Een moeilijke eter aan tafel!
Een lastige of moeilijke eter, iedereen kent er wel een aantal. Het is absoluut niet leuk wanneer iedere avond een gevecht wordt om een paar hapjes naar binnen te krijgen. Nog minder leuk, wanneer die hapjes onmiddellijk weer worden uitgespuugd. Kinderen kunnen soms het eten tot een hele klus maken. Er zijn wel een aantal tips om het avondeten wat soepeler te laten verlopen, helaas de ‘gouden’ zit er waarschijnlijk niet bij.
Om te beginnen, wanneer een moeilijke eter gezond is, voldoende energie heeft en goed de dag doorkomt dan kan het wel wat hebben. Drinken is wel belangrijk. Het is geen drama wanneer een kind enkele dagen het avondeten overslaat, het moet geen gewoonte worden. Sommige kinderen weten in de loop van de dag heel wat naar binnen te werken en hebben gewoon geen trek. Anderen hebben een vrij kalme dag gehad en daarom ook weinig trek.
Enkele algemene tips en misschien zit de ‘gouden’ er toch bij
- Geef drie hoofdmaaltijden: ontbijt, lunch en diner. Tussendoortjes kunnen natuurlijk altijd, maar niet een kwartier voor een maaltijd. Verdeel desnoods de tussendoortjes over de dag. Een uur voor een maaltijd wordt in ieder geval niet meer gegeten. Pas ook een beetje op met drinken, volle glazen zoete drankjes vullen ook een maagje.
- Vertel op tijd dat er gegeten gaat worden. Een kwartiertje voordat het eten op tafel staat is meestal wel voldoende. Nog even een spelletje afmaken, een vriendje uitzwaaien, een programma afkijken en dan aan tafel. Wanneer ze gelijk moeten eten begin je al met een licht sikkeneurig kind en dat is geen optimale situatie.
- Eten is eten. Zet de tv uit, krant van tafel en ook de post kan even wachten. Tijdens het eten, eet je en praat je samen de dag door. Kinderen kunnen zo’n moment ook echt gaan waarderen zelfs al nemen ze geen hap van hun bord, toch genieten ze er wel van. Kinderen hebben over het algemeen weinig ‘zitvlees’ dus maak het niet te lang en gezellig natafelen is meer iets voor volwassenen, kinderen doe je er geen plezier mee.
Bron: Romi, Pixabay
- Schep een bord nooit vol. Geef van alles een heel klein beetje. Geef van alles een eetlepel en laat het kind zelf uitmaken of het er nog iets bij wil. Hou daarbij wel de verhoudingen in het oog, groente is net zo belangrijk als vlees. Niets is triester dan een kind dat zonder trek tegen een enorm bord eten zit aan te kijken. Gebruik het liefst wat diepere of desnoods grotere borden. Kinderen leren makkelijker ‘netjes’ eten en voor het oog ligt er weinig op het bord. Het is maar een optisch trucje. Eventueel kun je een kind het eten zelf op laten scheppen.
- Dat lust ik niet. Die zin klopt al niet. Een maand geleden vond je het niet lekker maar nu misschien wel. Ook de smaak van kinderen verandert, of met aardappelen eten ze iets niet terwijl ze met rijst het bord erbij opeten. Blijf dus wel een groente aanbieden ook al was het een maand eerder geen succes. Het is zonde wanneer kinderen iets niet meer eten, omdat de smaak ze ooit niet aanstond. Daarbij waren ze toen misschien in een stemming waarin ze alles ‘niet lekker’ vonden. Laat altijd één hapje proeven. Dat lust ik niet! (bis) Er zijn genoeg volwassenen die geen hap bloemkool (of iets anders) door hun keel krijgen. Soms lust een kind ook na veel proberen iets écht niet. Respecteer dat.
- Maak geen drama. Ga niet uitgebreid klappen, liedjes zingen, met vlaggetjes zwaaien of wat er ook bedacht kan worden, wanneer een kind z’n bord leeg eet. Het is heel gewoon om je bord leeg te eten. Het is niet een geweldige prestatie dat je zoiets hebt gedaan. Je laat dan zien ‘zie zo die vreselijke klus heb je toch maar geklaard!’. Hetzelfde geldt voor de andere kant, wanneer een kind niet wil eten, negeer het. Boos worden heeft hier geen enkel nut.
Bron: Avitalchn, Pixabay
- In dezelfde categorie, “je krijgt geen toetje wanneer je niet je bord leeg eet!”. Toetjes kunnen wel maar het is niet de bedoeling dat een toetje het avondeten gaat vervangen. Gewoon een normale hoeveelheid. Toetjes zijn ook geen beloning, toetjes zijn de afsluiting van het avondeten.
- Belonen of niet. ‘Wanneer je je bord leeg eet, dan krijg je een ijsje.’ Heel verleidelijk om te doen, zeker wanneer ze al een week lang de lippen stijf op elkaar hebben gehouden tijdens het avondeten. Het helpt niet. De gemiddelde kleuter zit tijdens het eten van het ijsje al uit te dokteren wat er de volgende avond uitgesleept kan worden.
- Laat het kind kiezen maar geef niet teveel keuzemogelijkheden, geen open vragen. “Wil je worteltjes of boontjes?”, is een prima vraag. “Wat wil je eten?”, is dat niet. Neem ze anders mee naar de winkel en laat kiezen uit twee groenten. Je kunt ze ook een bijgerecht laten kiezen en vaak vinden ze dat wat makkelijker. “We eten broccoli en gehaktballetjes, wil je aardappelen of rijst?” Wanneer je tijd hebt kun je ze mee laten helpen in de keuken.
- De pot appelmoes. Geef je ze nu wel of niet een flinke schep appelmoes over de groente omdat ze deze dan wel eten? In de meeste potten appelmoes zit ook veel suiker, wel iets om over na te denken. Wanneer je beslist wilt dat ze een groente eten en ze eten het alleen met appelmoes, probeer het dan met ‘homemade’ appelmoes, je hebt dan zelf de suikerhoeveelheid in de hand. Maar kinderen moeten ook leren om een eigen smaak te ontwikkelen en ze moeten ontdekken waar ze van houden en waarvan niet. Wanneer ze alles eten met een laag appelmoes, proeven ze geen verschil meer.
- Zeker een peuter die net ontdekt heeft dat ‘nee’ een geweldige manier is om de boel wat op te ‘vrolijken’, kan het een tijdje volhouden. Maar ook een peuter krijgt trek. Daarnaast zijn peuters druk doende hun wereld te ontdekken, aan het eind van de dag zijn ze gewoon moe. Avondeten is dan teveel. Wanneer een kind echt te moe is om te eten, probeer dan iets eerder te gaan eten. Soms lukt dat niet maar probeer dan om een rustpunt te geven voor het eten. Even tv kijken of een boekje inkijken, of met een muziekje op de bank.
In het bovenstaande gaat het alleen om kinderen die gezond zijn. Wanneer je je zorgen maakt, tel dan eerst eens op wat het kind in de loop van de dag eet. Vaak merk je dan dat het best wel genoeg is. Wanneer je denkt dat er niet voldoende vitaminen in het eten zit kun je een tijdje vitaminesupplementen geven. Kijk ook op de site van het Voedingscentrum, dan weet je precies hoeveel een kind per dag nodig heeft aan voedingsstoffen. Een kind moet een dag door kunnen komen, op school, opvang, zwemles, clubjes, enz.., dat is de allerbeste graadmeter. Wanneer je echt zeker weet dat het niet voldoende is, maak dan een afspraak op het consultatiebureau of met een huisarts.
Lees verder