Ontwikkeling van de baby in het eerste jaar
Kinderen maken in hun eerste levensjaar een enorme ontwikkeling door op diverse gebieden. Er worden in baby's eerste jaar heel veel mijlpalen bereikt. De ontwikkeling vindt over het algemeen van het hoofd naar de tenen plaats: eerst ontwikkelen zaken als het hoofdje rechtop houden zich en tenslotte leert het kind lopen!
Ontwikkeling van de baby in het eerste jaar
Wat kan een pasgeborene?
Geestelijke ontwikkeling
Veel mensen zonder kinderen ontkennen het bestaan van een emotioneel en sociaal bewustzijn bij
baby’s die net geboren zijn. Toch luistert de baby al vanaf dag 1 intensief naar de ouders en op de 9e dag beweegt de baby zijn ogen al in de richting van het geluid. Vanaf twee weken
herkent de baby de ouders zelfs. Rond de leeftijd van drie weken draait de baby zijn hoofd in de richting van een geluidsbron, en gaat zelf geluiden maken vanaf ongeveer 3 à 4 weken oud.
De pasgeboren baby kan scherp zien op een afstand van ongeveer 20 tot 25 centimeter, je kan daarom ook het best speelgoed en dergelijke op die afstand van het gezichtje houden.
Sociaal gedrag
De
band met een baby ontstaat primair door huid- en oogcontact. Al heel vroeg probeert een baby contact te maken met de ouders door bijvoorbeeld de tong uit te steken en het mondje te bewegen. Je kan dit stimuleren door op de toenaderingspogingen van het kindje in te gaan waardoor de baby gestimuleerd wordt door te gaan met contact zoeken.
Lichamelijke ontwikkeling
- De pasgeboren baby weegt gemiddeld 3500 gram
- De pasgeboren baby is gemiddeld 50 centimeter lang
De baby heeft de volgende
reflexen:
- Moro-reflex: als je een klap geeft op het matras waar de baby ligt strekt de baby de vingers, buigt de rug (met het hoofdje naar achteren) en beweegt met de armen en benen
- Babinski-reflex: als je de voetzool van de baby zachtjes kietelt van de hiel naar de tenen zal de baby de grote teen strekken en de andere tenen spreiden
- Wang-reflex: wanneer je de wang van de baby zachtjes streelt zal de baby het hoofd richting de beweging draaien, met open mond
- Loop- of stapreflex: als je de pasgeboren baby onder de armpjes omhoog houdt vlak boven een plat oppervlak, zal de baby stapbewegingen maken met de benen
- Grijpreflex: de baby grijpt alles stevig vast wat dicht in de buurt van de handjes komt
De duur van de reflexen is variabel, maar over het algemeen verdwijnen zij allen na verloop van tijd.
De
pasgeboren baby heeft de neiging om het hoofdje steeds dezelfde kant op te houden, hoe je hem of haar ook neerlegt. Je kan de lichamelijke ontwikkeling stimuleren door de benen en armen héél voorzichtig te strekken en buigen, bijvoorbeeld tijdens het
verschonen van de luier of de wasbeurt.
Het hoofdje van de baby is in verhouding tot de rest van het lichaam heel erg groot en zwaar. Je kan de
nekspieren stimuleren door de baby een aantal keer per dag even op de buik te leggen.
De pasgeborene houdt de handjes meestal stijf in een vuistje. Door de aangeboren
grijp-reflex zal het een vinger stevig vasthouden wanneer deze gegeven wordt. Deze grijp-reflex moet onder controle gekregen worden voor een kind voorwerpen kan vastpakken en vasthouden. Wanneer het kind schrikt, spreidt het de vingers echter.
Zintuigen
De pasgeborene kan al heel snel onderscheid maken tussen verschillende smaken. Wanneer je wat
suikerwater op de tong van de baby sprenkelt zal het gezichtje ontspannen, wanneer je
zoutwater op de tong druppelt zal het kindje je handen wegduwen en een vies gezicht trekken en wanneer wat
citroensap op de tong doet zal het de ogen dicht knijpen, de lippen samen trekken en soms zelfs rillen.
Een pasgeborene schrikt van onverwachte geluiden, zoals handgeklap of dichtslaande deuren. Het kind zal met de ogen knipperen of ze juist wagenwijd opendoen.
Een pasgeborene kijkt graag naar gezichten, vooral naar de ogen of de mond. Een pasgeborene zal je vingers volgen wanneer je je vingers heen en weer beweegt op ongeveer 20-25 centimeter afstand.
Speelgoed en spelletjes
De
jonge baby kan nog niet veel doen, hij oriënteert zich op de wereld door te zien, horen en voelen. Heldere, bewegende en geluidmakende speeltjes krijgen de voorkeur van de pasgeborene.
Mobiles,
rammelaars en
bijtringen zijn geliefd speelgoed.
Je kan met de
pasgeborene spelen door liedjes te neuriën en de baby op de maat van de muziek in je armen te wiegen.
Wat kan een kind van 4 tot 8 weken oud?
Geestelijke ontwikkeling
Geleidelijk aan zal de baby de
techniek van praten gaan begrijpen en zelf experimenteren met geluiden maken met de mond. De baby past het gedrag aan op de toon en het ritme van de spraak van de ouder. Je kan je kind helpen door veel
oogcontact te maken, met veel
mimiek te spreken en van diverse kanten tegen de baby te spreken.
Rond de leeftijd van
8 weken zal de baby steeds meer gaan
lachen en zich interesseren voor de omgeving. Je kan de baby overeind zetten tegen een goed ondersteunend kussen.
Lichamelijke ontwikkeling
Baby’s hebben een sterke voorkeur voor
ritme. Dit kan je tegemoet komen door schommelspelen te doen en op een soort zangerige toon tegen de baby te spreken.
Het nekje van de baby is nog steeds niet erg sterk en zal opzij zakken als je het niet goed ondersteunt. Wanneer de baby echter op de rug ligt kan het zijn hoofd een paar seconden optillen. Je kan de
nekspieren stimuleren door diverse voorwerpen langzaam rondom het hoofd in het gezichtsveld van de baby te bewegen.
Wanneer de baby
6 weken oud is kan hij het hoofd van het matras optillen en wanneer je hem in een zithouding optilt zal het hoofdje meegaan. De knieën en heupen worden sterker en minder gebogen. Tijdens het
verschonen kan je de beweging van de benen stimuleren door ze voorzichtig te strekken. Het optillen van het hoofdje kan je stimuleren door een stuk speelgoed nét boven het gezichtsveld te houden zodat de baby het hoofdje moet optillen om het voorwerp goed te kunnen bekijken.
Rond de
8 weken zal de baby proberen dingen vast te pakken en de vingers meer te spreiden. Dit kan je stimuleren door de baby naast een kussen rechtop te zetten zodat het het kussen kan vastpakken. De grijpkracht van het kind vermindert langzaamaan. Om de vingertjes te laten ontspannen kan je ze één voor één zachtjes strekken. Rond de
6 weken is de
grijpreflex bijna volledig verdwenen. Rond de
8 weken kan je de baby laten wennen aan verschillende stoffen door het voorwerpen van allerlei stof te laten voelen met de vingertoppen.
Spraak
Het
leren praten begint met het goed luisteren naar anderen. De baby probeert geluiden en gebaren na te doen. Rond de
6 weken herkent de baby de stem van de ouders en rond de
8 weken reageert het hier op. Door veel te praten tegen je baby stimuleer je de spraak en het taalgebruik.
Speelgoed en spelletjes
De
jonge baby kan nog niet veel doen, hij oriënteert zich op de wereld door te zien, horen en voelen. Heldere, bewegende en geluidmakende speeltjes krijgen de voorkeur van de pasgeborene. Mobiles, rammelaars en bijtringen zijn geliefd speelgoed.
Je kan met de pasgeborene spelen door liedjes te neuriën en de baby op de maat van de muziek in je armen te wiegen.
Wat kan een kind van 8 tot 16 weken oud?
Geestelijke ontwikkeling
De baby wordt zich langzaam bewust van het eigen lichaam en gaat het proberen te ontdekken. De baby kijkt naar de vingertjes en beweegt ze, reageert op de stem van de ouders door te knikken en lachen, beweegt de mond en maakt geluidjes van plezier. Je kan je kind stimuleren door sterk overdreven te reageren op contactpogingen van je kind en kinderliedjes ui te beelden met je lichaam en mimiek.
De baby wordt steeds nieuwsgieriger en heeft steeds meer belangstelling voor nieuwe speeltjes, nieuwe plaatsen en nieuwe mensen. De baby herkent bekende plaatsen en gewoonten. Zodra de baby
de borst of het flesje ziet zal het bijvoorbeeld opgewonden geluiden laten horen. Rechtop zitten vindt de baby heerlijk; zo kan het alles om zich heen bekijken.
Sociaal gedrag
De baby draait het hoofd richting degene die tegen hem praat en lacht wanneer de ouders de kamer binnenkomen. Wanneer je de baby voedt, maak dan oogcontact en houdt dit vast.
De baby gaat langzaam maar zeker lachen naar de andere mensen in de omgeving en gaat deze
herkennen. De baby vindt het niet prettig lang alleen gelaten te worden en huilt als je bij hem weggaat. Probeer de baby te stimuleren door hem
na te doen in alles wat hij doet.
Lichamelijke ontwikkeling
Met
12 weken kan de baby het hoofdje continu overeind houden. Wanneer je de baby op de buik legt of rechtop zet zal het hoofdje amper terug zakken. Door het kind regelmatig rechtop te zetten stimuleer je de nek- en schouderspieren. Om de armspieren te ontwikkelen kan je een speeltje nét buiten handbereik leggen zodat de baby de armpjes moet uitstrekken om bij het voorwerp te kunnen.
Om de spieren van de romp te verstevigen kan je de baby af en toe spelenderwijs omrollen. Wanneer je het
kiekeboe-spelletje speelt zet je kind dan rechtop in een bank of iets dergelijks en beweeg je nét buiten het gezichtsveld zodat de baby zijn lichaam moet draaien om je te kunnen zien.
De grijpreflex is volkomen verdwenen; de baby zal zijn vingers steeds vaker strekken en ze geïnteresseerd bekijken. De rammelaar kan even vastgehouden worden en mee geschud worden, maar nog niet zelf gepakt worden. Het lichaam wordt steeds beweeglijker, de baby zet de benen bijvoorbeeld op elkaar.
Spraak
Rond de leeftijd van
16 weken kan de baby een heleboel geluidjes maken en nadoen. Het kind zal proberen te ‘praten’ door zinnen die bestaan uit verschillende geluiden achter elkaar.
Om de spraak onder de knie te krijgen zal de baby de benodigde lichaamsdelen voorbereiden door
bellen te blazen, te kwijlen en de lippen te tuiten.
Zintuigen
Hoewel de ogen van de baby onafhankelijk van elkaar bewegen kijken ze wel met beide ogen naar hetzelfde voorwerp zodat er een driedimensionaal beeld ontstaat. Houdt bijvoorbeeld een speeltje voor het gezicht van de baby, wanneer beide ogen scherpgesteld zijn zal het opgewonden en blij reageren.
Speelgoed en spelletjes
Je kan onderzoeken of je kind in staat is subtiele
voorwerpen te onderscheiden. Dit kan je doen door op stukken karton diverse figuren te tekenen, een kleine en een grote driehoek bijvoorbeeld. Teken deze figuren ook andersom op de kaart, dus de kleine driehoek boven in plaats van de grote. Als het goed is reageert je baby met
verminderde aandacht op de kaart die het al gezien heeft, en met hernieuwde aandacht op dezelfde figuren op de kaart, maar dan in de andere volgorde.
Wat kan een kind van 16 tot 24 weken oud?
Geestelijke ontwikkeling
De baby zal voorwerpen langer bestuderen omdat het
concentratievermogen toegenomen is. De baby lacht ook tegen het eigen spiegelbeeld, beweegt armen en benen en slaat op het flesje om aandacht te trekken.
Probeer
de naam van je kind zoveel mogelijk te gebruiken en stel je baby aan elk nieuw persoon voor.
De baby leert zijn stem te beheersen en op verschillende manieren te gebruiken om je aandacht te trekken. De baby wordt
eenkenniger en laat merken wat het wel en niet prettig vindt.
Sociaal gedrag
De baby gaat
meer emoties vertonen, zoals schaamte, door zijn hoofd van anderen af te wenden en te lachen tegen bekenden. Communiceren kan nu op vier manieren:
- Huilen
- Geluiden
- Gezichtsuitdrukkingen
- Gebaren
De baby kan je gaan
begroeten door je gezicht vast te pakken en zich aan je vast te klampen.
Lichamelijke ontwikkeling
De baby heeft zijn hoofdje nu volledig onder controle, zelfs wanneer hij rechtop zit en je hem even uit evenwicht brengt. Om het hoofdje nog beter onder controle te houden en stabiel te krijgen kan je schommeloefeningen doen, daardoor moet de baby het hoofdje steeds opnieuw weer stabiel krijgen.
Rond de
24 weken kan de baby zichzelf met behulp van de armen omhoog duwen, de handen zijn hierbij vooruit gestrekt om evenwicht te vinden. Met behulp van de armen kan de baby even rechtop in de kinderstoel zitten zonder hulp. Til de baby op wanneer het de armen naar voren strekt.
Om de spieren en botten in de benen te stimuleren kan je spelletjes doen als de baby op je schoot laten ‘
paardje rijden’.
Zintuigen
De baby stopt zo ongeveer alles in de mond wat het te pakken kan krijgen! De baby grijpt alles wat binnen handbereik is vast en vindt het leuk om papier te scheuren en verkreukelen.
De baby vindt het moeilijk om voorwerpen over te pakken van de ene hand naar de andere hand en zal een voorwerp nog laten vallen om vervolgens een ander voorwerp te kunnen pakken.
Wanneer je speelgoed nét buiten het gezichtsveld legt zal de baby zich zo bewegen dat hij wel bij het voorwerp kan.
Wat kan een kind van 24 tot 32 weken oud?
Geestelijke ontwikkeling
Je baby probeert steeds vaker een gesprek met je te beginnen door te
brabbelen en gaat meer gebruik maken van gebaren en geluiden om zijn wensen en behoeften aan te geven. De meeste baby’s
herkennen hun eigen naam ook. Vaak willen ze ook zelf eten en dus laten zien dat ze onafhankelijk zijn.
De baby begrijpt steeds meer woorden en dus ook het woord ‘nee’. De baby vertoont vastberadenheid wanneer het bijvoorbeeld een speeltje buiten handbereik probeert te pakken. Speelgoed gaat een belangrijke spelen in het leven van de baby.
Waterspelletjes zijn vaak favoriet.
Sociaal gedrag
Het kind gaat
andere kinderen betasten wanneer deze in de buurt zijn en speelt graag ‘handje klap’ spelletjes. De baby gaat anderen onderzoeken met behulp van aanrakingen met de handen.
Lichamelijke ontwikkeling
De baby kan steunen op één arm wanneer het op de buik ligt en zo met de andere hand speeltjes pakken. Veel baby’s kunnen al zonder hulp gaan zitten en hun
eigen gewicht dragen (hoewel ze dit nog niet vol kunnen houden) wanneer je hen ondersteunt.
De baby gaat zich voort proberen te bewegen door een soort
zijwaartse beweging te maken. Wanneer je de baby optilt kan het op en neer gaan springen waardoor het gevoel van onafhankelijkheid toeneemt.
Je baby kan voorwerpen overpakken van de ene hand naar de andere hand, met speelgoed op andere voorwerpen slaan en steeds beter eten met een lepeltje. Het kind leert langzaam maar zeker zelf eten, in het begin met de vingers, later met de lepel.
Spraak
De mond wordt groter, het gehemelte meer gewelfd en de tong kleiner. Door deze lichamelijke veranderingen worden de stembanden en bijbehorende spieren in staat gesteld zich verder te ontwikkelen zodat spraak mogelijk is.
Lettergrepen zoals ‘ka’ en ‘da’ doen hun intrede en worden steeds beter uitgesproken. Het kind experimenteert met geluiden, klanken en toonhoogten. Wanneer het kind ongeveer 32 weken oud is kan het woorden met twee lettergrepen uitspreken, zoals ‘da da’. Brabbel wanneer je kind brabbelt, maar gebruik zoveel mogelijk
gewone spreektaal. Wanneer het kind een
herkenbaar woord produceert herhaal het woord en beloon haar uitgebreid, waardoor het kind zich trots zal voelen en het woord vaker gaan herhalen.
Speelgoed en spelletjes
De baby geniet ervan veel herrie te maken en papier te verscheuren.
Trommels en wat potten en pannen zijn geliefde speelobjecten, hoewel vaak niet van de ouders.
Blokkenspelen beginnen ook populairder te worden.
Vaardigheden
Wanneer je kind
32 weken oud is moet het de volgende oefening goed uit kunnen voeren: verstop in de aanwezigheid van je baby een speeltje onder een doek en laat het kind daarna zijn gang gaan. Als het goed is gaat je kind naar de doek en trekt deze van het speeltje af.
De baby snapt in de meeste gevallen
hoogteverschillen. Probeer je kind maar eens op de tafel te leggen en rond te laten kruipen. Als het goed is stopt je kind bij de rand van de tafel. Blijf áltijd in de buurt met dergelijke spelletjes en oefeningen!
Wat kan een kind van 32 tot 40 weken oud?
Geestelijke ontwikkeling
De baby herkent vertrouwde geluiden en liedjes en reageert hier op een bepaalde, blije manier op. Hij draait zijn hoofdje naar je toe wanneer je zijn naam noemt, steekt de handjes naar voren om ze te laten wassen maar draait het gezicht weg wanneer je met een washand aan komt lopen.
Begin met je kind regelmaat bij te brengen door bepaalde
rituelen rondom activiteiten in te bouwen in de dagindeling, zoals bij lunchtijd. Het kind zal hier snel aan wennen.
Wanneer je vraagt ‘waar is papa?’ zal de baby op zoek gaan naar vader. Je kan beginnen met het voorlezen van boekjes van zacht materiaal.
Lichamelijke ontwikkeling
Je baby kan het eigen gewicht dragen en staan, maar moet zich wel vast kunnen houden aan iets. Je kind kan ongeveer 10 minuten
zelfstandig rechtop blijven zitten. Gaan zitten is erg moeilijke voor de baby wanneer het staat.
Het begin van kruipen doet zijn intrede.
Rond
40 weken kan de baby zichzelf voortbewegen op handen en knieën. Hij kan zichzelf optrekken en gaat graag liggen vanuit zithouding. De spieren in de rug worden sterker, waardoor het bovenlichaam kan draaien wanneer de baby zit.
Het kind zal steeds
minder voorwerpen in de mond stoppen en reikt met een vinger naar een voorwerp dat het wil hebben. Sommige kinderen kunnen zelfs al tussen duim en wijsvinger iets optillen. Je kan beginnen met het spelen van
aanwijs spelletjes.
Je kan de ontwikkeling van beweging stimuleren door voorzichtig een zachte bal naar de baby te rollen zodat deze deze kan pakken.
Zintuigen
Het kind zal de bron van geluid gaan zoeken, zoals de klepel in een klok.
Spraak
Rond de
36 tot 40 weken begint het kind klanken als ‘t’, ‘d’ en ‘w’ toe te voegen aan het spraakrepertoire en echte taalklanken te imiteren. Een kind leert eerst de
betekenis van woorden kennen om ze later zelf te gebruiken.
De eerste ‘papa’ of ‘mama’ wordt uitgesproken, al wordt er nog geen onderscheid gemaakt tussen papa en mama.
Vaardigheden
Rond de
36 weken moet een kind blokken in een mandje stoppen wanneer je hem of haar dit vraagt, eventueel met voordoen.
Tevens ontstaat rond de leeftijd van 36 weken de
objectpermanentie. Dit houdt in dat een kind beseft dat een voorwerp blijft voortbestaan, ook al ziet hij het op dat moment niet. Deze vaardigheid kan je testen door nadat je kind een speeltje een paar keer gepakt heeft een vel papier tussen je baby en het papier te zetten. Als het goed is gaat je kind op zoek naar het voorwerp door het papier opzij te bewegen.
Speelgoed en spelletjes
Voorwerpen als stoffen of plastic boekjes en ballen worden populair. Beweegbaar speelgoed op wielen komt ook steeds meer in trek. Het kind gaat
experimenteren met diverse voorwerpen, zoals het blazen in een wc-rol en het nadoen van dierengeluiden.
Wat kan een kind van 40 tot 48 weken oud?
Geestelijke ontwikkeling
Je baby zegt het
eerste verstaanbare woord. Hij kan ook dingen aanwijzen in een boek, al is de concentratie nog niet goed ontwikkeld. Speelgoed wordt regelmatig buiten de box en kinderwagen gegooid, als een spelletje, met het idee dat jij het op mag rapen en weer terug mag geven. Baby begint begrippen als ‘binnen’, ‘buiten’, ‘hier’ en ‘daar’ te begrijpen.
Het concentratievermogen kan gestimuleerd worden door verschillende boeken en tijdschriften te lezen in korte, begrijpelijke stukjes. Je kan beginnen met aanwijsspelletjes met behulp van een tijdschrift. Pak hierbij een vingertje van je kind, wijs samen iets aan en vertel wat het is. Dit kan je ook met
lichaamsdelen doen, zoals mama’s neus en papa’s oor.
Lichamelijke ontwikkeling
Je baby heeft steeds meer beheersing over zijn lichaam en kan al kruipen als de beste! Je kan het
begin van lopen gaan oefenen door wanneer je kind een voet optilt bij het staan het beentje te verplaatsen. Prijs hem of haar, zeker wanneer de baby dit uit zichzelf doet.
Langzaam maar zeker gaat de baby zich zijwaarts en vasthoudend aan meubels voortbewegen. Wanneer je de handen vasthoudt zal de baby vooruit proberen te lopen. Vanuit de
zitpositie kan het kind allerlei kanten op bewegen, ook zich omdraaien, zonder evenwicht te verliezen.
Het kind vindt het nog lastig om voorwerpen weer los te laten zonder ze uit de handen te laten vallen. Je kan deze vaardigheid stimuleren door je baby een doosje te geven en daar samen voorwerpen in en uit te doen.
Spraak
Veel baby’s zeggen het
eerste woord in de 10e of 11e maand, een echte mijlpaal! Baby leert de betekenis van het woord ‘nee’ kennen en schudt soms zelfs zijn hoofd bij dit woord.
Wat kan een kind van 1 jaar oud?
Geestelijke ontwikkeling
Je kind wordt steeds gekker op
knuffelen en doet dit dan ook het liefst de hele dag. Eenvoudige vragen begint de baby te begrijpen en sommige opdrachten zelfs al uit te voeren. Veel baby’s van 1 jaar oud herkennen voorwerpen in een boek en wijzen deze aan op verzoek.
Sociaal gedrag
De baby onthoudt bepaalde
rituelen, zoals ‘dag zeggen’ en maakt graag mensen aan het lachen. Het is verstandig om je baby af en toe even bij iemand anders op bezoek te laten gaan zonder jouw aanwezigheid, anders kan je
baby te afhankelijk van je worden.
De
persoonlijkheid van de baby wordt steeds duidelijker en gaat soms zelfs al gepaard met buien van vastbeslotenheid en onafhankelijkheid.
Lichamelijke ontwikkeling
Het kind kruipt als een beer op handen en voeten de kamer door! Aan de hand van papa of mama kan het kind zelfs al
een paar pasjes meelopen. Om het lopen te stimuleren kan je af en toe proberen te vragen aan je kind om naar je toe te komen als het zich vasthoudt aan een meubel en jij dicht in de buurt bent. Je kan het meubilair ook iets verder uit elkaar zetten om zo je kind aan te moedigen de meubelstukken even los te laten.
Je baby kan nu ook doelbewust met spulletjes gooien en stopt ook niet meer alles in zijn of haar mond. Als een echte circusartiest probeert het kind zelfs twee voorwerpen in één hand te houden.
Baby moet een snel bewegend voorwerp dat voor de ogen heen en weer bewogen wordt kunnen volgen. Lukt dit niet, dan is het verstandig een arts om advies te vragen.
Spraak
Rond het
eerste levensjaar kan de baby dierengeluiden herkennen en imiteren en eenvoudige woorden als ‘dag’ zeggen wanneer iemand de kamer verlaat.
Lees verder