Prenatale onderzoeken
Als je zwanger denkt of blijkt te zijn, zal je bij de dokter enkele onderzoeken moeten ondergaan. Om te weten wat je te wachten staat zet ik de meest courante onderzoeken even op een rij.
Voor de zwangerschap
Een gezonde vrouw hoeft voor een eventuele zwangerschap geen specifieke onderzoeken te laten doen. Het is wel nuttig om de bloedgroep te kennen en de staat van immuniteit tegen rode hond. Als er onvoldoende antistoffen tegen rode hond in het bloed aanwezig zijn, kan men eventueel een vaccinatie overwegen. Maar dan moet je nog wel voorbehoedmiddelen gebruiken in de volgende drie maanden. Het virus blijft namelijk nog zo lang aanwezig in het bloed.
Bloedonderzoeken
Tijdens de eerste of tweede consultatie gebeuren ondervraging over de eigen ziektegeschiedenis, ziektegeschiedenis van de vader van het kind, de familiale geschiedenis, je levensgewoonten (roken, alcohol of medicatie) en een aantal bijzonderheden over je menstruele cyclus (datum van de laatste regels, regelmaat en duur). Er wordt met deze en eventueel nog andere gegevens een verloskundig dossier opgemaakt.
Meestal wordt ook bloed genomen om onder andere de bloedgroep te bepalen. Die is vooral belangrijk als de vrouw een negatieve bloedgroep en de man een positieve bloedgroep heeft. Dan is er regelmatig een controle nodig om de resusincompatibiliteit op te sporen. Dit is een toestand waarbij de vrouw bepaalde stoffen aanmaakt die het bloed van de baby kunnen afbreken. Met een bloedtest kan dit proces opgespoord worden, zodat men tijdig kan behandelen.
In het bloed kan men ook de antistoffen tegen rode hond terug vinden. Als een zwangere vrouw besmet wordt met het rubellavirus kunnen er allerlei defecten ontstaan bij de baby. Daarom is het nuttig om te weten of iemand al dan niet voldoende antistoffen heeft. Als dit wel het geval is, hoeft men zich daar niet ongerust over te maken.
Men doet in het bloed ook tests naar toxoplasma of kattenziekte. Men bepaalt de antistoffen tegen toxoplasma in het bloed. Ook wordt nagegaan of de aanstaande ouders ooit in contact zijn geweest met hepatitis B, syfilis of het aidsvirus. Dit is vooral belangrijk voor de baby. Deze ziekten kunnen namelijk worden overgedragen.
Men kijkt het bloed ook na op ijzer en hemoglobine. Dit om te weten of men ijzer moet bijnemen. Vooral bij iemand die vegetarisch eet kan supplementair ijzer innemen aangewezen zijn, eventueel samen met vitamine B12 en foliumzuur.
Echografie
Meestal wordt in de loop van de zwangerschap driemaal een echografie gemaakt (al is het medisch gezien alleen nodig op indicatie). Een eerste keer tussen negen en twaalf weken. De arts probeert de juiste duur van de zwangerschap te bepalen, stelt vast of het een één- of meerling zwangerschap is en kijkt of het vruchtje in de baarmoeder zit en of er hart activiteit aanwezig is. Een tweede keer tussen 20 en 25 weken. Bij deze echografie wordt de groei van de foetus nagekeken en kunnen allerlei afwijkingen opgespoord worden zoals hartafwijkingen, open rug enzovoort. Een derde keer rond 35 weken om de eventuele ligging te bepalen. Ook als er twijfel bestaat over de hoeveelheid vruchtwater of als er andere problemen zijn. Vanaf drie maanden wordt elke zwangere vrouw maandelijks bij de dokter verwacht (naar het einde toe iets frequenter) voor onderzoeken van urine (test op suiker en eiwit), bloeddruk, gewicht meten van het baarmoedervolume, luisteren naar de harttonen van de baby en inwendig onderzoek van de baarmoederhals. Al deze onderzoeken kunnen door je huisarts worden uitgevoerd. Je begeleidende arts kan buiten de hierboven vermelde onderzoeken uiteraard nog andere specifieke onderzoeken voorstellen. Het hier aangehaalde schema is alleen bedoeld als richtschema.
© 2009 - 2024 Raphaella, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Deze informatie is van informatieve aard en geen vervanging voor professioneel medisch advies. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen