Het carpale tunnel syndroom

Het carpale tunnel syndroom (CTS) is iets waar mensen erg veel last van kunnen hebben en het kan blijvende schade veroorzaken, maar wat houdt CTS nou eigenlijk in en wat kun je eraan doen, wat zijn de symptomen en welke onderzoeken volgen er? Hoeveel mensen hebben hier nou eigenlijk last van?

Cijfers

Het carpale tunnel syndroom, ook wel CTS genoemd, komt vooral voor bij mensen tussen de 40 tot 60 jaar en soms ook bij zwangere vrouwen. Ongeveer 9% van de vrouwen heeft hier last van. Bij mannen ligt het aantal gevallen van CTS heeft aanzienlijk lager. Dit betreft ongeveer 0,6& van de mannen. Er komen per jaar ongeveer 6 tot 7 gevallen bij, maar dat aantal zal in werkelijkheid hoger liggen. Soms wordt het niet herkend door de arts, of worden de symptomen niet door de persoon zelf herkend (Dhr. dr. J.J. van der Biezen, 2008).

De oorzaken van CTS

CTS is een aandoening waarbij een zenuw in de hand word afgekneld. In de polsbeenderen zit een kanaal waardoor allemaal spieren, pezen en aderen lopen. In het geval van CTS wordt dit kanaal door bepaalde redenen kleiner dan normaal en worden er spieren afgeknepen en dit kan tot blijvende schade lijden. In het geval van CTS wordt de nervus medianus afgeknepen. De nervus medianus is een spier die loopt in je duim, wijsvinger, middelvinger en linkerkant van de ringvinger. De andere rechterkant van de ringvinger en de pink worden gestuurd door de nerveus ulnarus

De symptomen

• Pijn, tinteling, geen gevoel in de duim, wijsvinger, middelvinger en de linkerkant van de ringvinger.
• Je kunt er ’s nachts van wakker worden.
• Meestal in beide armen, maar bij de arm waarmee je het meeste doet is voel je er meer van.
• Krachtverlies in de handen.
• Wapperen met je handen verlicht de klachten die bij CTS komen kijken.
• Het gevoel alsof je hand opgezwollen is.
• De klachten verergeren wanneer je de handen veelvuldig gebruikt, zoals bij autorijden, fietsen, wringen of lezen.
• ’s Nachts wakker worden, vanwege de klachten. Wanneer oefeningen (zoals wapperen) met je handen doet verdwijnen de klachten weer.
• Ook ’s ochtends heb je vaak last van CTS en na een paar oefeningen kan dit weer verdwijnen

EMG, onderzoek

Om er zeker van te zijn dat de cliënt ook daadwerkelijk CTS heeft, is er een onderzoek mogelijk. Dit onderzoek wordt ook wel een EMG genoemd. Dit is een afkorting van Elektromyografie en houdt in dat er allemaal stroomstootjes door je hand gaan en dat aan de hand hiervan gemeten wordt wat spieractiviteit en de mate waarin de zenuw de spier aanstuurt meten.

Er zijn twee varianten wat betreft een EMG. Je hebt geleidingsonderzoeken en naaldenonderzoeken. Bij het geleidingsonderzoek worden er elektroden op je huid geplakt. Bij het naaldenonderzoek worden er naalden in de betreffende spier ingebracht en aan het uiteinde van die naald zitten elektroden. Het is de bedoeling dat je hierbij zelf met je hand gaat bewegen, zodat de activiteiten gemeten kunnen worden. Dit voelt echter wel onaangenaam.

De behandeling

Bij lichte klachten zal de behandeling bestaan uit een anti-ontstekingsmiddel en een nachtelijke spalk. Wanneer er binnen 6 weken geen verbeteringen waarneembaar zijn, heeft deze behandeling niet goed gewerkt en zal het dus geen zin hebben om de spalk nog langer te dragen.

Bij ernstigere problemen zoals dagelijks pijn of een doof gevoel ervaren zal er een corticosteroïd injectie gegeven worden. Deze hebben een sterk ontstekingsremmend effect. Hierbij wordt vooral gedoeld op een peesschede-ontsteking. Dit betekend dat er pezen in de hand of pols ontstoken zijn en die oefen druk uit op de zenuwen waardoor deze niet meer goed kunnen functioneren.

Wanneer de klachten ernstig zijn of telkens weer terugkomen, zullen artsen sneller overgaan op een operatie. Hierbij wordt het dak van de carpale tunnel doorgesneden (de witte vliesje over de tunnel heen. Het witte vliesje wordt ook wel transversale carpale gewrichtsband genoemd). Onder ernstige klachten verstaan we onder andere dat je s’ nachts niet kan slapen van de pijn. De arts kan er echter ook voor kiezen om de transversale carpale gewrichtsband d.m.v. een kijkoperatie dor midden te snijden. Dit is vooral na de operatie minder pijnlijk, omdat je nu geen last hebt van littekenweefsel. Na de operatie heb je vaak nog wel last, omdat de zenuwen eerst nog moeten genezen.

Bij een operatie kun je ongeveer 3 tot 6 maanden nog last houden van littekenpijn, verlies van kracht, verlies van handigheid, gevoelsvermindering en tintelingen.

Risicogroepen

• Overgewicht,
• Zwangerschap,
• Reuma,
• Ovariëctomie: operatieve verwijdering van de eierstokken,
• Hypothyreoïdie: slechte en onvoldoende werking van de schildklier,
• Hyperthyreoïdie: overmatige werking van de schilklier,
• Diabetes mellitus: suikerziekte,
• Werk met betrekking tot: herhalende korte handelingen, veel kracht uit moeten oefenen, verkeerde werkhouding, mensen met drilboren werken of andere soortgelijke apparaten die met sterke trillingen,
• Beroepen zoals; muzikanten, tandartsen, caissières, elektromonteurs en andere soortgelijke beroepen.