Hydronefrose: symptomen, diagnose, behandeling en oorzaak
Als er sprake is van hydronefrose lopen de nieren vol urine. Dat komt vaak door een verstopping in de urinewegen. Hierdoor blijft het water achter in de nieren en kan het niet doorstromen. De druk op de nieren loopt daardoor enorm op. Hydronefrose kan in één nier optreden, maar ook in beide nieren tegelijkertijd. De aandoening staat ook wel bekend als waternier of waterzaknier.
Symptomen
Een verstopping van de urinewegen begint vaak met een gevoelige blaasspier. De patiënt heeft het gevoel constant te moeten plassen. Op een gegeven moment kan complete incontinentie optreden. Symptomen die vaak optreden zijn:
- Zwakke urinestraal
- Verminderd plassen
- Blaas voelt na plassen niet leeg aan
- Moeizaam plassen
- Troebele urine
- Pijn tijdens plassen
- Bloed in urine
Bij hydronefrose komt de pijn voor in de lendenen. Dat gaat dikwijls samen met een drukkend gevoel. Dat gevoel kan erger worden op het moment dat de patiënt veel drinkt. De buikpijn kan samen gaan met acute hevige pijnaanvallen in de buik en in de lendenen. Hierbij kan ook de onderrug zeer doen. Die plek kan ook opzwellen. Na een tijd gaat de patiënt plassen waarbij de pijn en de opzwelling weggaan. Bij deze aanvallen treedt er een ontsteking op in de urinewegen. Dat gaat vaak samen met koorts. Een verminderde eetlust is een belangrijk symptoom bij kinderen. Bij oudere kinderen, tieners en adolescenten is vaak sprake van een hoge bloeddruk.
Diagnose
Een vroege diagnose van hydronefrose is belangrijk om schade aan de nieren te voorkomen. Bij lichamelijk onderzoek wijst een gezwollen nier in de lenden op een waternier. Een grote nier komt vooral bij kinderen en tengere volwassenen voor. Verder onderzoek moet uitwijzen of er echt sprake is van hydronefrose. Via een blaaskatheterisatie wordt een slangetje ingebracht in de plasbuis van de blaas. Als er veel urine de blaas verlaat is er sprake van een afsluiting op het einde van de blaas of in de plasbuis. Een afsluiting kan vaak via een echo worden aangetoond. De nieren kunnen ook in kaart worden gebracht via intraveneuze urografie. Daarbij worden röntgenafbeeldingen gemaakt van de nieren. Daarbij krijgt de patiënt contrastvloeistof in het lijf via een infuus. Hierbij worden opnamen gemaakt van het moment dat de contrastvloeistof door de nieren gaat en daarna via de plasbuis in de urinewegen komt. Via het inbrengen van een kijkbuis (endoscoop) in de urinewegen kan de afsluiting van dichtbij worden bekeken. Onderzoek van de urine kan een infectie aantonen, maar niet de exacte oorzaak van de hydronefrose.
Behandeling
Bij een acute waternier wordt er een naald gestoken in de nier, zodat de nier zo min mogelijk schade oploopt. De afsluiting van de urinewegen moet zo snel mogelijk worden stopgezet. Meestal wordt daarbij een operatie uitgevoerd waarbij bijvoorbeeld een steentje uit het nierbekken of uit de urineleider wordt gehaald. Afhankelijk van de oorzaak van de verstopping volgt een behandeling. Om de urine kans te geven om weg te stromen, wordt er vaak een blaaskatheterisatie uitgevoerd. Hydronefrose kan ook chronisch zijn. Dan volgt een andere behandeling afhankelijk van de oorzaak. Een veel voorkomende behandeling bij een chronische waternier is het aanbrengen van een buisje in de urineleider om de urine langs de afsluiting te leiden. Een vernauwing of andere afwijking aan de urineleider kan chirurgisch worden verholpen. Daarbij worden de overgebleven delen van de urineleider door de chirurg aan elkaar vastgemaakt. Een verstopping van de urinewegen kan ook voorkomen door prostaatkanker of een vergrote prostaat. Afhankelijk van de oorzaak wordt dan gekozen voor behandeling met geneesmiddelen, verwijdingsmiddelen of een operatie.
Prognose
Een aangetaste nier kan volledig herstellen als de hydronefrose tijdig is ontdekt. Het is echter ook mogelijk dat de waternier permanente schade heeft opgelopen. Als beide nieren zijn aangetast door hydronefrose kan uitval van beide nieren optreden.
Oorzaken
Een verstopping in de urinewegen die leidt tot een waternier kan verschillende oorzaken hebben. De afsluiting kan bijvoorbeeld komen door een niersteen, een urinewegsteen, een tumor in de nier of in de urineweg, een verstopping van de blaas, een ontsteking of een druk op de urineleider van buitenaf.