Chemotherapie en voeding
Kanker is een ziekte waarbij de celdeling verstoord wordt. Er komt een overvloed aan cellen in de weefsels en zo ontstaat er een tumor. Deze kan zowel goedaardig of kwaadaardig zijn. Bij een kwaadaardige tumor dringen de overtallige cellen omliggende weefsels binnen en tasten deze tevens aan. Om de overtallige cellen te bestrijden zijn er meerdere behandelingen mogelijk. Chemotherapie is er daar één van.
Bij chemotherapie wordt gebruikt gemaakt van het medicijn cytostatica. Deze wordt tijdens de behandeling toegediend en is bedoeld om de celdeling te remmen of de snel delende cellen te doden. Er kan gebruik gemaakt worden van meerdere soorten cytostatica. Dit kan de werking versterken of aanvullen, doordat op verschillende momenten in het delingsproces van de kankercellen, de cytostatica werkzaam is. De cytostatica wordt via een infuus en/of middels tabletten toegediend. Doordat de cytostatica in de bloedbaan toegediend kan worden, reageert het tevens op eventuele uitzaaiingen die zich op andere plaatsen in het lichaam bevinden dan de daadwerkelijke tumor.
Gevolgen chemotherapie
De cytostatica wordt via de bloedbaan door heel het lichaam verspreid. Dit heeft als nadeel dat ook de normaal werkende, snel delende cellen die zich in de rest van het lichaam bevinden worden aangevallen. De werking van deze cellen zal verminderen of veranderen, wat nadelige gevolgen kan hebben voor meerdere functies van het lichaam. Bijvoorbeeld:
- Bloedarmoede (vermoeidheid)
- Haaruitval
- Misselijkheid en braken
- Smaakverandering
Voedingsadvies
De chemotherapie zorgt voor ongemakken. Sommige ongemakken zijn door voedsel te verminderen, zoals misselijkheid en braken, smaakverandering en bloedarmoede.
Misselijkheid en braken
De symptomen misselijkheid en braken ontstaan doordat de cytostatica in contact komt met maagcellen die vervolgens als reactie daarop signalen sturen naar een speciaal "braakcentrum" van de hersenen. De cytostatica kan ook direct de zenuwen van het "braakcentrum" van de hersenen aantasten. Beide gevallen zorgen ervoor dat er misselijkheid en eventueel braken ontstaat. Er zijn medicijnen tegen deze misselijkheid die worden voorgeschreven door de behandelende arts. Mochten er toch klachten ontstaan, dan zijn er enkele tips om misselijkheid en/of braken tegen te gaan of te verminderen:
- Genoeg blijven drinken, ongeveer 2,5 liter per dag. Dit om de cytostatica zo snel mogelijk het lichaam te doen verlaten.
- Kleine hoeveelheden drinken.
- Kleine maaltijden om te zorgen dat de maag altijd iets gevuld is.
- Neem de tijd om te eten.
- Misselijkheid is soms te onderdrukken met de volgende producten: cola, ginger-ale, gember, rookvlees, bessensap, augurken of yoghurt met vla.
- Na het braken de mond spoelen met water. Dit werkt verfrissend en is goed voor de slijmvliezen.
- Vermijd geuren die de misselijkheid verergeren, zoals: parfum, schoonmaakmiddelen, koffie en gebraden vlees.
Smaakverandering
Door de chemotherapie kunnen de smaakdrempels voor zoet, zuur, zout en bitter zowel verhoogd als verlaagd worden. Dit kan leiden tot verminderde eetlust. Hier is weinig tegen te doen. Een handige tip is om veel verschillende producten te proberen. Ook werkt het als het eten er aantrekkelijk uit ziet. Probeer daarbij ook producten die veel calorieën bevatten, zoals:
- Kies altijd volle producten (volle melk, volle yoghurt of 48+ kaas)
- Chocolademelk
- Kwark
- Smeer royaal boter of margarine
- Dubbele portie beleg op brood
- Schenk een scheutje ongeklopte slagroom of zure room in de koffie, vla, pap, yoghurt, vruchtenmoes, soep of saus
Bloedarmoede
Bloedarmoede ontstaat doordat de cytostatica het beenmerg aantast. In het beenmerg wordt onder andere hemoglobine (rode bloedcellen) gemaakt. Hemoglobine zorgt voor het transport van zuurstof door het lichaam. Als het aantal rode bloedcellen in het bloed te veel afneemt, is er sprake van bloedarmoede. Er kunnen symptomen ontstaan, zoals vermoeidheid, duizeligheid en/of rillingen. IJzer is een bestanddeel van hemoglobine. Het vergroten van de inname van ijzer in de voeding kan zorgen voor betere aanmaak van hemoglobine en daardoor een vermindering van de symptomen. IJzerrijke producten, zijn:
- Vlees (rood vlees, kip, vleeswaren, lever, leverworst, smeerworst en paté)
- Vis
- Ei
- Aardappelen
- Groente (broccoli, veldsla, radijs, snijbiet, doperwten, postelein, raapstelen en rabarber)
- Brood
- Sommige soorten fruit (abrikozen, bessen, vijgen en frambozen)
Voedingsmiddelen die negatief werken tijdens chemotherapie
Grapefruit moet vermeden worden, omdat het de werking van cytostatica vermindert. Verder wordt het afgeraden om Sint Janskruid in te nemen.