:
- dermatostomatitis
- ectodermosis erosiva pluriorificialis
- erythema exsudativum multiforme
- erythema multiforme minor of major
- Lyell-syndroom
- syndroom van Lyell
- toxische epidermale necrolyse (overgevoelige reactie op medicatie met symptomen aan de huid en organen)
Epidemiologie
Het Stevens-Johnson-syndroom (SJS) is een zeldzame maar ernstige aandoening die voornamelijk de huid en slijmvliezen aantast. Het komt wereldwijd voor, hoewel de prevalentie sterk varieert afhankelijk van de regio en de populatie. De aandoening treft meestal volwassenen, maar kan ook bij kinderen voorkomen. De incidentie wordt geschat op ongeveer 1 tot 2 gevallen per miljoen per jaar, hoewel de cijfers variëren afhankelijk van de gebruikte methodologieën en geografische locatie.
Leeftijd en geslacht
SJS kan op elke leeftijd optreden, maar de meeste gevallen worden gezien bij volwassenen tussen de 20 en 40 jaar. Bij kinderen is het zeldzamer, maar kan het ernstiger verlopen. Er lijkt geen significant verschil in incidentie tussen mannen en vrouwen, hoewel sommige studies een licht verhoogd risico bij mannen suggereren. De ernst van de aandoening neemt vaak toe met de leeftijd, vooral bij ouderen, die een verhoogd risico lopen op complicaties zoals infecties en orgaanfalen.
Geografische variaties
Er zijn geografische verschillen in de prevalentie van SJS, waarbij hogere frequenties worden gerapporteerd in Aziatische landen zoals Japan en India. In deze regio’s wordt de associatie tussen bepaalde geneesmiddelen en het ontwikkelen van SJS sterk benadrukt, wat kan wijzen op genetische factoren die bijdragen aan het risico. In westerse landen, zoals de VS en Europa, wordt SJS vooral geassocieerd met medicatiegebruik, waarbij medicijnen zoals antibiotica en anticonvulsiva de meest voorkomende triggers zijn.
Etnische verschillen
Bepaalde etnische groepen hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van SJS, vooral als gevolg van genetische gevoeligheid voor bepaalde geneesmiddelen. Zo wordt een verhoogd risico waargenomen bij Aziatische en Afrikaanse bevolkingsgroepen, waarbij specifieke genetische markers, zoals het HLA-B*1502-gen, in verband worden gebracht met een verhoogd risico op ernstige reacties op geneesmiddelen zoals carbamazepine.
Mechanisme
Het mechanisme van het Stevens-Johnson-syndroom is complex en wordt voornamelijk aangestuurd door een immunologische reactie op bepaalde triggers, zoals geneesmiddelen of infecties. Het lichaam reageert door een overmatige afweerreactie te geven, wat leidt tot het afsterven van huidcellen en het ontstaan van blaren en ulceraties op de huid en slijmvliezen.
Immunologische respons
SJS wordt vaak beschouwd als een type geneesmiddel-geïnduceerde toxische epidermale necrolyse (TEN), een ernstige huidreactie die wordt gekarakteriseerd door het afsterven van epidermale cellen. Dit is een reactie van het immuunsysteem, waarbij cytotoxische T-cellen en andere immuuncellen betrokken zijn die de huidcellen aanvallen. Dit proces resulteert in de vernietiging van de huid en slijmvliezen, wat leidt tot de kenmerkende symptomen van de ziekte, waaronder pijnlijke huiduitslag en open wonden.
Genetische factoren
Er is een duidelijke genetische component aan het mechanisme van SJS. Specifieke genetische markers, zoals HLA-B*1502, zijn geassocieerd met een verhoogd risico op SJS bij patiënten die bepaalde geneesmiddelen gebruiken, zoals carbamazepine. Genetische testen kunnen nuttig zijn om risicovolle patiënten te identificeren, vooral in etnische groepen die vatbaarder zijn voor dergelijke reacties.
Geneesmiddelgeïnduceerde reacties
De meeste gevallen van SJS worden uitgelokt door een geneesmiddelreactie. Medicijnen zoals antibiotica (bijvoorbeeld penicilline en sulfonamiden), anticonvulsiva (zoals carbamazepine en phenytoïne), en niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID's) zijn de belangrijkste veroorzakers. Deze geneesmiddelen kunnen een immunologische reactie triggeren die resulteert in huidbeschadiging. Het mechanism van deze reacties is vaak een overdreven afweerreactie tegen het medicijn, waarbij het immuunsysteem gezonde cellen aanvalt.
Oorzaken: Reactie op medicatie of een infectie
Het Stevens-Johnson-syndroom is een zeldzame en onvoorspelbare immuunreactie op bepaalde geneesmiddelen of een infectie. Soms is de oorzaak niet te identificeren.
Medicatie en medische behandelingen
De
allergische reactie op het geneesmiddel vindt veelal zeven tot veertien dagen na het eerste gebruik plaats.
Geneesmiddelen die het Stevens-Johnson syndroom soms veroorzaken omvatten:

Pijn op de borst komt voor bij het Stevens-Johnson syndroom /
Bron: Pexels, Pixabay Infecties
Infecties die leiden tot het SJS komen vaker bij kinderen dan bij volwassenen voor. Deze infecties verhogen de kans op het ontwikkelen van SJS:
Risicofactoren
Factoren die het risico op het ontwikkelen van Stevens-Johnson-syndroom verhogen, zijn:
- Een familiale geschiedenis van het Stevens-Johnson-syndroom
- Een geschiedenis van het Stevens-Johnson-syndroom: Dit vindt vooral plaats wanneer een medicijn de symptomen veroorzaakt heeft en de patiënt dit geneesmiddel opnieuw inneemt.
- Een verzwakt immuunsysteem door bijvoorbeeld een orgaantransplantatie, het gebruik van chemotherapie, HIV/AIDS en auto-immuunaandoeningen zoals lupus.
- Het hebben van een bepaald gen (HLA-B 1502), dat vooral aanwezig is in families van Chinese, Zuidoost-Aziatische of Indiase afkomst.
- Virale infecties zoals herpes, een virale longontsteking, HIV of hepatitis.
Risicogroepen
Hoewel het Stevens-Johnson-syndroom een zeldzame aandoening is, zijn er bepaalde risicogroepen die een verhoogde kans hebben op het ontwikkelen van deze ziekte.
Kinderen
Kinderen kunnen het Stevens-Johnson-syndroom ontwikkelen, hoewel dit relatief zeldzaam is. In veel gevallen is het de reactie op infecties of vaccins, maar geneesmiddelen kunnen ook bijdragen aan de ontwikkeling van SJS. De ernst van de ziekte kan groter zijn bij jonge kinderen, aangezien hun huid vaak dunner is en ze moeilijker in staat zijn om de huidbeschadigingen te herstellen.
Ouderen
Ouderen lopen een verhoogd risico op het ontwikkelen van SJS, vooral wanneer ze verschillende medicijnen gebruiken voor andere gezondheidsproblemen. Het immuunsysteem van ouderen is vaak verzwakt, waardoor ze vatbaarder zijn voor ernstige reacties op geneesmiddelen.
Patiënten met een genetische aanleg
Patiënten van bepaalde etnische achtergronden, zoals Aziatische, Afrikaanse of Zuid-Amerikaanse afkomst, hebben vaak een genetische aanleg voor SJS. Genetische tests kunnen helpen bij het identificeren van risicovolle patiënten die gevoelig zijn voor geneesmiddelreacties.
Algemene symptomen en problemen met huid, slijmvliezen en ogen
De andere symptomen van het Stevens-Johnson-syndroom zijn erg variabel en komen niet altijd en bij iedereen tot uiting. SJS begint meestal met koorts, keelpjin en vermoeidheid, die de arts meestal behandelt met antibiotica. Daarna verschijnen zweren en andere letsels in de slijmvliezen, bijna altijd in de mond en op de lippen (als onderdeel van
stomatitis (ontsteking van slijmvlies in en rond mond)), maar ook in de genitale en anale regio. De mondletsels zijn veelal zeer pijnlijk waardoor de patiënt niet meer goed in staat is om te eten of drinken. Bij ongeveer één op de drie patiënten verschijnt daarna een oogbindvliesontsteking. Ook presenteert de patiënt zich met een
huiduitslag die zich ontwikkelt op het
gezicht, de romp, de armen en benen, en de zolen van de voeten. De hoofdhuid is in de meeste gevallen niet aangetast. SJS tast vooral de huid en de ogen aan waarbij tal van symptomen optreden.
Algemene griepachtige symptomen
Meestal starten de symptomen met griepachtige klachten zoals:

Netelroos ((jeukende) bultjes op de huid) is één van de mogelijke symptomen /
Bron: Hans, Pixabay Huid en slijmvliezen
- blaren op de huid en de slijmvliezen van de mond, de neus, de ogen, de keelholte, het strottenhoofd, de luchtpijp en de geslachtsdelen
- een pijnlijke huid
- een pijnlijke mond en keel waardoor slikproblemen (dysfagie) en uiteindelijk uitdroging (dehydratie) ontstaat
- een rode of paarse huiduitslag die zich verspreidt binnen enkele uren tot dagen
- een zwelling in het gezicht
- een zwelling van de tong (macroglossie)
- mondbranden (aandoening met pijn aan tong en mond)
- necrose
- netelroos (huidziekte met jeukende bultjes op de huid)
- vervelling
- verzwering: De huidzweren hebben het uiterlijk van netelroos, zijn verhoogd of verkleurd en verschijnen onder meer op het gezicht of de lippen, maar ook op het bovenlichaam, de benen, de armen, de handen of de voeten. Beide zijden van het lichaam zijn aangetast (symmetrisch). De huidzweren hebben een centrale krater die omringd is door bleke rode ringen. Hierin zitten met vloeistof gevulde blaren of cysten (abnormaal gevormde blaasvormige holten in lichaam) van verschillende afmetingen. De huidzweren starten en verspreiden zich snel en komen vaak terug.
Ogen
Diverse ooggerelateerde afwijkingen komen voor aan de oogleden, het
oogbindvlies en het hoornvlies. Enkele van de meest voorkomende oog(lid)afwijkingen zijn:
- blefaritis (ontsteking van de ooglidranden)
- distichiasis
- een hoornvlieszweer (cornea ulcus)
- entropion (naar binnen gedraaide oogleden)
- iritis (een ontsteking van het regenboogvlies in het oog)
- etterende conjunctivitis (oogbindvliesontsteking): Ernstige conjunctivitis is een vaak voorkomend kenmerk van de ziekte wat leidt tot hoornvlieslittekens en een verminderd gezichtsvermogen.
- meibomitis (ontsteking van de talgklieren van het ooglid)
- neovascularisatie (nieuwvorming van bloedvaten)
- oppervlakkige keratitis punctata (droge ogen door hoornvliesletsels)
- trichiasis (naar binnen gekeerde oogharen)
- ...
Hierbij treden volgende symptomen op:
Alarmsymptomen
Het Stevens-Johnson-syndroom begint vaak met een aantal vage, niet-specifieke symptomen die snel kunnen verergeren. Het herkennen van alarmsymptomen kan essentieel zijn voor vroege diagnose en behandeling.
Huiduitslag en blaren
Het meest kenmerkende symptoom van SJS is een pijnlijke huiduitslag die gepaard gaat met het ontstaan van blaren en het loslaten van de bovenste huidlagen. De huidbeschadigingen beginnen vaak op de gezichtshuid, de romp en de bovenste ledematen.
Koorts en malaise
Patiënten met SJS ervaren vaak koorts, algemene zwakte en vermoeidheid. Deze symptomen gaan vaak vooraf aan de zichtbare huidlaesies en kunnen gepaard gaan met pijnlijke mondzweren of oogbeschadigingen.
Aantasting van de slijmvliezen
De slijmvliezen, zoals die in de mond, ogen en genitaliën, worden vaak aangetast. Dit kan leiden tot pijnlijke zweren, ontsteking en, in ernstige gevallen, verlies van het gezichtsvermogen of de functie van de genitaliën.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk en diagnostisch onderzoek
De arts voert eerst een lichamelijk onderzoek bij de patiënt met het Stevens-Johnson-syndroom. Hij bemerkt de huid- en slijmvliesafwijkingen en de andere symptomen. Hij bevestigt de diagnose aan de hand van een stukje weefsel dat hij afneemt via een
huidbiopsie. Dit stukje huid laat hij vervolgens microscopisch laat onderzoeken in het laboratorium. Omdat de ogen vaak betrokken zijn en hierbij mogelijk ernstige visuele complicaties optreden, is een
grondig oogonderzoek vereist bij alle patiënten met SJS. Hij gebruikt fluoresceïne om de omvang van de schade aan het oog te beoordelen. Daarnaast neemt hij een biopt van het oogbindvlies. Het onderzoeken van het oogbindvlies en de oogleden is een cruciaal onderdeel van het oogonderzoek omdat deze vaak betrokken zijn bij het Stevens-Johnson syndroom.
Differentiële diagnose
Het klinisch beeld van volgende aandoeningen lijkt op dit van het Stevens-Johnson-syndroom en is daarom gekend als de differentiële diagnose:
Behandeling via medicijnen
Stoppen met medicijnen
De patiënt met het Stevens-Johnson-syndroom heeft een medische behandeling in het ziekenhuis nodig op een afdeling van brandwonden of intensieve zorgen. De patiënt stopt onder begeleiding van de arts één voor één met de medicijnen die hij inneemt. Op deze manier weet de arts welk medicijn de ziekte veroorzaakt. Dit is niet altijd eenvoudig, en daarom adviseert de arts soms om alvast met alle niet-essentiële medicijnen te stoppen.
Ondersteunende behandeling
Andere behandelingen zijn onder andere een toediening van vocht, omdat het lichaam veel vocht verliest bij de ziekte. Dit gebeurt via de neus of via een maagsonde. Daarnaast krijgt de patiënt wondverzorging (met behulp van koele, vochtige kompressen) en oogzorg via
oogdruppels,
kunsttranen of
oogzalf. De patiënt krijgt tal van medicijnen:
Prognose
Wanneer de arts in staat is om de huidreactie te stoppen en de onderliggende oorzaak te elimineren, dan is dit een goed teken van de huid die weer begint te groeien. Kleine letsels genezen reeds binnen de één à zes weken, tenzij een secundaire infectie optreedt. Soms keren de symptomen wel terug. De meeste patiënten herstellen zonder restverschijnselen, maar de hersteltijd neemt soms wel meerdere maanden in beslag. Wanneer de vervelling van de huid extreem is (meer dan 30% van het totale lichaamsoppervlak), dan komt de helft van de patiënten hieraan wel te overlijden door bacteriëmie of
sepsis (bloedvergiftiging).
Complicaties
Ogen
Patiënten ervaren op lange termijn vaak ooggerelateerde problemen zoals:
Andere complicaties
Andere complicaties zijn onder andere:
- een secundaire huidinfectie (cellulitis: huidinfectie met pijnlijke, rode en gezwollen huid) wat mogelijk leidt tot ernstige problemen zoals bloedvergiftiging (sepsis)
- een verlies van lichaamsvloeistoffen (een shock)
- hartproblemen zoals myocarditis (ontsteking van de hartspier)
- infecties op het tandvlees of in de mond
- leverproblemen zoals hepatitis (een leverontsteking)
- littekens op de huid of huidveranderingen
- littekens op de penis
- longproblemen zoals een bronchitis (ontsteking van de luchtpijpvertakkingen), wat hoesten en ademhalingsproblemen met zich meebrengt.
- nierproblemen zoals nefritis (nierontsteking)
- slokdarmproblemen zoals een oesofagusstrictuur (vernauwing en littekenvorming van de slokdarm)
- vaginale stenose (vernauwing van de vagina veroorzaakt door een opbouw van littekenweefsel)
Preventie
Hoewel het Stevens-Johnson-syndroom in veel gevallen moeilijk te voorkomen is, zijn er enkele maatregelen die kunnen helpen het risico te verlagen.
Vermijden van risicomedicatie
Het vermijden van geneesmiddelen die bekend staan als triggers voor SJS is de belangrijkste preventieve maatregel. Het is belangrijk dat patiënten die gevoelig zijn voor geneesmiddelreacties zorgvuldig worden gescreend en genetische tests ondergaan indien mogelijk.
Vroegtijdige diagnose en behandeling
Het snel herkennen van de eerste symptomen van SJS kan helpen bij het starten van een adequate behandeling, zoals het stoppen van de verantwoordelijke medicatie en het toedienen van ondersteunende therapieën, om de prognose te verbeteren.
Genetisch advies
Patiënten met een familiegeschiedenis van SJS of die genetische risicofactoren vertonen, kunnen baat hebben bij genetisch advies om hun risico te begrijpen en voorzorgsmaatregelen te nemen bij het gebruik van bepaalde geneesmiddelen.
Praktische tips voor het leven met / omgaan met Stevens-Johnson-syndroom
Het Stevens-Johnson-syndroom (SJS) is een zeldzame maar ernstige aandoening die meestal wordt veroorzaakt door een allergische reactie op medicijnen of infecties. Het leidt tot pijnlijke huiduitslag, blaren, en wonden die zich vaak ook verspreiden naar slijmvliezen zoals ogen, mond en geslachtsorganen. Het is belangrijk om snel medische hulp in te schakelen bij de eerste symptomen, aangezien de aandoening kan verergeren. Hier zijn enkele praktische tips voor het omgaan met Stevens-Johnson-syndroom.
Herken de symptomen vroeg
De vroege symptomen van het Stevens-Johnson-syndroom beginnen vaak met koorts, keelpijn, en vermoeidheid, gevolgd door een pijnlijke huiduitslag die snel kan verergeren. Het is belangrijk om alert te zijn op deze symptomen, vooral als je onlangs een nieuw medicijn hebt gestart of een infectie hebt gehad.
Als je vermoedt dat je Stevens-Johnson-syndroom hebt, neem dan onmiddellijk contact op met je arts. Hoe sneller de behandeling begint, hoe beter de prognose.
Zorg voor pijnverlichting
De huidbeschadigingen en blaren die gepaard gaan met Stevens-Johnson-syndroom kunnen extreem pijnlijk zijn. Het is essentieel om effectieve pijnbestrijding te krijgen. Je arts kan je helpen bij het kiezen van de juiste pijnstillers, zoals paracetamol of ontstekingsremmers.
Bij ernstige pijn kan een opioïde pijnstiller nodig zijn. Het is belangrijk om pijnbeheersing in te zetten om de kwaliteit van je leven tijdens het herstel te verbeteren.
Hydratatie en huidverzorging
De blaren en open wonden kunnen leiden tot uitdroging en een verhoogd risico op infecties. Het is belangrijk om goed gehydrateerd te blijven door voldoende water te drinken. Hydratatie helpt niet alleen je algehele gezondheid, maar ondersteunt ook het herstel van je huid.
Gebruik milde, niet-irriterende huidproducten, zoals speciale zalf of crèmes die kunnen helpen de genezing van de huid te bevorderen. Vermijd producten met alcohol of geurstoffen, omdat deze de huid verder kunnen irriteren.
Voorkom infecties
Bij Stevens-Johnson-syndroom is de huidbarrière ernstig beschadigd, wat het risico op infecties vergroot. Het is belangrijk om wonden en blaren schoon te houden. Volg strikt de instructies van je arts voor het reinigen en bedekken van de beschadigde huid.
Je arts kan je mogelijk antibiotica voorschrijven om secundaire huidinfecties te voorkomen, vooral als de wondbehandeling niet voldoende is om infecties tegen te gaan.
Emotionele ondersteuning en psychologische zorg
Het doormaken van een ernstige ziekte zoals Stevens-Johnson-syndroom kan niet alleen fysiek belastend zijn, maar ook emotioneel. Het herstel kan lang duren en het kan moeilijk zijn om met de veranderingen in je uiterlijk om te gaan. Zoek steun bij familie, vrienden, of een psycholoog die gespecialiseerd is in therapie voor mensen met chronische aandoeningen.
Psychische stoornissen kunnen zich ontwikkelen als gevolg van de emotionele impact van de ziekte.
Daarnaast kan het nuttig zijn om deel te nemen aan steungroepen voor mensen die hetzelfde doormaken. Het delen van ervaringen en het bieden van ondersteuning kan het herstelproces psychologisch verlichten.
Controleer je medicatie
Als je Stevens-Johnson-syndroom hebt, is het belangrijk om alle medicijnen die je gebruikt te controleren, aangezien een allergische reactie op medicijnen vaak de oorzaak van deze aandoening is. Overleg met je arts over het stoppen met de veroorzakende medicatie. Je arts kan ook andere medicatie voorschrijven om de symptomen te verlichten en verdere reacties te voorkomen.
Het is belangrijk dat je nooit zelf stopt met het gebruik van voorgeschreven medicatie zonder het advies van een arts, omdat dit mogelijk negatieve gevolgen kan hebben.
Misvattingen rond Stevens-Johnson-syndroom
Het Stevens-Johnson-syndroom (SJS) is een zeldzame, ernstige aandoening die vaak wordt veroorzaakt door een allergische reactie op medicijnen of infecties. Er bestaan verschillende misvattingen over deze aandoening, die het belang van vroegtijdige diagnose en behandeling ondermijnen. Dit artikel bespreekt enkele van de meest voorkomende misvattingen over het Stevens-Johnson-syndroom.
Stevens-Johnson-syndroom komt alleen voor bij kinderen
Hoewel Stevens-Johnson-syndroom vaker voorkomt bij kinderen, kan het mensen van alle leeftijden treffen. Het wordt vaak geassocieerd met een ernstige reactie op medicijnen of infecties. De aandoening komt zowel bij volwassenen als kinderen voor, hoewel de symptomen bij volwassenen vaak ernstiger kunnen zijn. Het is dus niet correct om te denken dat het uitsluitend een ziekte is die kinderen treft.
Stevens-Johnson-syndroom is altijd veroorzaakt door medicijnen
Hoewel medicijnen een van de belangrijkste oorzaken zijn van Stevens-Johnson-syndroom, kan de aandoening ook door infecties worden veroorzaakt. Virale infecties, zoals herpes simplex of influenza, kunnen het immuunsysteem zodanig beïnvloeden dat het leidt tot de ontwikkeling van SJS. Het is een misvatting om te denken dat het altijd het gevolg is van medicijnen; andere factoren, zoals infecties, spelen ook een cruciale rol.
Stevens-Johnson-syndroom is altijd snel te herkennen
Stevens-Johnson-syndroom begint vaak met vage symptomen zoals koorts, pijn en een algemeen gevoel van onwelzijn, wat het moeilijk maakt om het in een vroeg stadium te herkennen. Pas later, wanneer de huiduitslag en blaren verschijnen, wordt het duidelijker dat het om SJS gaat. Het is dus belangrijk om niet te wachten tot de uiterlijke symptomen zich volledig ontwikkelen, maar onmiddellijk medische hulp in te schakelen wanneer er sprake is van een plotselinge huiduitslag in combinatie met andere symptomen.
Stevens-Johnson-syndroom is een milde aandoening
Veel mensen onderschatten de ernst van Stevens-Johnson-syndroom. Het is een levensbedreigende aandoening die onmiddellijke medische aandacht vereist. De huid kan ernstig beschadigd raken, wat leidt tot infecties, uitdroging, en in sommige gevallen zelfs de dood. Het herstel kan maanden duren, en blijvende littekens en schade aan de ogen of organen kunnen optreden. Daarom is het cruciaal om snel medische hulp te zoeken en de juiste behandeling te starten zodra de aandoening wordt vermoed.
Behandeling van Stevens-Johnson-syndroom bestaat alleen uit het stoppen van het veroorzakende medicijn
Hoewel het stoppen van het medicijn of de behandeling van de onderliggende infectie essentieel is bij Stevens-Johnson-syndroom, is dit vaak niet voldoende. De aandoening vereist uitgebreide medische zorg, inclusief ziekenhuisopname, pijnbestrijding, wondzorg en soms het gebruik van medicijnen om ontstekingen te verminderen. Het is belangrijk om te begrijpen dat de behandeling complex is en dat meerdere medische disciplines betrokken kunnen zijn, waaronder dermatologie en infectieziekten.
Stevens-Johnson-syndroom veroorzaakt altijd blaren op de huid
Hoewel blaren een belangrijk kenmerk van Stevens-Johnson-syndroom zijn, kan de aandoening ook andere symptomen veroorzaken zonder dat de huid volledig bedekt is met blaren. Soms kunnen de blaren zich pas later ontwikkelen, en in de vroege stadia kunnen de symptomen meer lijken op die van een andere aandoening, zoals een verkoudheid of griep. Het is dus belangrijk om op andere tekenen van de ziekte te letten, zoals pijn in de ogen, mondzweren of een huiduitslag die zich snel uitbreidt.
Stevens-Johnson-syndroom heeft altijd hetzelfde verloop
Het verloop van Stevens-Johnson-syndroom kan variëren, afhankelijk van de ernst van de aandoening, de snelheid van diagnose en de behandeling, en de algehele gezondheid van de patiënt. Bij sommige mensen kan het herstel snel zijn, terwijl het bij anderen maanden kan duren, met complicaties die blijvende schade veroorzaken. Het is ook belangrijk te weten dat, hoewel de meeste mensen die de juiste behandeling krijgen herstellen, sommige gevallen fataal kunnen zijn.
Stevens-Johnson-syndroom kan geen langetermijneffecten hebben
Na een episode van Stevens-Johnson-syndroom kunnen er langdurige effecten optreden, zoals littekens, blindheid of andere oogproblemen, of chronische pijn. In sommige gevallen kunnen de huid en slijmvliezen blijvende schade ondervinden, wat het dagelijks functioneren beïnvloedt. Daarom is het belangrijk om na de acute fase van de ziekte regelmatige controles te hebben om te zorgen voor herstel en om langdurige complicaties te voorkomen.