De oogkleur van je baby
Veel aanstaande ouders kunnen niet wachten op het moment dat ze hun kindje kunnen ontmoeten. Vaak speelt nieuwsgierigheid naar het uiterlijk hierbij een grote rol: op wie lijkt de baby het meest en zal hij of zij bruine ogen krijgen, of toch blauwe? Hoewel alleen tijd en een flinke portie geduld deze nieuwsgierigheid uiteindelijk zullen kunnen bedwingen, kan met wat kennis over genetica een goede voorspelling gedaan worden.
Een lesje genetica
Ons erfelijk materiaal, ofwel DNA, is opgeslagen in chromosomen; kleine stukjes van zo'n chromosoom die coderen voor één bepaalde eigenschap worden genen genoemd. Een mens is een diploïde organisme: dit houdt in dat we al onze chromosomen dubbel hebben. In totaal heeft de mens 46 chromosomen, ofwel 23 chromosomenparen. Dit betekent ook dat al onze genen in tweevoud voorkomen (met uitzondering van de geslachtscellen, deze zijn enkelvoudig). Deze genenparen, ook wel allelparen genoemd, bestaan voor de helft uit genetisch materiaal van de moeder en de helft uit genetisch materiaal dat van de vader afkomstig is.
Dit is ook het geval bij allelen. Met een allel wordt een variatie bedoeld van een bepaalde eigenschap; in dit geval wordt de variatie in oogkleur bedoeld. Bruin wordt over het algemeen beschouwd als een dominant allel (en wordt aangeduid met een hoofdletter B). Blauw daarentegen is een recessief allel, en wordt aangeduid met een kleine letter b. Zoals genoemd is genetisch materiaal in de geslachtscellen enkelvoudig: een ouder geeft dus één van de twee allelen door aan het kind. Wanneer er in een allelenpaar minimaal één dominant allel aanwezig is, zullen de ogen bruin worden. Slechts wanneer beide allelen recessief zijn zal iemand blauwe ogen krijgen. Dit verklaart ook waarom een overgroot deel van de bevolking donkere ogen heeft, en er slechts een klein percentage is dat blauwe ogen heeft.
In de praktijk
Stel, een man heeft genotype Bb. Omdat er een dominant allel aanweig is, zal hij bruine ogen hebben. Wanneer hij kinderen krijgt met een vrouw met blauwe ogen (code bb) is het zowel mogelijk om kinderen met bruine (Bb) of blauwe (bb) ogen te krijgen. Wanneer hij kinderen zou krijgen met een vrouw die alleen maar dominante bruine allelen heeft (BB) zullen alle kinderen automatisch de code Bb hebben en dus bruine ogen hebben. Op dezelfde manier kunnen ouders die allebei blauwe ogen hebben er vrijwel zeker van zijn dat hun kinderen ook blauwe ogen hebben: zij hebben immers geen dominante allelen en kunnen deze dan ook niet doorgeven.
Bovenstaande benadering is echter een zeer simplistische weergave van de werkelijkheid. Oogkleur is namelijk een polygene variatie, wat betekent dat er niet één gen, maar meerdere genen bepalend zijn voor iemands oogkleur. Onderzoek heeft uitgewezen dat er minstens 15 genen betrokken zijn bij oogkleur: het is dus behoorlijk complex om een oogkleur te kunnen voorspellen! De benadering hierboven kan echter wel een goede richtlijn zijn om oogkleur te voorspellen.
Blauwe ogen?
Schrik niet als je baby ondanks alle verwachtingen met blauwe ogen ter wereld komt. Het is namelijk zo dat vrijwel alle blanke baby's geboren worden met blauwe ogen: dit is te wijten aan het weinige pigment dat baby's aanmaken. Naarmate een baby ouder wordt zal hij of zij steeds meer pigment aan gaan maken, en zal de oogkleur langzaam maar zeker veranderen richting de definitieve oogkleur. Meestal is de oogkleur van een baby na een maand of zes definitief, al kunnen ze tot nog ongeveer een jaar veranderen in tint of nuance. Donkere en Aziatische baby's hebben over het algemeen veel pigment, en worden dan ook meestal met donkere ogen geboren.