Huidtransplantatie: Indicatie, soorten, procedure & risico's

Bij een huidtransplantatie verwijdert de chirurg een stukje huid uit één deel van het lichaam en transplanteert hij dit naar een ander gebied. Vooral patiënten met brandwonden, zeer grote wonden of cosmetische problemen hebben baat bij een huidtransplantatie. Er zijn diverse huidtransplantaties mogelijk. De operatie gebeurt meestal onder algemene anesthesie waardoor de patiënt geen pijn voelt en altijd slaapt. Na de operatie zijn er enkele richtlijnen waar de patiënt zich aan moet houden. Meestal zijn de vooruitzichten zeer goed en groeit de donorhuid aan de gewone huid vast, maar soms ontstaan wel complicaties.

• Indicatie van huidtransplantaties
• Vóór de procedure
• Soorten huidtransplantaat
• Gedeeltelijke dikte
• Volledige dikte
• Na de operatie
• Prognose van huidtransplantatie
• Risico's

Indicatie van huidtransplantaties

Huidtransplantaties zijn in volgende situaties nuttig:

• brandwonden
• chirurgie die huidtransplantaties nodig heeft om te genezen
• cosmetische redenen of reconstructieve operaties waarbij huidschade of huidverlies heeft plaatsgevonden
• een operatie bij huidkanker
• een wonde die de chirurg niet goed heeft kunnen sluiten
• gebieden waar een infectie is opgetreden die een grote hoeveelheid huidverlies heeft veroorzaakt
• veneuze zweren, decubitus (doorligwonden) of diabetische zweren die niet genezen
• zeer grote wonden

Vóór de procedure

De chirurg of verpleegkundige moet op de hoogte zijn van het medicatiegebruik, de kruiden en vitaminen die de patiënt gebruikt. Ook is het belangrijk om een eventuele geschiedenis van alcoholmisbruik te kennen. Mogelijk moet de patiënt tijdelijk stoppen met het nemen van medicijnen die het moeilijk maken voor de bloed om te stollen. Deze omvatten aspirine, ibuprofen, warfarine (Coumadin) en andere geneesmiddelen. De chirurg meldt de patiënt welke medicijnen de patiënt nog mag of moet nemen op de dag van de operatie. Rokers stoppen best met roken voor de operatie omdat roken de kans op complicaties verhoogt zoals een langzame wondgenezing. Op de dag van de operatie moet de patiënt nuchter zijn en moet hij nog eventuele medicijnen innemen die de chirurg heeft voorgeschreven.

Soorten huidtransplantaat

Gedeeltelijke dikte

De arts neemt een stuk gezonde huid vanaf een plaats op het lichaam (donorplaats). De meeste patiënten die een huidtransplantatie krijgen, hebben een huidtransplantaat met een gedeeltelijke dikte nodig. Hierbij verwijdert de arts de twee bovenste huidlagen van de donorplaats (de opperhuid) en de laag onder de epidermis (de dermis). De donorplaats is mogelijk elk lichaamsdeel. Meestal is dit een gebied dat wordt verborgen door kleding, zoals de bil of de binnenkant van de dij. De arts brengt sneetjes aan in het huidtransplantaat waardoor het mogelijk is om de huid nog uit te rekken en nog meer oppervlakte bedekt kan worden. Het transplantaat wordt vervolgens zorgvuldig verspreid op het gebied waar de donorhuid terecht moet komen. Het wordt op zijn plaats gehouden door een zacht drukverband, of door nietjes of een paar kleine hechtingen. Het gebied van de donorplaats wordt bedekt met een steriel verband gedurende drie tot vijf dagen.

Volledige dikte

Patiënten met dieper weefselverlies, bijvoorbeeld door een open fractuur van het onderbeen of een ernstige infectie, hebben mogelijk een huidtransplantaat met volledige dikte nodig. Hiervoor is een volledige huiddikte van de donorplaats. Een huidtransplantaat met volledige dikte is een meer gecompliceerde procedure. Veel voorkomende donorplaatsen voor huidtransplantaties met volledige dikte zijn de borstwand, de rug of de buikwand.

Na de operatie

De patiënt moet snel herstellen na een huidtransplantatie met gedeeltelijke dikte. De donorhuid groeit meestal goed vast aan de huid. Transplanten met volledige dikte hebben een langere hersteltijd nodig. Als de patiënt dit soort transplantaat heeft gekregen, moet hij mogelijk één tot twee weken in het ziekenhuis blijven. Nadat de patiënt uit het ziekenhuis is ontslagen, volgt hij de instructies voor het verzorgen van het huidtransplantaat, waaronder:

• een verband dragen gedurende één tot twee weken; de arts geeft adviezen zodat het verband niet nat wordt
• fysiotherapie krijgen, als de chirurg dit aanbeveelt.
• het transplantaat beschermen tegen trauma gedurende drie tot vier weken. Dit omvat het voorkomen van een klap of het uitvoeren van oefeningen die het transplantaat kunnen beschadigen.

Prognose van huidtransplantatie

De meeste huidtransplantaties zijn succesvol, maar soms geneest het transplantaat niet zo goed. Sommige patiënten hebben daarom een tweede huidtransplantaat nodig.

Risico's

Risico's voor anesthesie zijn een reacties op de anesthesiemedicijnen en problemen met ademhalen.

Risico's voor deze operatie zijn:

• bloedingen
• chronische pijn (zelden)
• een huidverkleuring
• een infectie
• een oneffen huidoppervlak
• een verminderd of verloren huidgevoel of een verhoogde gevoeligheid
• het transplantaat geneest niet, of het transplantaat geneest langzaam
• littekens