Duimzuigen, gevolgen en het afleren
Duimzuigen ontstaat vaak al in de baarmoeder, soms al vanaf 15 weken na de bevruchting. Op een echo is duidelijk te zien hoe de foetus op de duim of een vinger zuigt. Dit is om het zuigen na de geboorte te oefenen. Zuigen is immers van levensbelang: het biedt (borst)voeding. Duimzuigen is de eerste vier maanden nog een reflex. Daarna spreken we van bewust duimzuigen. Wanneer de baby behoefte heeft aan zuigen en wanneer er niet wordt voldaan aan deze behoefte, biedt duimzuigen troost, geborgenheid en veiligheid. De gevolgen zijn vaak een afwijkende stand van het gebit. Ook volwassenen kunnen nog duimzuigen. Het is soms moeilijk om dit af te leren.
Wat is duimzuigen?
Duimzuigen is het sabbelen of zuigen op de duim. Sommige kinderen sabbelen ook op één van de andere vingers. Vaak gaat het dan om de middelvinger en ringvinger tegelijk of om de wijsvinger en middelvinger tegelijk. Duimzuigen komt bij nagenoeg alle baby's voor en verdwijnt vanzelf voordat het kind vier jaar oud is. Sommige kinderen blijven hier langer mee doorgaan. Er zijn zelfs volwassenen die duimzuigen.
Ontstaan: in de baarmoeder
Foetussen zuigen al op hun duim of vinger wanneer ze zich in de baarmoeder bevinden. Vanaf 15 weken na de bevruchting kan er al duimzuigen ontstaan. Op een echo is vaak ook te zien dat de foetus de duim of een vinger in de mond heeft. Duimzuigen is een oefening op het ware zuigen aan de tepel na de geboorte. Borstvoeding is immers van levensbelang: het zorgt voor de noodzakelijke voedingsstoffen waardoor de baby kan overleven en kan groeien.
Na de geboorte
Direct na de geboorte zal de baby zuigen wanneer er iets in zijn of haar mond wordt gestopt. Zuigen wordt dan ook als reflex gezien. Wanneer baby direct na de geboorte op de duim zuigt is dit vaak per toeval: de vinger of duim heeft de mond aangeraakt en het gevolg is het zuigen erop (de reflex). Deze reflex verdwijnt grotendeels wanneer het kind 4 maanden oud is. Daarna kunnen we spreken van bewust duimzuigen.
Waarom duimzuigen?
In eerste instantie was duimzuigen een reflex. Later biedt duimzuigen troost, veiligheid en geborgenheid. Wanneer baby zuigt wordt de ademhaling rustiger en wordt de hartslag vertraagd. Kinderen troosten zichzelf als het ware door middel van duimzuigen. Het duimzuigen wordt niet tot zelden gezien in culturen als die in Papua Nieuw Guinea, Tanzania, India en Ecuador. Hier krijgt het kind naar behoefte borstvoeding. Baby's uit deze culturen krijgen zo vaak borstvoeding, dat er geen extra behoefte meer is aan het zuigen of sabbelen op de duim. In onze landen wordt de baby vaak op tijd gevoed. We beginnen al vrij snel de nachtelijke voedingen af te bouwen en proberen de tussentijden ook overdag steeds meer te rekken. Zo werken we naar een voedingsschema van drie tot viermaal per dag, zoals wij dat gewend zijn. Kinderen die op deze manier gevoed worden zullen eerder en langer blijven duimzuigen: het bewust duimzuigen.
Gevolgen
Een normaal bestaande behoefte aan duimzuigen heeft vaak geen nadelige gevolgen. Vaak sabbelen deze kinderen wat aan de duim of vinger. Het kind zal dit sneller af weten te leren. Wanneer het kind stevig duimzuigt kan de bovenkaak vervormt raken. De stand van de tanden kan een ongewenste vorm aannemen. Deze kinderen blijven vaak langdurig duimzuigen en afleren gaat moeizaam. De verdere gevolgen kunnen zijn: een hoog gehemelte, een open beet of vooruitstaande voortanden. Ook de tongpunt kan slapper worden waardoor het kind moeilijker leert praten. Ook hebben kinderen die duimzuigen vaker een mondademhaling, waardoor de neus niet goed gezuiverd wordt. Bacteriën blijven makkelijker in het slijm achter met een oorontsteking als gevolg.
Tandarts
Kinderen kunnen al vanaf twee jaar oud naar de tandarts. De tandarts kan beoordelen of duimzuigen nadelige gevolgen heeft voor de stand van de tanden. Wanneer dit het geval is zal het duimzuigen zo snel mogelijk moeten worden afgeleerd. Bespreek altijd met de tandarts wanneer duimzuigen echt gestopt moet worden. Vaak zal deze aanraden hiermee te beginnen voordat het blijvende gebit door begint te komen (5-6 jaar).
Fopspeentje gebruiken of niet?
Een kind dat de fopspeen gebruikt is makkelijker hiervan fa te brengen. De fopspeen kan gewoon weg genomen worden of dit kan afgebouwd worden. Kinderen die gewend zijn aan duimzuigen kunnen hier veel moeilijker vanaf gebracht worden. De duim of de vinger is immers altijd aanwezig.
Afleren
Het afleren van duimzuigen moet in ieder geval vóór het doorkomen van het blijvende gebit. Dit is op een leeftijd van 5 tot 6 jaar. De meeste kinderen leren het duimzuigen zelf af rond hun vierde levensjaar, Is dit niet het geval, dan is hulp nodig. Een pleister om de bewuste vinger of duim plakken voorkomt vaak duimzuigen. Ook kan er een handschoen gedragen worden, met name in de nacht. Overdag kan het kind eraan herinnerd worden. Beter is om het kind te belonen bij het niet- duimzuigen en het duimzuigen zelf niet af te straffen. Eventuele onderliggende angsten en onzekerheden moeten weggenomen worden. Duimzuigen op oudere leeftijd heeft vaak een andere oorzaak. Bij
volwassenen zijn dit vaak psychische stoornissen. Therapie kan dan helpen.