Het maken van een gebitsprothese
Vroeger waren er enkel losse gebitesprotheses maar tegenwoordig kunt u kiezen voor een gebitsprothese die zit vastgeschroefd of een klikgebit. Een klikgebit werkt als een soort magneet. U kunt de prothese er wel uithalen om schoon te maken, maar deze zit toch veel steviger en stabieler als een losse prothese. Het maken van de prothese blijft echter nog wel handwerk. In dit artikel kunt u lezen hoe deze ongeveer gemaakt zal worden.
Het eerste bezoek bij de tandarts
Het eerste bezoek bij de tandarts wordt ook wel een anamnese genoemd. De tandarts gaat kijken naar de gesteldheid en geschiedenis van uw gebit. Bij dit bezoek worden waarschijnlijk de volgende dingen gedaan:
- Uw verwachtingen en wensen worden besproken
- Er wordt een formulier ingevuld met medische gegevens
- Er volgt een mondonderzoek. Hierbij wordt onder andere gekeken naar de stand van de kaken en de gezondheid van het tandvlees en tandbot
Het kan zijn dat de tandarts direct een voorlopige afdruk van uw gebit zal nemen.
Implantaten
Tegenwoordig wordt er vaak gekozen om implantaten te laten plaatsen. Dit voorkomt dat de prothese los gaat zitten en het vermindert het slinken van de kaak. Een ander voordeel is dat als u nog gezonde tanden heeft deze in uw mond kunnen blijven. Het plaatsen van de implantaten gebeurd misschien niet bij uw eigen tandarts, maar u wordt doorverwezen naar een implantoloog of een kaakchirurg. De implantaten zijn een vervanging van de wortelen. Het plaatsen van de implantaten gebeurt onder plaatselijke verdoving.
De voorlopige afdruk
De voorlopige afdruk wordt ook wel de anatomische afdruk genoemd. Deze wordt genomen doordat de tandarts een lepel met daarin afdrukmateriaal bij u in de mond plaatst en er weer uit haalt. Deze afdruk wordt opgestuurd naar een tandtechnisch laboratorium. In het laboratorium wordt deze afdruk uitgegoten in gips. Het is belangrijk dat de afdruk geen luchtbellen bevat. Door luchtbellen kan er informatie op het model missen die nodig is om de lepel goed op te maken. Als de gipsafdruk niet goed is moet deze overnieuw gemaakt worden. Het kan ook zijn dat de afdruk opnieuw bij de patiënt moet worden genomen.
De individuele lepel
Op de gipsmodellen worden individuele lepels gemaakt. De lepels worden meestal gemaakt van lichtuithardend materiaal. Bij het maken van een individuele lepel moet er onder andere gelet worden op de diktes van de lepel en dat deze de goede pasvorm heeft. Hiermee wordt er nogmaals een afdruk van de kaak van de patiënt gemaakt. Deze keer zal de lepel wellicht ter plekke nog iets worden aangepast door afdrukmateriaal. De gipsafdruk die hieruit voort komt heet de fysiologische afdruk. Het gipsmodel moet luchtbelvrij zijn en de boven- en onderkaak moeten maximaal zijn afgedrukt. Het laboratorium heeft zo een exacte kopie van uw kaak.
Beetplaat met waswal
Op de fysiologische gipsmodellen wordt een beetplaat met waswal gemaakt. Een beetplaat wordt meestal gemaakt van schellak. Dit materiaal is thermoplastisch, dat houd in dat het zacht word bij verhitting en weer hard word bij afkoeling. De beetplaat hoort perfect, zonder vouwen of verbrandde stukken op het gipsmodel aan te sluiten. Op de beetplaat word een waswal gemaakt. De naam zegt eigenlijk al wat het is, een wal van was. Op de opdrachtbon van de tandarts staat meestal vermeld hoe hoog deze moet zijn. Vervolgens krijgt de patiënt deze in de mond geplaatst.
Beetbepaling
Met behulp van de beetplaat kan de tandarts de beet goed bepalen bij de patiënt. De tandarts kan zo onder andere bekijken hoeveel van de waswal te zien is tijdens het lachen, wat het midden is van de waswal en waar de hoektanden ongeveer zouden komen. Als er een oude prothese aanwezig is van de patiënt dan wordt er ook met deze vergeleken. Tijdens de beetbepaling wordt ook eventueel de kleur, grootte en vorm van de tanden bepaald. Mocht de waswal niet de goede hoogte hebben dan kan de tandarts eventueel direct nog aanpassingen doen.
Opstellen in was
Het laboratorium zal nu de prothese opstellen in was. Dit gebeurd met behulp van een articulator. Een articulator simuleert de bewegingen van de kaak. Het plaatsen gebeurt aan de hand van de referentielijnen en vlakken die de tandarts heeft aangegeven. Hierna wordt de prothese in was gepast en word de plaatsing van de elementen eventueel nog aangepast.
De prothese afmaken
De prothese in was wordt nu gegoten, geperst of geïnjecteerd. Dit zijn drie verschillende mogelijkheden hoe men de was om kan zetten in kunststof. De prothese wordt nogmaals nagekeken in de articulator en de kauwvlakken worden wellicht nog wat bijgeslepen.
Fitchecker
De patiënt mag nu de prothese echt gaan passen. De prothese wordt nu nog nagekeken op drukplekken. Drukplekken zijn delen waar op het tandvlees wordt gedrukt door de prothese. Fitchecker wordt nu op de prothese gedaan en na het plaatsen in de mond en weer uitnemen kan de arts zien waar er drukplekken vormen. De prothese kan ter plekke nog bijgeslepen worden en eventueel vastgeschroefd worden. De hele procedure neemt ongeveer 5 maanden in beslag.