Geneeskundig methodiek schrizofrenie
Bij schizofrenie en aanverwante psychose gaat het om een biologisch verankerde kwets¬baarheid om psychotisch te kunnen worden.
Inleiding
Bij schizofrenie en aanverwante psychose gaat het om een biologisch verankerde kwetsbaarheid om psychotisch te kunnen worden. Dat wil zeggen perioden mee te maken waarbij men waant, hallucineert of ernstig verward is. Opmerkelijk is dat tijdens de psychotische fase er veelal geen ziektebesef aanwezig is.
Epidemiologie
- Bijna één op de honderd mensen lijdt aan schizofrenie
- Per jaar ongeveer 3000 (1 op de 5.000) nieuwe patiënten in Nederland
- Schizofrenie is een chronische ziekte die zich meestal openbaart tussen het zestiende en dertigste levensjaar
- Oorzaak: (nog) onbekend, maar erfelijkheid in combinatie met een verhoogde kwetsbaarheid voor stress spelen een belangrijke rol
- Medicatie is van groot belang: Meest voorgeschreven medicijnen: antipsychotica en anti-Parkinsonmiddelen (tegen bijwerkingen van antipsychotica).
- Er zijn positieve symptomen tijdens de psychose (in het denken en waarnemen; wanen en hallucinaties) en negatieve symptomen na de psychose (moe, weinig initiatief, terugtrekgedrag)
- 20% van de patiënten heeft na een eerste ziekeperiode geen noemenswaardige behoefte aan zorg meer en kan een zelfstandig bestaan opbouwen.
- 10% van de patiënten pleegt zelfmoord binnen de eerste tien jaar van hun ziekte en ruim het dubbele ervan doet pogingen daartoe.
- Wereldwijd wordt een toename van het aantal suïcides gerapporteerd.
- 10-20% van de patiënten brengt zich zelf ernstig, blijvend letsel toe.
- Geschat wordt dat ongeveer zo'n 40% van de patiënten niet of niet op tijd adequate hulp krijgt.
Etiologie
Het optreden van schizofrenie is voor een deel erfelijk bepaald; in de ene familie komt schizofrenie meer voor dan in de andere. Vroeger werd wel gezegd dat schizofrenie aan de opvoeding lag. Een verhoogde kwetsbaarheid voor stress speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van een psychose. Naast spanningsvolle situaties zijn ook andere omgevingsinvloeden van belang. Welke dat precies zijn is niet helemaal bekend, maar men denkt aan problemen tijdens de zwangerschap of rond de geboorte. Ook is bekend dat er sprake is van een stoornis in bepaalde chemische stoffen in de hersenen, die medeverantwoordelijk zijn voor de verwerking van informatie.
Preventie van terugvallen moet gedurende lange tijd geschieden. Helaas is het zo dat er in Nederland verschillende richtlijnen bestaan. Sommigen denken dat relapse preventie een half jaar zou moeten duren, terwijl de Amerikaanse richtlijnen een jaar na remissie adviseren. Deze richtlijn wordt ook gevolgd door de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie. In Nederland wordt door de Schizofrenie Stichting Nederland een duur van tenminste 2 jaar na een eerste episode en 5 jaar na meerdere episodes geadviseerd. Indien we ervan uitgaan dat de kwetsbaarheid voor de psychose biologisch verankerd is, dan zouden we eigenlijk niet moeten aarzelen om in principe levenslang te behandelen en in ieder geval tot dat behandel- en rehabilitatieinspanningen beklijven.
Symptomatologie
- op voor anderen onbegrijpelijke manier angstig of in de war is
- er niet in slaagt om in werk, studie of hobby te presteren wat er normaal gesproken van hem of haar verwacht kan worden
- op een vreemde manier praat, soms ook met nieuwe, zelfverzonnen woorden
- beweert stemmen te horen of praat met denkbeeldige, voor anderen niet werkelijk aanwezige personen
- verhalen ophangt over komplotten of geheime organisaties en daarin soms het eigen gezin of de partner betrekt
- vreemd loopt of beweegt, op zo'n manier dat anderen zich er ongemakkelijk bij voelen
- mensen in de omgeving afschrikt of irriteert door de manier waarop hij of zij zichzelf verwaarloost
- onvoorspelbare woede-uitbarstingen heeft
- de hele dag in bed ligt, maar 's nachts door het huis spookt of in de stad ronddwaalt
- zichzelf kwaad dreigt te doen
- geen vriend(inn)en maakt of hooguit korte, oppervlakkige contacten heeft
- zegt iemand anders te zijn
- zegt dat anderen gedachten uit zijn/haar hoofd trekken of er juist gedachten inbrengen.
Vpk observaties:
- of de medicijnen ingenomen worden.
- Dat de familieleden en andere mensen die de patiënt goed kennen bij de behandeling betrokken kunnen worden.
- Als er klassieke antipsychotica gebruikt wordt, kijken of er geen bijwerkingen zijn
Onderzoek/diagnostiek
Tijdens de opname in het psychiatrisch centrum wordt de zieke bijkomend begeleid en behandeld. Afhankelijk van de algemene toestand en het verloop van de aandoening wordt er een psychotherapeutische behandeling aangeboden. Tijdens deze programmas wordt de zieke geholpen het contact met de realiteit te herstellen, er wordt geoefend in het omgaan met mensen, sociale vaardigheden worden aangeleerd of ingeoefend, enz.
De zieke wordt op de hoogte gebracht van de aandoening, hoe ze uitgelokt, behandeld en onderdrukt kan worden, welke de mogelijke verklaringen zijn, hoe de voorbije periode verlopen is, enz.
Dit aanbod van informatie en het inoefenen van vaardigheden verloopt op maat van de zieke en van de snelheid waarmee hij het aanbod kan verwerken. Te hoge eisen zouden de zieke kunnen overbelasten en een nieuwe acute fase uitlokken of mogelijk resterende psychotische symptomen versterken.
Te weinig aansporing en stimulatie is echter evenmin wenselijk. De zieke zou zich dan in zijn toestand kunnen terugtrekken. Dit zou het verblijf in het psychiatrisch centrum verlengen en het hernemen van het werk en de sociale contacten in het gedrang brengen.
Tijdens de herstelfase zijn steun en begeleiding ergbelangrijk. De zieke komt immers tot het besef dat er iets ernstigs gebeurd is. Hij wordt geconfronteerd met het verlies aan vaardigheden en is daarvoor dikwijls triest en droef gestemd. Hij moet ook zoeken hoe hij opnieuw een rol en plaats in kan nemen in de familie, onder vrienden en op het werk zonder zijn draagkracht te overschrijden.
therapie
Bij klassieke antipsychotica gaat het goede effect op de psychotische verschijnselen gaat echter gepaard met bijwerkingen die op de ziekte van Parkinson gelijken: verminderderde beweeglijkheid en spierstijfheid (Parkinsonisme
Meer bijverschijnselen:
- bewegingsstoornissen
- hormonale veranderingen
- gewichtstoename
- suikerziekte
complicaties
Het ontslag uit het centrum en de overgang naar het normale leven verloopt in stappen en wordt voorzichtig voorbereid. Het herstel is doorgaans niet volledig en er volgt eerst een periode tijdens dewelke de getroffene niet meer meedraait zoals vroeger. Soms blijven er nog beperkte wanen en hallucinaties bestaan. De stemming is gedrukt, de getroffene voelt zich verdrietig en beschaamd om wat er zich tijdens de acute fase afgespeeld heeft en om de verschillende intellectuele en emotionele vaardigheden die verloren zijn. De pogingen die hij onderneemt om zich terug in te schakelen, falen dikwijls, deels omwille van omstandigheden (geen werk, te lang weggeweest) en deels omwille van de psychische tekorten.
Bronnen
http://www.schizofrenieplein.nl/hulp/feiten.htm
http://www.gezondheid.be/index.cfm?fuseaction=art&art_id=822
http://www.schizofrenieplein.nl/hulp/advies/medicijn/medicijnen.behandeling.htm
boek: psychiatrie, 2004, Bohn Stafleu van Lohum, Houten door: Prof.dr.W. Vandereycken en Drs. R. van Deth