Virussen, bacteriën en schimmels kunnen kanker veroorzaken
Kanker wordt veroorzaakt door een fout in het DNA van een cel. Dit kan diverse oorzaken hebben en virussen, bacteriën en schimmels zijn verantwoordelijk voor minstens één op de zes kankergevallen. Dit is ontdekt door wetenschappers die zich afvroegen waarom bepaalde soorten van kanker streekgebonden waren en welke gemeenschappelijke deler deze patiënten dan gemeen hadden.
De celdeling
In ons lichaam is celdeling een normaal proces. Celdeling vindt plaats om afgestorven en beschadigde cellen te vervangen en wanneer je nog in de groei bent om weefsel in omvang te laten toenemen.
Soms ontstaan er foutjes in dit vermenigvuldigingsmechanisme. De cellen blijven zich delen waardoor een tumor ontstaat. Wanneer deze cellen bij elkaar blijven binnen de weefselstructuur spreken we van een goedaardig gezwel. Wanneer de cellen gaan woekeren en door de verschillende weefsels heen gaan groeien spreken we van een kwaadaardig gezwel (kanker). In dit laatste geval is het ook mogelijk dat er cellen meegevoerd worden door het bloed en ergens anders in het lichaam verder gaan woekeren.
Invloed op de DNA
Bacteriën, schimmels en virussen tasten het immuunsysteem aan, waardoor we verzwakken en vatbaarder zijn voor ziektes. Cellen raken in door de infecties beschadigd en krijgen een doorlaatbare celwand. Bovendien veroorzaken de infecties een lagere zuurgraad en minder zuurstoftoevoer naar de cellen. Omstandigheden die slecht zijn voor normale cellen, maar waarin een kankercel juist goed gedijt. Kankercellen zijn anaeroob.
Wanneer het lichaam verzwakt is en de celwand van de beschadigde cellen doorlaatbaar is geworden, hebben de bacteriën, virussen en schimmels de mogelijkheid om door te dringen in de cel en hun eigen DNA in te bouwen in de beschadigde menselijke cellen. Hierdoor ontstaat een nieuwe hybride, de gevreesde kankercellen. Omdat deze cellen voor vijftig procent menselijk zijn, worden ze door het lichaam erkend als lichaamseigen en valt het immuunsysteem deze cellen niet aan.
Relatie kanker
Galblaaskanker wordt veroorzaakt een infectie met de bacterie Salmonella typhi (veroorzaker buiktyfus). Deze bacterie injecteert eiwitten in de cellen. Hierdoor wordt de signaalfunctie van de cellen verstoort, de celwand wordt doorlaatbaar en de bacteriën kunnen de cellen binnendringen en hun eigen DNA laten muteren met het DNA van de cel. Deze cel mutaties in een toch al beschadigde cel kunnen de cel net dat zetje geven waardoor hij verandert in een kankercel.
Andere aangetoonde relaties tussen een bacterie, schimmel of virus en een kankersoort zijn:
- Chlamydia-infectie en baarmoederhalskanker
- Human papillomavirus (HPV) en baarmoederhalskanker, maar ook strottenhoofdkanker en slokdarmkanker
- Helicobacter pylori en maagkanker/slokdarmkanker
- Pseudomonas bacterie en maagkanker
- Schistosoma haematobium (worm parasiet) en blaaskanker
- Epstein-Barr virus en lymfeklierkanker
- Acinetobacter en acute leukemie
- Streptococcus bovis en darmkanker/rectale kanker
- Borrelia burgdorferi en non-Hodgkin lymfoom
- Chlamydia pneumoniae en longkanker
- Helicobacter pylori bacterie overgebracht via een tekenbeet kan ook op de plaats van de tekenbeet zelf kanker veroorzaken
- Hepatitis virussen (voornamelijk hepatitis B en hepatitis C) en leverkanker
Bekend sinds 1913
Het eerste onderzoek naar kanker en de invloed van parasieten om het ontstaan hiervan stamt uit 1898. De conclusies hieruit werden in 1913 door de onderzoeker Dr. J. Fibiger gepubliceerd. In 1926 ontving Dr. J. Fibiger uit Denemarken de Nobelprijs voor de geneeskunde voor zijn onderzoek, waarbij het verband tussen parasieten en kanker werd aangetoond. Later werd zijn onderzoek als onbelangrijk gekwalificeerd. De kanker bij de ratten zou niet veroorzaakt zijn door de parasieten, maar door vitamine A-deficiëntie. Inmiddels is duidelijk dat Dr. J. Fibiger waarschijnlijk deels gelijk had. De parasieten veroorzaakten op zichzelf geen kanker, maar wel weefselschade en deze weefselschade veroorzaakte celmutaties en hierdoor ontstond de kanker.
Rond dezelfde tijd werd meer onderzoek verricht naar een infectieuze oorzaak van kanker. In 1890 rapporteerde de Schotse patholoog William Russell indirect bewijs voor een bacteriële oorzaak voor kanker.
Nu de oorzaak van vele kankersoorten gevonden is, is het zoeken naar een geneeswijze.