mijn kijk opIk had een bijna dood ervaring
Een bijna dood ervaring is inmiddels geen taboe meer in het ziekenhuis op de afdeling intensive care. Vaak weet men daar nog letterlijk mensen te redden die op het randje van de dood zweefden. Als iemand dan zover is dat men naar een minder zorgelijke afdeling mag, dan wordt het IC rapportje opgemaakt. Voorzichtig wordt dan geïnformeerd: 'Heeft u nog iets meegemaakt toen u heel erg ziek was? Mogen wij dat noteren voor ons interne onderzoek? U blijft uiteraard anoniem.'
Wat is een bijna dood ervaring, afgekort BDE?
Er bestaat een reeks van spiritueele ervaringen waar de wetenschap nog steeds geen antwoord op kan geven. Zeker het schemerwereldje tussen leven en dood is voor veel mensen een onbekend terrein. Er worden wel boeken over geschreven, maar dit onderwerp blijkt toch wel in de taboe sfeer hangen.
Een bijna dood ervaring is een ervaring dat kan optreden tijdens een zeer levensbedreigende situatie. Dat kan onstaan na een hartstilstand of bijvoorbeeld na een zwaar ongeval. De wetenschap is nogal geneigd om een bijna dood ervaring aan een natuurlijk verschijnsel toe te schrijven. Men denkt daarbij vooral aan een reactie van de hersenen die een wit licht aan de patiënt laten zien.
Pim van Lommel.
Een van de bekendste Nederlandse onderzoekers naar bijna dood ervaringen is Pim van Lommel. Hij bracht het boek uit
Eindeloos bewustzijn waarvan inmiddels al meer dan 100.000 examplaren over de toonbank zijn gegaan. In dit boek beschrijft hij uitgebreid de factoren rondom een BDE.
Pim van Lommel is geboren in 1943 en van beroep cardioloog in het Rijnstate ziekenhuis in Arnhem. Hij is door zijn werk in de loop der jaren vaak in contact gekomen met patiënten die zeiden een bijna dood ervaring te hebben gehad.
Deze ervaringen zijn onder te verdelen in:
- Een traumatische BDE omdat de patiënt aangeeft in een nare of enge BDE te zijn geweest.
- Een BDE die zo mooi was en zoveel rust gaf dat de patiënt er naar verlangt 'weer' dood te zijn.
- Een BDA die een patiënt mee neemt in de rest van zijn/haar leven als zijnde een innerlijke verrijking omdat het een prachtige of vredige ervaring was.
Kan een BDE een verandering geven in gedrag en levensstijl?
Een BDE kan zelfs tot gevolg hebben dat een huwelijk uit elkaar spat. Het kan een verandering geven qua karakter omdat er een andere manier van denken is ontstaan. Bepaalde zaken kunnen ineens onbelangrijk lijken ten opzichte van vroeger. Een BDE kan ook een geloof in het Hiernamaals oproepen terwijl deze persoon misschien voor de BDE nog ongelovig was.
Onderstaand verhaal is geen fictie, het betreft volgens de persoon in kwestie een waargebeurd verhaal.
Een fikse longontsteking
Het is 14 april 2005. Ik heb al de hele week 40 graden koorts. Maar ik ben ervan overtuigd dat ik gewoon flink de griep heb. Het is vrijdag en op aandringen van mijn beste vriendin besluit ik toch maar mijn huisarts te bellen. Dus komt hij diezelfde middag nog bij mij op huisbezoek. Hij luistert naar mijn longen, voorkant...niets te horen, aan de achterkant ook al niets. Links, rechts... helemaal niets. Ik moet van hem onmiddellijk naar het ziekenhuis om longfoto's te maken. Ik huil, dus krijg ik het zwaar benauwd. Dan regel ik vlug opvang voor mijn dochtertje van zeven jaar. Mijn moeder is na één telefoontje al heel vlug bij mij, en samen gaan we dan maar naar het ziekenhuis.
Eenmaal op de eerste hulp komt een longarts naar mij toe. Hij zegt: 'U heeft gewoon niet in de gaten hoe ernstig u eraan toe bent.' Dan pakt hij een blad papier en tekent daarop twee longen. Dan zegt hij: 'Ik ga nu het zieke gedeelte van uw longen inkleuren.' Vervolgens kleurt hij de linkerlong helemaal zwart en de rechterlong voor driekwart zwart. Mijn moeder begon te huilen en ik bleef maar tegen haar zeggen: 'rustig maar mams, het komt allemaal goed.'
Opname op de intensive care
In eerste instantie werd ik opgenomen op de longafdeling. Ik lag in een kamer samen met een wat oudere man. En sinds ik daar lag hoestte ik de longen uit mijn lijf. Ik kreeg de maximale hoeveelheid aan zuurstof toegediend via een slangetje in mijn neus, maar ik knapte daar niets van op. Toen mijn overbuurman 's avonds visite kreeg, was ik zo ziek en had ik ook zo erg veel slijm die ik aan het ophoesten was, dat ik bang ben dat ik gewoon zijn visite heb weggejaagd.
Later die avond kwam mijn longarts weer naar mij kijken. Nooit zal ik vergeten wat hij toen tegen mij zei; 'Ik ben echt heel zuinig op u. Daarom wil ik dat u spoedig overgeplaatst wordt naar de intensive care. Want daar is veel meer tijd en aandacht voor u. Dat heeft u echt nodig, geloof me, u bent erg ziek.' Even schoten er allerlei gedachten voorbij: Intensive care? Daar liggen toch alleen de aller ziekste van heel het ziekenhuis? Maar ik wil naar huis en thuis uitzieken! Zo'n kwartiertje later lag ik op de afdeling intensive care. Het kamertje waarin ik lag zag eruit als een bezemkast zonder ramen. Allerlei apparatuur stond achter mijn bed. Alles piepte en bliepte, alarmseintjes gingen om de haverklap af. Steeds weer injecties, een infuus, sondevoeding en natuurlijk al die verpleegkundigen die steeds in en uit liepen. Bah, wat een hel!
En toen... toen stierf ik
Iedere ochtend kwam een team met artsen voorbij. Ik kon ze echt niet uitstaan, al die bezorgde gezichten waren nog lang niet van plan om mij naar huis te laten gaan. En iedere ochtend kwamen er ook twee verpleegsters die longfoto's van mij kwamen maken. Daarvoor moest ik plat liggen en het gevolg daarvan was weer dat ik helemaal geen lucht meer kreeg. Ik walgde ook van het kleine kamertje waarin ik lag. Geen ramen, helemaal niets wat er vrolijk en positief uit zag. Alleen een afschuwelijk schilderijtje van bergen waar een meertje voor stroomde. Mijn God, dat schilderijtje was echt het enige waar ik naar kon kijken. Verder waren er alleen witte muren. Vreselijk!
In de nacht van 22 op 23 april 2005 kreeg ik een nog hogere koorts en ik kreeg een vreemd gevoel over me heen. Mijn vechtlust en mijn enorme hekel aan deze vreselijke situatie en mijn zieke lichaam verdween. Daarvoor in de plaats kwam een heel ander gevoel over mij heen. Het werd heel rustig in mij. Ik dacht niet meer aan mijn ziekte. En ook mijn moeder en dochtertje, al mijn zorgen om hun verdwenen. Er kwam een overweldigend gevoel van vrede in mij.
En toen hoorde ik duidelijk een stem in mij die zei; 'Blijf maar rustig liggen lieverd, over 5 minuten ga je dood. Wacht maar rustig af wat er dan gaat gebeuren. Wees niet bang, heb vertrouwen in mij.' Ergens heel ver in de verte hoorde ik stemmen: 'Mevrouw van den Bos, mevrouw van den Bos, blijf hier bij ons.' Maar alle stemmen stierven weg.
Ik had al die tijd mijn ogen bewust dicht gehouden. En toen ik mijn ogen weer open maakte, zag ik mijn oma. Mijn lieve oma waarvan ik altijd zielsveel gehouden heb. Mijn oma die aan ouderdom gestorven was...op 10 mei 1999.
Het Goddelijke witte licht
Ze was druk bezig in een grote boeren keuken. Voor haar stond een grote keukentafel. Ze was bezig een enorme krentenbrood te maken. En ik zei; 'Oma, waar ben ik? Lieve oma ik ben echt heel erg ziek.' Oma keek op en zag mij daar staan. Ze zag eruit zoals ik haar had gekend toen ze nog een jaar of 65 was. Ze zag er goed gezond, gelukkig en flink uit. En bovendien had ze een keukenshort aan, zoals ze dat vroeger ook altijd droeg in huis. Oma zei toen; 'Wat doe jij hier? Jij hoort hier niet!'. En weer zei ik tegen mijn lieve oma; 'Oma ik ben zo ziek. Waar ben ik dan?' Mijn ogen dwaalden af naar twee grote openslaande tuindeuren achter mijn oma. De deuren bestonden uit kleine raampjes en daarachter was een prachtig hagelwit licht. Bezorgd ging mijn oma voor de deuren staan. Ik vroeg; 'Is opa daar buiten? Is hij bezig in de tuin met de rozen?' Mijn oma antwoordde; 'Ga terug naar je moeder. Ga terug want ze maakt zich heel veel zorgen.'
Wat is toch dat mooie witte licht vroeg ik me af. Prompt daarop kreeg ik als antwoord, komende uit dat witte licht: 'Zo ziet Gods ademhaling er uit. Je mag wel in het licht treden, maar misschien is het wel verstandiger om naar jouw oma te luisteren.' Daarna zei mijn oma; 'Ga terug want jij hoort hier niet. Mijn kleinkind mag niet overkomen wat mij is overkomen.' Ik hoorde mijn oma aan en ik begreep precies wat zij bedoelde. Toen mijn oma nog een klein meisje was van acht jaar, stierf haar lieve moeder. Omdat haar vader een fabriek runde had hij geen tijd en aandacht voor haar. Daarom belande ze in een weeshuis voor katholieke meisjes. En zelfs nog vlak voor haar dood had ze daar veel verdriet om. Ze had haar moeder heel haar leven ontzettend gemist.
Ik keek weer naar het mooie witte licht en ik knikte ja. Daarna zei ik tegen mijn oma; 'Ik hou echt zoveel van jou. Tot later lieve oma.' En daarna leek het alsof ik weer in mijn lichaam werd geduwd.
Teruggekomen uit de dood
Ik ben er nu van overtuigd dat ik voor de hemelpoort heb gestaan. Ik ben door mijn oma terug gestuurd naar mijn aardse omhulsel, mijn lichaam. Het heeft nog zeker één jaar geduurd voordat ik ook maar enigszins hersteld was. En omdat ik in deze periode veel met de kerk te maken kreeg, omdat mijn dochter de communie deed in 2006, ben ik mij er helemaal thuis gaan voelen. Ik heb na veel emoties en overwegingen toch maar besloten om onze pastoor mijn verhaal te vertellen. Ik voelde mij daarna helemaal opgelucht. Het was alsof ik dat moest doen. Speciaal aan hem, alsof het een boodschap was van God.