Infecties van de huid
Dit artikel gaat over de verschillende infecties van de huid; een ontsteking van de huid en het onderhuids bindweefsel veroorzaakt door micro-organismen. Het zijn acute infecties die meestal vrij 'eenvoudig' te behandelen zijn. In het algemeen wordt gezegd: indien pus aanwezig is moet dit, als het maar enigszins kan, worden verwijderd. Dit kan gebeuren via een incisie of met behulp van trekzalf, waardoor de pushaard sneller doorbreekt. Andere methoden zijn verderop in het artikel te vinden.
Infecties van de huid
Vaak wordt ook geadviseerd -als dit tenminste gemakkelijk uitvoerbaar is, zoals bij infecties aan handen en voeten- er enkele malen per dag mee in Biotex- of sunilwater te gaan. Afhankelijk van de ernst van de infectie moeten antibiotica worden gegeven. Bij enkele van de hierna beschreven huidinfecties moet dit altijd gebeuren, dit staat er dan ook bij vermeld. Lokale desinfectie kan het herstel versnellen en tevens uitbreiding van de ontstekingen helpen voorkomen.
Verklarende Woordenlijst
Verklarende Woordenlijst | |
Macula | Lokale kleurverandering. Het oppervlak is op het normale huidniveau. Bij palpatie is geen onderscheid te voelen ten opzichte van de omgeving. |
Papel (papula) | Een kleine oppervlakkige verhevenheid, maximaal 1 tot 2 centimeter groot. De verhevenheid is niet wegdrukbaar en bevat geen vocht. |
Nodulus | Een knobbeltje dat dieper ligt dan een papel. Het kan liggen in de huid of in het onderhuidse weefsel. |
Nodus | Idem, maar dan ten minste zo groot als een hazelnoot. |
Vestikel (vesicula) | Een blaasje met doorschijnend dek. Het kan zich in de opperhuid zowel als in de lederhuid bevinden. |
Bulla | Een blaar, vergelijkbaar met een vestikel, alleen veel groter. |
Pustel (pustula) | Een vestikel gevuld met pus. |
Cyste | Een huiddefect waarbij de hele epidermis en ook een (groot) deel van de dermis verdwenen zijn; wordt ook wel 'zweer' genoemd. |
Erosie | Een oppervlakkige epitheeldefect, waarbij alleen de epidermis is beschadigd. |
Lichenificatie | Vergroving en verstugging van de huid. |
Petechiën (petechiae) | Puntvormige, kleine bloedinkjes. |
Erytheem | Roodheid van de huid, niet berustend op emoties en hoogstens enkele uren aanwezig. Het is een gevolg van vaatverwijding als reactie op beschadiging van het weefsel. |
Exantheem | Erytheem vergezeld gaand van oneffenheden. Een exantheem is hoogstens een paar dagen aanwezig. |
Epidermis | Opperhuid. |
Dermis | Lederhuid. |
Folliculitis
Een folliculitis is een ontsteking die uitgaat van een haarfollikel. Het begind meestal met een klein, rood en jeukend papeltje. Al snel verschijnt er op deze papel een pustel. Meestal volgt spoedig indroging en herstel. De aandoening komt veel voor en is niet ernstig. De streptokok en de stafylokok kunnen er als veroorzakers bij betrokken zijn.
Steenpuist (furunkel)
Een steenpuist of furunkel is een folliculitis die veel dieper doordringt en ook veel ernstiger verloopt. Er is een vaste, soms harde, ontsteking aanwezig die in het centrum gepaard gaat met pusvorming. Steenpuisten bevinden zich vaak in de nek, in de bilstreek, aan de onderbenen en soms in het gezicht. Ze zijn nogal pijnlijk en geven ongemak. Ze komen vaker voor bij personen met een verminderde weerstand, vooral suikerpatiënten kunnen er last van hebben. De veroorzaker is de stafylokok.
Negenoog (karbunkel)
Een aantal dicht bij elkaar gelegen furunkels noemt men een negenoog. Een negenoog is uiteraard ernstiger dan een steenpuist en geeft tevens aanleiding tot algemeen ziek zijn. Gelukkig komt het negenoog niet zo veel meer voor. Ter behandeling wordt onder andere antibiotica voorgeschreven.
Flegmone
Als een ontsteking zich via weefselspleten onder de huid verspreidt, noemt men dit een flegmone. Het is daarbij mogelijk dat een groot oppervlak onder de huid ontstekingskenmerken vertoont. Er kan zich pus ontwikkelen, hetgeen van buitenaf niet te zien is, maar door palpatie kan worden gevoeld (fluctuatie). Verschillende bacteriën kunnen tot een flegmone aanleiding geven. Ook hier geldt dat antibiotica noodzakelijk zijn ter behandeling.
Wondroos (erysipelas)
Wondroos of erysipelas is een door streptokokken veroorzaakte huidinfectie. De porte d'entrée is vaak een kleine verwonding, die alweer geheel genezen kan zijn nog voordat de wondroos tot uiting is gekomen. Het is echter ook heel goed mogelijk dat wondroos als een complicatie bij een operatiewond ontstaat. Aan de huid is een vaak scherp begrensde ontsteking waar te nemen, psuvorming treedt eigenlijk niet op. De patiënt heeft koorts en voelt zich ziek. Wondroos wordt altijd behandeld met antibiotica.
Nagelriemontsteking (omloop of paronychia)
Door een klein wondje aan de nagelriem, bijvoorbeeld door verkeerd knippen van de nagels, kan een nagelriemontsteking ontstaan, waarbij pusvorming mogelijk is. De verwekker is de stafylokok.
Panaritium
Een panaritium is een etterende ontsteking aan de palmaire kant van de vingers en tenen, ontstaan door een lokale verwonding. Ook een panaritium wordt veroorzaakt door de stafylokok. Men moet erop bedacht zijn dat als complicatie infectie van aangrenzende structuren, zoals pezen en botweefsel kan optreden.
Fistel (pijpzweer)
Dit is een pijpvormige zweer, die vanaf het oppervlak naar de diepte reikt. In de diepte zit een ontsteking die de fistel onderhoudt. Het door dit ziekteproces geproduceerde ontstekingsvocht en het pus komen door de fistel naar buiten. Oorzaak van een dergelijke ontsteking kan een niet verwijderde hechting zijn of een splinter. Pas als deze vreemde voorwerpen zijn verwijderd en de ontsteking geneest, kan de fistel herstellen.
Lymfevatontsteking (lymfangitis)
Lymfevaten lopen vlak onder de huid. Bij ontstekingen aan lymfevaten is het daarom mogelijk dat de huid mee betrokken raakt. Er ontstaat dan een rode streep, in de volksmond ten onrechte met 'bloedvergiftiging' aangeduid.
Lymfeklierontseking (lymfadenitis)
In de oksels, de liezen en aan de hals liggen lymfeklieren vlak onder de huid. Bij ontsteking ervan doet de overliggende huid vaak mee. Lymfeklieren raken ontstoken door aanvoer van bacteriën vanuit het drainagegebied. Er moet zich daar ergens een geïnfecteerde wond bevinden. Deze moet dan ook worden opgezocht en worden behandeld, de lymfadenitis verdwijnt dan vanzelf. Er moet wel gehandeld worden, want de lymfeklier faalt als het gaat om uitzeven van ontstekingsproducten. Zo kunnen bacteriën de bloedbaan kunnen bereiken en sepsis, bloedvergiftiging, kan optreden.