Het voorkomen en behandelen van (jeugd)puistjes
Iedereen heeft wel eens een puistje op zijn gezicht. De een heeft er bijna geen last van, terwijl de ander er bijna vol mee zit. Waar komen die dingen nou eigenlijk vandaan? Maar nog veel belangrijker, hoe kom je er weer vanaf? Lees hier verder voor meer informatie én een behandelplan.
Waar komen puistjes vandaan?
In je huid zitten talgklieren. Zoals de naam al zegt, maken deze talg aan, een olieachtige stof die de bovenste laag van je huid soepel houdt en beschermd tegen uitdroging. Ze komen het meeste voor in de T-zone van je gezicht: op je voorhoofd, neus en kin. In de puberteit produceren die klieren onder invloed van bepaalde mannelijke hormonen (die vrouwen ook hebben) nog meer talg dan normaal. Afschilferende huidcellen blijven daardoor aan elkaar kleven en vormen een soort propje dat een porie, een afvoerkanaal van je huid, kan verstoppen. Als dit gebeurt en ondertussen de productie van talg blijft doorgaan, krijg je puistjes.
Jeugdpuistjes
Meiden kunnen rond hun negende al last krijgen van puistjes, terwijl dit bij jongens juist pas rond hun veertiende gebeurt. Het hangt ook af van erfelijke aanleg of je er gevoelig voor bent. Als je ouders vroeger veel last hadden van pukkels, heb jij een grotere kans om ze ook te krijgen. De naam 'jeugdpuistjes' klopt trouwens niet helemaal, want in de puberteit zijn je puistjes weliswaar op hun hoogtepunt, maar ook volwassenen kunnen er nog last van hebben. Als je heel erg last hebt van jeugdpuistjes, heet dit acne. Hier kun je littekens aan overhouden. Maar zo ver hoeft het natuurlijk niet te komen!
Verzorg je huid zo goed mogelijk
Als eerste is het handig om uit te vogelen wat voor soort huid je eigenlijk hebt. Zodra je dat weet, kun je producten gaan gebruiken die daar het beste bij passen. 's Ochtends, net nadat je bent opgestaan, kun je dit het beste beoordelen. Dan zitten er nog geen crémes en make-up op je huid. Als het je niet lukt om vast te stellen welk huidtype je hebt, vraag dan een schoonheidsspecialiste om advies.
De normale huid
Je hebt geen vette of droge gedeelten op je gezicht. Dit is het 'ideale huidtype', want je hebt weinig last van oneffenheden en puistjes. Je poriën zijn haast niet zichtbaar.
De normale tot droge huid
Dit type lijkt veel op de normale huid. Het enige verschil is dat je huid af en toe wat strak aanvoelt.
De droge tot zeer droge huid
Voelt je gezicht strak aan en ziet het er ook nog een beetje dof uit, dan heb je een droge tot zeer droge huidtype.
Deze drie huiddsoorten hebben niet veel speciale verzorging nodig. Je moet wel elke dag, welk huidtype je ook hebt, 's avonds voordat je naar bed gaat je gezicht reinigen met een speciale lotion of facewash. En aan het begin en einde van de dag er een crème op smeren.
De vette huid
Als je hele gezicht vaak glimt, heb je een vette huid, Je hebt dan ook veel last van oneffenheden, mee-eters en puistjes.
Jouw hele gezicht moet gereinigd worden. Een scrub en een lotion kunnen hier goede baat bij hebben. Deze twee producten zorgen ervoor dat je huid glad word, en zorgen ervoor dat er minder afscheiding en talg ontstaat. Je huid word er direct egaal van.
De gecombineerde huid
De T-zone van je huid - je voorhoofd, neus en kin - is het gebied waar bij jou de meeste puisten ontstaan. Dit deel is vet, maar je wangen en de huid onder je ogen zijn juist droog. Dit is dus een combinatie van een vette en een droge huid.
Je hebt met twee huidtypes te maken, dus is een gecombineerde huid vaak iets lastiger om te verzorgen. Een facewash voorkomt een glanzende T-zone en werkt heel verfrissend.
De gevoelige huid
Je hebt een kwetsbare huid, die snel rood wordt en geïrriteerd raakt.
Bij een gevoelige huid moet je extra goed opletten. Het kan zijn dat je wat vaker verschillende producten moet uitproberen voordat je iets gevonden hebt wat echt bij je past. Zorg ervoor dat je niet wekelijks wisselt, maar test elk product minstens een paar weken. Je huid moet eraan wennen voordat je kunt beoordelen of iets goed werkt. Gebruikt 's avonds een nachtcrème. Verwen je huid soms ook eens met een gezichtmasker.
Nog een aantal tips!
- Als je een puist hebt, blijf er dan met je vingers vanaf. Als je er steeds aan zit, komen er bacteriën bij en heb je de kans dat hij alleen maar groter word of dat je huid zo geïrriteerd raakt dat de puist alleen maar meer opvalt. Als je er vanaf blijft en hem niet uitknijpt, verdwijnt hij het snelst weer.
- Drink zo veel mogelijk water en slaap minstens acht uur per nacht. Water zuivert je huid en als je huis 's nachts de kans krijgt om te herstellen, heb je minder kans op puisten.
- Als je toch een puistje voelt opkomen, smeer er dan, als je naar bed gaat, een beetje tandpasta op of gebruik wat sterilon. Dit zorgt ervoor dat de puist ontsmet wordt, niet met nog meer bacterien in aanraking komt en hopelijk dus niet groter wordt.
- Visolie-capsules zijn ook aan te raden. Visolie kan zorgen voor een gezondere huid. Het kan zijn dat de hoeveelheid puisten in het begin juist groter wordt door het slikken van de capsules, maar na een tijdje word het echt minder!
- Als je echt erg veel last hebt van acne, maak dan een afspraak met je huisarts. Deze kan je doorsturen naar een dermatoloog, dat is een in huid gespecialiseerde arts. Samen kunnen jullie een plan maken om je acne te lijf te gaan en weer een mooie huid te krijgen.