Yogahouding om jong te blijven: Dhanurasana

Jong met yoga: het uitvoeren van de asana
Gedurende deze yoga-oefening is de ademhaling diep, rustig en langzaam. De ademhaling is laag, dat wil zeggen je ademt zo laag mogelijk daar je buik en niet door je borst. Ga op je buik liggen met je armen langs je lichaam, flex je benen en duw ze omhoog zodat de knieën en bovenbenen van de grond af komen. Je knieën zijn parallel maar uit elkaar en je rug is gekromd. Pak met je linkerhand je linker enkel (of wreef) beet (alle vingers aan dezelfde kant) en met je rechterhand je rechter enkel (of wreef). Beweeg je borst en kin omhoog. Zowel de borst als de bovenbenen raken de grond niet meer. Beweeg zo ver mogelijk omhoog als je kunt, maar let op je grenzen.Het omhoog bewegen van de benen gebeurt door vanuit de bovenbenen de voeten omhoog te duwen. In deze yogahouding vindt de samentrekking van de spieren daarom plaats in de benen en niet in de rug! De rug (ondanks zijn gekromde houding) en de rest van het lichaam blijven ontspannen.
Variant (ook geschikt voor beginnende yogi´s)
Hef de benen gezamenlijk van de grond en tegelijkertijd hef je ook beide armen. De armen zijn vooruitgestrekt en ook de benen zijn gestrekt en staan enigszins uit elkaar. Til ook de borst van de grond, zo ver je kunt, en kijk langs je armen vooruit.
Variant voor gevorderde yogi´s
In deze variant kom je in de booghouding en beweeg je vervolgens op je buik van voor naar achter. Je schommelt als het ware heen en weer. Wanneer het hoofd naar achter beweegt adem je in en wanneer het hoofd naar voren beweegt adem je uit .
Jong en fit met de halve sprinkhaanhouding
Deze variant is eigenlijk een andere yogahouding en wordt de halve sprinkhaanhouding genoemd (Ardha Salabhasana). Anders dan in de booghouding vindt de samentrekking van de spieren nu plaats in de rug. De sprinkhaanhouding lijkt veel op de booghouding en heeft net als de booghouding een verjongende uitwerking.Bij deze yoga-oefening doe je eerst de linker helft van je lichaam. Ga op je buik liggen met het hoofd naar beneden, vouw je handen over elkaar onder je hoofd en laat je voorhoofd op de rug van je linker hand rusten (of leg je armen langs het lichaam op de grond met de handpalmen naar boven wijzend). Til nu het linker been gestrekt van de grond, en flex ontspannen je voet. Tegelijkertijd strek je het rechterbeen en de rechtervoet zodat de rechter knie van de grond komt (bovenbeen en wreef blijven in contact met de vloer). Houd de houding even vast en wissel van been.
Span alleen de spieren in de linkerhelft van het lichaam en alleen de spieren die nodig zijn om het been te heffen. De rest van het lichaam is ontspannen. Met name de spieren in de onderrug worden samen getrokken. Draai de linker heup niet naar buiten toe. Hoe hoog je komt is niet belangrijk, wel is het belangrijk dat je de oefening goed uitvoert. Vervolgens wissel je van been en werk je aan de rechter helft van je lichaam. Herhaal beide kanten.