Athelie: Ontbrekende tepel of afwezige tepels aan borst

- Epidemiologie
- Oorzaken
- Ectodermale dysplasieën
- Poland-syndroom
- Andere syndromen
- Risicofactoren
- Alarmsymptomen
- Diagnose en onderzoeken
- Behandeling
- Prognose
- Complicaties
- Preventie
- Praktische omgangstips bij athelie
- Emotionele ondersteuning en zelfvertrouwen bevorderen
- Praktische aanpak bij borstvoeding en protheses
- Misvattingen rond athelie
- Athelie is een aandoening die alleen bij ouderen voorkomt
- Athelie wordt altijd veroorzaakt door een trauma of blessure
- Athelie is slechts een tijdelijke aandoening
- De behandeling van athelie bestaat altijd uit medicatie
- Athelie heeft altijd invloed op de spieren en gewrichten
- Athelie kan worden verward met andere aandoeningen
- Een operatie is de enige manier om athelie te behandelen
- Athelie is altijd gerelateerd aan overgewicht
Epidemiologie
Athelie is een zeldzame aandoening en komt voor bij zowel mannen als vrouwen. Het is vaak verbonden met onderliggende syndromen zoals het syndroom van Poland en ectodermale dysplasieën. De exacte prevalentie is moeilijk te bepalen omdat het vaak een onderdeel is van andere genetische syndromen.Oorzaken
Athelie wordt veroorzaakt door genetische mutaties die leiden tot de afwezigheid van de tepelontwikkeling. Het kan optreden als onderdeel van een breder spectrum van syndromen zoals het Poland-syndroom of ectodermale dysplasieën. Soms is het gevolg van problemen met de bloedtoevoer tijdens de embryonale ontwikkeling, zoals bij het syndroom van Poland.Ectodermale dysplasieën
Het ectoderm is de buitenste laag in de vroege embryonale ontwikkeling. Ectodermale dysplasieën zijn een groep van syndromen waarbij het haar, de huid, de nagels, de tanden, de zweetklieren en soms ook nog andere lichaamsdelen getroffen zijn. Deze zijn tot stand gekomen door genetische veranderingen (mutaties). Het klinisch beeld van een vorm van ectodermale dysplasie is variabel en bestaat bijvoorbeeld uit:- ademhalingsproblemen
- droge ogen
- dun haar
- dunne nagels, gebarsten nagels, broze nagels of andere nagelafwijkingen
- een gespleten lip of gehemelte (schisis)
- een ongebruikelijke huidskleur
- een onvermogen om te zweten (anhidrose) of slecht kunnen zweten (hypohidrose)
- een slechte of afwezige borstontwikkeling
- ontbrekende of misvormde tanden
- ontbrekende of onderontwikkelde vingers en/of tenen
- problemen met het gezichtsvermogen
- problemen met het gehoorvermogen (gehoorverlies)
Poland-syndroom
Athelie is geassocieerd met het syndroom van Poland, een aandoening die circa één op de twintigduizend pasgeborenen treft. De precieze oorzaak van het syndroom is niet bekend anno september 2024, maar vermoedelijk is het Poland-syndroom het gevolg van een probleem met de bloeddoorstroming in de baarmoeder tijdens de zesde ontwikkelingsweek van de baby. De ziekte tast de slagader aan die bloed levert aan de borst van de groeiende baby. Door een gebrek aan bloed is de borstkas niet in staat om zich goed te ontwikkelen. Af en toe is het syndroom van Poland het resultaat van een genetische mutatie (wijziging) die ook erfelijk is. Bij de aandoening presenteert een patiënt zich met ontbrekende of onderontwikkelde spieren aan één zijde van het lichaam. Hierdoor komen borstkasafwijkingen voor, zoals een missend gedeelte van de borstspier (pectoralis major). Verder komen volgende mogelijke afwijkingen tot stand:- athelie
- beperkt subcutaan (onderhuids) vet
- dun of afwezig okselhaar
- korte botten in de onderarm
- ledemaatafwijkingen (zoals de samengegroeide vingers en/of tenen en te korte vingers en/of tenen)
- ontbrekende of onderontwikkelde borst (amastie) en tepel (athelie) aan één kant van het lichaam
- ontbrekende of onderontwikkelde ribben aan één kant van het lichaam
- tepelafwijkingen
De patiënt krijgt een ondersteunende behandeling met correctieve chirurgie voor de aanwezige afwijkingen.
Andere syndromen
Andere oorzaken van athelie zijn onder andere:- het Ablepharon-Macrostomie Syndroom (AMS: afwijkingen aan hoofd, genitaliën en vingers)
- het Al-Awadi-Rass-Rothschild-syndroom (slecht gevormde botten)
- het Finlay-Marks-syndroom
- het hoofdhuid-oor-tepel syndroom (een haarloze plek op de hoofdhuid, onderontwikkelde oren en ontbrekende tepels of borsten aan beide zijden)
- het progeriasyndroom (versnelde lichamelijke veroudering)
- het Yunis Varon-syndroom (symptomen aan het gezicht, de borst en andere lichaamsdelen)
Risicofactoren
De belangrijkste risicofactoren voor het ontwikkelen van athelie zijn genetische mutaties en de aanwezigheid van syndromen zoals ectodermale dysplasieën, het syndroom van Poland en andere genetische aandoeningen die de borstontwikkeling beïnvloeden.Alarmsymptomen
Er zijn geen specifieke alarmsymptomen die exclusief bij athelie horen. Alarmsymptomen zijn vaak gerelateerd aan de onderliggende aandoeningen zoals ademhalingsproblemen, ernstige skeletafwijkingen of andere systemische symptomen die medisch ingrijpen vereisen.Diagnose en onderzoeken
Athelie wordt meestal gediagnosticeerd op basis van lichamelijk onderzoek bij de geboorte. Aanvullende onderzoeken kunnen nodig zijn om onderliggende syndromen zoals het Poland-syndroom of ectodermale dysplasieën te bevestigen. Beeldvormende technieken zoals röntgenfoto's of MRI-scans kunnen worden ingezet om de omvang van borst- en skeletafwijkingen te beoordelen.Behandeling
Bij afwezige tepels is in principe geen medische behandeling vereist. Reconstructieve chirurgie is mogelijk wanneer de patiënt de hele borst mist. Hiervoor gebruikt de chirurg weefsel van de buik, de billen of de rug. De arts maakt vervolgens de tepel en het tepelhof. Het is ook mogelijk om een tepelhofvorm te laten tatoeëren op de huid. Patiënten die psychologische problemen ervaren als gevolg van de afwezigheid van een of beide tepels, kunnen baat hebben bij psychotherapie.Prognose
De prognose voor athelie is uitstekend, aangezien de aandoening zelf geen directe gezondheidsproblemen veroorzaakt. Eventuele complicaties zijn meestal gerelateerd aan onderliggende syndromen. Chirurgische correcties bieden vaak cosmetische oplossingen die een positief effect hebben op het psychologische welzijn van de patiënt.Complicaties
Athelie op zich veroorzaakt geen complicaties. Complicaties zijn meestal gerelateerd aan de onderliggende syndromen zoals ademhalingsproblemen, skeletafwijkingen of problemen met organen zoals de longen en nieren bij patiënten met het syndroom van Poland.Preventie
Er is geen specifieke preventie voor athelie, aangezien het een aangeboren afwijking is die vaak geassocieerd is met genetische aandoeningen. Prenatale screening en genetisch onderzoek kunnen ouders informeren over de mogelijke aanwezigheid van syndromen die athelie kunnen veroorzaken.Praktische omgangstips bij athelie
Emotionele ondersteuning en zelfvertrouwen bevorderen
Athelie, het ontbreken van een tepel of tepels aan de borst, kan voor sommige patiënten een emotionele uitdaging vormen. Het is belangrijk om zelfvertrouwen en emotionele ondersteuning te bieden. Voor patiënten kan het nuttig zijn om open gesprekken te hebben met medische professionals om hun zorgen te bespreken en oplossingen te verkennen. Het kan ook nuttig zijn om de patiënt aan te moedigen zich niet te schamen voor hun lichaam, aangezien het afwezig zijn van tepels geen invloed heeft op hun gezondheid.Indien gewenst kan plastische chirurgie een optie zijn om de esthetiek te verbeteren. Tepelreconstructie of tatoeages kunnen worden overwogen om het uiterlijk van de borsten te herstellen. Het is belangrijk dat patiënten goed geïnformeerd zijn over hun opties en steun krijgen in hun keuzes.
Praktische aanpak bij borstvoeding en protheses
Voor vrouwen met athelie die overwegen om borstvoeding te geven, kunnen alternatieve oplossingen zoals borstvoedingsprotheses of kunstmatige tepels helpen om de ervaring gemakkelijker te maken. Hoewel het niet mogelijk is om borstvoeding te geven zonder tepels, kan kunstmatige melk via flesvoeding of speciale borstvoedingssystemen worden aangeboden.Sommige patiënten kiezen voor protheses die helpen om het gevoel van normaal borstvoeden te simuleren. Deze hulpmiddelen kunnen psychologisch ondersteunend zijn en het zelfvertrouwen bevorderen bij het voeren van hun baby.