Mijlpalen in de ontwikkeling van het kind
De grote zorg bij alle ouders: Loopt de ontwikkeling van mijn kind wel volgens plan? Elk kind ontwikkelt op zijn of haar eigen tempo, maar toch is er een houvast in het ontwikkelingspatroon en ontwikkelingstempo van een kind. Kleine afwijkingen zijn normaal. Grote afwijkingen in het ontwikkelingstempo of -patroon kunnen wijzen op een onderliggende oorzaak. Check daarom geregeld de mijlpalen in de ontwikkeling !
Opgelet: merk je dat een kind achterblijft in het ontwikkelingstempo of dat het ontwikkelingspatroon (de volgorde van de mijlpalen) anders zijn dan hier beschreven, dan is goed om een arts te raadplegen en je bevindingen mee te delen.
Lees de waarschuwing onderaan de tekst!
0 maanden
De baby
functioneert op "instinct". Alles wat het doet, gebeurt reflexmatig, zelfs huilen.
Hoewel zintuigen functioneren en de baby alles hoort, ziet, ruikt, proeft en voelt, begrijpt het de betekenis nog niet van dit alles.
Eén van de eerste dingen die de baby leert, is dat er gereageerd wordt op huilen. Huilen wordt nu een communicatiemiddel.
- De baby kan passief iets grijpen: wanneer het voorwerp in de handpalm gedrukt wordt, grijpt de baby automatisch het voorwerp vast.
- Als de baby de vingers van de verzorger omklemt, kan de baby voorzichtig vanuit ruglig naar zithouding getrokken worden. Het duurt heel even, maar de baby trekt het hoofdje mee omhoog.
2 maanden
Hoewel de baby nog steeds reflexmatig dingen passief vastgrijpt,
begint een zelfbewustzijn te vormen. De baby begint nu ook met enkele typische vrijwillige handelingen.
Op deze leeftijd is het normaal dat de baby automatisch de vuisten gebald houdt en schrikt bij plots hard lawaai.
- Tilt het hoofd enkele seconden op vanuit buiklig
- Volgt met blik en het hoofdje het gelaat van de verzorger in een boog van maximum 90°
- Glimlacht als reactie, zelfs op een tekening van een gelaat
- Maakt eenvoudige klankgeluiden
3 maanden
De baby krijgt stilaan controle over zijn lichaam en balt de vuisten nog maar occasioneel.
- Kan nu zelf aktief grijpen naar voorwerpen
- Houdt voorwerp tijdelijk vast wanneer het in de hand wordt gestoken
- Tilt het hoofd vanuit buiklig op en houdt dit een tijdje aan
- Houdt het hoofdje stabiel bij rechttrekken vanuit lig naar zit (ten laatste op 5 maanden!)
- Draait het hoofd naar voorwerpen toe, fixeert ze en volgt ze met blik in alle richtingen
- Observeert eigen handen
- Staart naar gelaten
- Glimlacht en reageert met klanken wanneer hij aangesproken wordt
- Kan lachen
4 maanden
- Hoofd wordt recht gehouden in zit en valt na enige tijd niet meer
- Grijpt naar voorwerpen en brengt ze naar de mond
- Draait hoofd in de richting van geluid
- Glimlacht spontaan
5 - 6 maanden
- Rolt spontaan van ruglig naar buiklig
- Tilt regelmatig het hoofdje op, zowel in rug- als buiklig
- Geeft voorwerpen van ene hand in de andere
- Heeft voldoende spierspanning in de rug om te blijven zitten, maar met steun
- Begint te babbelen
- Kan de richting van het geluid situeren
7 - 8 maanden
- Met steun verbetert de zithouding en bewaart die houding door met handen te steunen op voorgrond (driepoot-houding)
- Kan hij kortstondig staan met steun
- Steekt alles in de mond
- Babbelt meer gestructureerd "ba-ba" en "da-da".
- Strekt armpjes uit naar mensen om opgetild te worden
9 - 10 maanden
- Kan zitten zonder steun en begint zichzelf in zithouding te heffen
- Kan enige tijd staan met steun
- Wuift gedag
- Drinkt uit een beker met hulp
11 - 12 maanden
- Kan wandelen met steun
- Kan 2 à 4 betekenisvolle woorden gebruiken
- Verstaat enkele eenvoudige opdrachten
- Helpt bij aankleden
13 - 15 maanden
- Kan alleen lopen, maar valt nog vaak
- Gebruikt meerdere woorden, maar vaak in peutertaal
- Wijst naar voorwerpen die hij wenst
- Krabbelt met potlood
18 - 24 maanden
- Kan trap of stoel opklimmen met hulp (rond 18 maanden)
- Kan alleen trap op- en af, maar tweede voet wordt nog steeds bij de eerste gezet (rond 24 maanden)
- Kan alleen eten
- Trekt kleren alleen uit
- Kan 2 à 3 lichaamsdelen aantonen
- Bouwt een toren van 2 à 4 blokken (later 6 blokken)
- Schopt tegen een bal
- (rond 2 jaar) Draait blad per blad om in een boek
- Gebruikt talrijke verstaanbare woorden. (rond 2 jaar ook) "ik" "mijn" "jij"
- Maakt korte zinnen met 2 à 3 woorden
- Nabootsen wordt een belangrijke sociale activiteit
- Begint eerste meldingen te doen om op het potje te gaan, maar volledige zindelijkheid komt pas later.
- Begint opstandig te worden en heeft nood aan (liefdevol gestelde) limieten.
30 maanden
- Kan op de tenen lopen
- Kent zijn naam
- Herkent tot 3 kleuren
Rond 36 maanden (= 3 jaar)
- Meeste kinden zijn zindelijk en kunnen naar school
- Sommige kinderen zijn ook 's nachts zindelijk, maar hoeft nog niet
- Springt
- Kan op één voet blijven staan
- Kan op een driewieler fietsen
- Kan vertikale lijnen trekken en cirkels tekenen
- Kan wiegeliedjes zingen
Rond 4 jaar
- Kan op 1 voet huppelen
- Tekent kruisjes en vierkanten
- Verstaat eenvoudige spelregels en werkt mee
- Spreekt vlotter met langere zinnen
Merk je dat je kind het normale patroon van ontwikkelen niet volgt of een achterstand heeft, raadpleeg dan een arts. Vaak is er een onderliggend probleem dat zo snel mogelijk moet opgespoord worden.
Hoe sneller het kind hulp krijgt, hoe beter de achterstand vaak ingehaald kan worden. Bij sommige problemen kan een achterstand niet meer ingehaald worden, maar kan wel voorkomen worden dat de achterstand nog vergroot.
In erg uitzonderlijke gevallen lijdt het kind aan een aandoening waaraan artsen weinig kunnen doen. Zelfs dan is tijdige melding erg belangrijk in het kader van goede begeleiding en voor het opsporen van gelijkaardige problemen binnen de familie. Mogelijk kan zelfs voorkomen worden dat er meer kinderen met de aandoening geboren worden.
In elke omstandigheid is het best om zo snel mogelijk een afwijking op de mijlpalen vast te stellen en te melden.
Lees verder