Asbest, de gevaren
Asbest is een gevaarlijke stof, dat is duidelijk. Iedereen heeft wel eens een bericht op het nieuws gehoord over het gevaar van asbest, of kent wel iemand die er mee te maken heeft gehad. Er zijn verschillende soorten vormen van asbest, maar waarom zorgt inademing van deze microscopisch kleine vezels voor longkanker, asbestose en mesothelioom en op welke manier? Vroeger werd het nog gebruikt in tandpasta, nu blijven we er het liefste uit de buurt.
Asbest
Asbest is de verzamelnaam voor zes natuurlijk voorkomende mineralen (silicaten), ze worden gebruikt om hun wenselijke eigenschappen. Ze bestaan uit fijne, microscopisch kleine vezels en zijn dus niet met het blote oog te zien. De inademing van deze deeltjes kan ernstige ziektes veroorzaken zoals asbestose, longkanker en mesothelioom. In Nederland is het tegenwoordig dan ook verboden om asbest te bewerken, verwerken of in voorraad te houden.
Tot de jaren 80 werd asbest veel gebruikt in woningen omdat het een sterke, isolerende en goedkope stof was. Het duurt gemiddeld 30 tot 40 jaar voordat iemand last krijgt van ziektes na de inademing van asbest. Hoe meer vezels er ingeademd worden hoe groter de kans op verschillende ziektes. Wanneer asbest in platen zit en het niet is bewerkt is er weinig risico, wanneer de vezels in de lucht terecht komen bijvoorbeeld doordat er gaten in zijn geboord, ontstaat er een risico. Volgens de wereld gezondheidsorganisatie worden er jaarlijks wereldwijd 125 miljoen mensen blootgesteld aan asbest en overlijden er 107.000.
Er zijn twee soorten asbest
Chrysotiel asbest
Serpentijnvormige of spiraalvormige vezels. Deze asbestsoort wordt ook wel witte asbest genoemd en is de meest voorkomende soort asbest voor industriële doeleinden. Wanneer ze onder de microscoop worden bekeken krullen de vezels zich om elkaar als spiralen.
Amfiboolachtig asbest
Bestaande uit rechte naaldachtige vezels, er zijn verschillende soorten amfiboolachtige vezels zoals ammoniet, crocidoliet, tremoliet, actinoliet en anthophylliet, die allemaal een specifieke kleur hebben. Hoewel ze allebei kanker veroorzaken lijkt de tweede vorm de meer gevaarlijkere vorm mesothelioom vaker te veroorzaken.
Asbestose
Door het inademen van kleine asbestvezels, komen ze terecht in de alveoli (longblaasjes). De macrofagen in de alveoli proberen deze asbestvezels op te ruimen, maar de vezels zijn hier te groot voor. Hierdoor gaan de macrofagen dood, waardoor de enzymen uit de macrofagen vrijkomen, die leiden tot een ontsteking in de longen. De fibroblasten zorgen vervolgens dat er littekenweefsel wordt gevormd. Door het littekenweefsel neemt de elasticiteit van de longen af waardoor de zuurstofwisseling af neemt. Deze longziekte heet asbestose. Deze ziekte treedt vaak tussen de 10 en 40 jaar na blootstelling op en valt niet te behandelen. De symptomen hiervan zijn: progressieve kortademigheid, droge hoest vaak met bloed, pijn op de borst, wanneer het verder gevorderd is kunnen verschijnselen optreden van zuurstoftekort in het bloed. Ook kan de bloeddruk in de longen toenemen wat kan leiden tot hartfalen, en vervolgens tot oedeemvorming in de benen en buik waardoor dit kan leiden tot invaliditeit en tot overlijden.
Longkanker
De blootstelling aan asbest geeft een verhoogde kans op longkanker, tevens blijkt roken een verhoogde kans te geven op longkanker. De graad van asbestose had geen relatie met het ontstaan van asbestlongkanker. Deze aandoening kan ontstaan tussen de 4 en 40 jaar na de blootstelling van asbest. De therapie is moeilijk maar wel mogelijk, en is afhankelijk van de uitbreiding van de longkanker. Uit de aard van de tumor is niet af te lezen wat de oorzaak was. In tegenstelling tot asbestose en mesothelioom waar de oorzaak vrijwel altijd asbest blootstelling is.
Mesothelioom
Dit is een kwaadaardige aandoening van de vliezen rondom de longen, buik en hart. In bijna alle gevallen van dit mesothelioom is er sprake van blootstelling geweest aan asbest. Er is geen verband met roken aangetoond. Deze aandoening kan ontstaan tussen 3 en 60 jaar na de blootstelling. In heel weinig gevallen kan het genezen worden. In de meeste gevallen leidt de ziekte binnen een tot twee jaar tot overlijden.