Bisfosfonaten: Medicatie bij botaandoeningen
Bisfosfonaten zijn krachtige geneesmiddelen die worden voorgeschreven voor de behandeling van botaandoeningen. Ze zijn bijzonder effectief in het voorkomen van botbreuken (fracturen) bij patiënten met verzwakte botten. Het kan enkele maanden duren voordat bisfosfonaten hun volledige effectiviteit bereiken. Het gebruik van deze medicijnen kan op verschillende manieren plaatsvinden, vaak volgens een specifiek stappenplan. Voor sommige patiënten schrijft de arts ook calcium en vitamine D voor in combinatie met bisfosfonaten om de botproductie te ondersteunen. Over het algemeen wegen de voordelen van bisfosfonaten op tegen de mogelijke bijwerkingen, die vaak verdwijnen zodra de patiënt stopt met de medicatie.
Wat zijn bisfosfonaten?
Bisfosfonaten zijn geneesmiddelen die worden gebruikt om botaandoeningen te behandelen, waaronder:
Voorbeelden van bisfosfonaten
Enkele veelvoorkomende bisfosfonaten met hun merknamen zijn:
- Alendronaat / Alendroninezuur (Fosamax)
- Etidronaat (Didronel)
- Ibandronaat / Ibandroninezuur (Boniva)
- Pamidronaat (Aredia)
- Risedronaat (Actonel)
- Zoledronaat / Zoledroninezuur (Zometa of Reclast)
Werking van bisfosfonaten: Vermindering van botbreuken
Bisfosfonaten werken door de afbraak van bot door cellen te vertragen. Ze verminderen de activiteit van osteoclasten (de cellen die bot afbreken), waardoor osteoblasten (de cellen die bot opbouwen) effectiever kunnen functioneren. Dit versterkt de botten en vermindert het risico op botbreuken. Patiënten die bisfosfonaten gebruiken, hebben daardoor minder kans op
fracturen.
Indicaties voor het gebruik van bisfosfonaten
Bisfosfonaten worden voorgeschreven aan patiënten die:
- Kankerbehandelingen ondergaan die de botten verzwakken, zoals chemotherapie en hormonale therapieën
- Lijden aan osteoporose en al een gebroken been hebben gehad. Bisfosfonaten kunnen verdere botbreuken voorkomen.
- Een lage botdichtheid hebben (gemeten via een botdichtheidsmeting) en risico lopen op botbreuken. Dit geldt vooral voor vrouwen na de menopauze, en ook voor vrouwen die zeer mager zijn of een vroege menopauze hebben doorgemaakt. Het gebruik van meer dan drie eenheden alcohol per dag of roken verhoogt ook het risico. Daarnaast kan een familiegeschiedenis van osteoporose of een heupfractuur een indicatie zijn. Patiënten met reumatoïde artritis, type 1 diabetes mellitus, hyperthyreoïdie (overactieve schildklier) of hyperparathyroïdie (overactieve bijschildklier), coeliakie (glutenintolerantie), de ziekte van Crohn (chronische darmontsteking) of colitis ulcerosa (chronische ontsteking van de dikke darm) lopen ook een verhoogd risico op botbreuken.
- Langdurig steroïdengebruik: Patiënten die meer dan drie maanden corticosteroïden (steroïden) hebben gebruikt, ontwikkelen vaak osteoporose.
Tegenindicaties voor het gebruik van bisfosfonaten
Bisfosfonaten zijn niet geschikt voor patiënten:
- Die niet in staat zijn rechtop te zitten of staan gedurende 30 minuten na inname van de tablet
- Met structurele problemen aan de slokdarm, zoals een vernauwing of een Barrett-slokdarm, wat de passage van het medicijn naar de maag vertraagt
- Die zwanger zijn, een zwangerschap plannen of borstvoeding geven
- [B]Met hypocalciëmie (laag calciumgehalte in het bloed) of een ongecorrigeerde vitamine D-deficiëntie (tekort aan vitamine D)
- Met slecht functionerende nieren
Keuze van het type bisfosfonaat
Hoewel alle bisfosfonaten de kans op botbreuken verlagen, reageert elke patiënt anders op de verschillende geneesmiddelen. Vaak worden Alendronaat en Risedronaat gekozen boven Etidronaat, omdat ze effectiever zijn en minder frequent ingenomen hoeven te worden (één keer per week in plaats van dagelijks). Alendroninezuur wordt vaak als eerste voorgeschreven. Als dit niet geschikt blijkt of bijwerkingen vertoont, kan Risedronaat worden voorgeschreven. Etidronaat heeft een complexer schema, waarbij de patiënt eerst het medicijn moet nemen en vervolgens enkele dagen extra calcium moet innemen. Ibandronaat, een nieuwer type bisfosfonaat, wordt één keer per maand ingenomen, terwijl Zoledroninezuur één keer per jaar intraveneus (= via een ader) wordt toegediend. De keuze van het type bisfosfonaat wordt door de arts op basis van individuele patiëntbehoeften en reactie op eerdere behandelingen gemaakt.
Gebruik van het medicijn
De gebruikelijke manier van inname is 's ochtends, vóór het eten of drinken. Het medicijn mag niet met voedsel of drank worden ingenomen om de absorptie te optimaliseren. Na inname van het bisfosfonaat moet de patiënt, afhankelijk van het type medicijn, 30 minuten tot 2 uur wachten voordat hij iets eet of drinkt (behalve water). Het medicijn moet worden ingenomen met een vol glas water, en de patiënt moet gedurende 30 minuten rechtop blijven zitten om irritatie van de slokdarm te voorkomen. De meeste patiënten gebruiken bisfosfonaten langdurig, meestal ten minste vijf jaar. Na deze periode beoordeelt de arts of de voortzetting van de medicatie nog steeds nodig is.
Calcium en vitamine D
Calcium en vitamine D zijn essentieel voor botgezondheid. Veel artsen schrijven calcium en vitamine D voor in combinatie met bisfosfonaten. Deze kunnen beschikbaar zijn in de vorm van kauwtabletten, bruistabletten of poeders. Soms zijn ze in combinatiepreparaten verkrijgbaar. Calcium is niet altijd nodig als de patiënt voldoende calcium via voeding binnenkrijgt. De arts zal de calcium- en vitamine D-inname altijd evalueren voordat aanvullende supplementen worden voorgeschreven, omdat een teveel aan calcium schadelijk kan zijn. Calcium en vitamine D moeten op een ander tijdstip dan het bisfosfonaat worden ingenomen.
Interactie met andere geneesmiddelen
Bisfosfonaten kunnen interageren met andere geneesmiddelen die de patiënt gebruikt. De arts moet op de hoogte zijn van alle medicijnen die de patiënt gebruikt om mogelijke interacties te vermijden. Er kunnen problemen optreden bij gelijktijdig gebruik van
slokdarmirriterende middelen, zoals
pijnstillers zoals
ibuprofen of
aspirine (niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen
NSAID's), evenals met sommige
antibiotica.
Pijn op de borst is een mogelijke complicatie van het gebruik van bisfosfonaten /
Bron: Pexels, Pixabay
Bijwerkingen van bisfosfonaten
Zoals bij elk geneesmiddel kunnen bisfosfonaten bijwerkingen veroorzaken. Deze bijwerkingen treden meestal op binnen de eerste maand van de behandeling en verdwijnen vaak daarna. De meest voorkomende bijwerkingen zijn:
- Buikpijn
- Constipatie
- Diarree
- Huiduitslag (zelden)
- Oogontsteking (zelden)
- Algemene malaise (ziek gevoel)
- Gewrichtspijn of spierpijn (meestal niet ernstig): Treedt vaak enkele dagen tot maanden na inname op en verdwijnt doorgaans na stopzetting van het medicijn
- Hypocalciëmie (laag calciumgehalte in het bloed)
- Koorts en griepachtige symptomen: Vaak te verlichten met paracetamol
- Misselijkheid
- Ontsteking, zweren of vernauwing van de slokdarm of slokdarmkanker (zeer zeldzaam)
- Osteonecrose van de kaak: Deze zeldzame maar ernstige aandoening, waarbij het kaakbot verzwakt en sterft door onvoldoende bloedtoevoer, kan optreden bij gebruik van bisfosfonaten. Regelmatige tandheelkundige controles zijn aanbevolen. Bij de meeste patiënten verdwijnt deze aandoening na stopzetting van de medicatie.
- Pijn op de borst
- Slikproblemen
- Vermoeidheid
- Voorbijgaande leukopenie (vermindering van het aantal witte bloedcellen)
- Zuurbranden
Werkzaamheid van bisfosfonaten bij botaandoeningen
Het kan enkele maanden duren voordat bisfosfonaten merkbare resultaten geven. Vaak begint de toename van de botdichtheid 6 tot 12 maanden na de start van de behandeling. Dit helpt bij het voorkomen van fracturen van de wervelkolom, heup en andere botten, zoals de pols. Ondanks het gebruik van bisfosfonaten blijven botbreuken mogelijk. Voor een optimaal effect is langdurige inname nodig. Zodra de patiënt stopt met het gebruik van deze medicijnen, kan het versterkende effect op de botten binnen enkele maanden verdwijnen. Bij gebruik van Alendronaat blijft het effect echter nog 3 tot 5 jaar merkbaar, zelfs na het stoppen van de medicatie.