Adaptogenen, planten voor harmonie
Door de eeuwen heen zijn mensen steeds op zoek geweest naar gezondheid, vitaliteit, een beter en zelfs een eeuwig leven. Planten hebben bij die zoektocht steeds een belangrijke rol gespeeld. En ook al hebben we het eeuwig leven nog niet gevonden, toch heeft die zoektocht de mens veel kennis over de gezondheidswaarde van planten opgeleverd.
Ginseng
De versterkende planten met de langste en stevigste reputatie zijn ongetwijfeld de ginseng-soorten. Deze Panaxspecies, van Panacée, overal goed voor, werden reeds 5000 jaar geleden in China tijdens de Mingdynastie gebruikt. De vitaliserende werking wordt de laatste jaren nog verder onderbouwd met eindeloos veel wetenschappelijk onderzoek. Ginseng kan zowel een kalmerende als een opwekkende werking hebben. Het is echter geen kalmeringsmiddel zoals diazepam (Valium) en evenmin een stimulans zoals koffie of amfetamines.
Adaptogenen
Deze ‘harmoniserende’ planten zijn we adaptogenen gaan noemen. Deze term werd voor het eerst gebruikt door Prof. Breckman en wordt als volgt omschreven: het zijn planten met (1) een niet specifieke, algemene werking, (2) ze hebben een normaliserende invloed op het lichaam, wat betekent dat ze bij een hoge bloeddruk verlagend en bij een lage bloeddruk verhogend werken en (3) ze hebben weinig of geen bijwerkingen, op voorwaarde dat ze niet te lang gebruikt en niet te hoog gedoseerd worden.
Ginseng zorgt er vooral voor dat je zowel lichamelijk als geestelijk meer aan kan. Lichamelijk vertaalt dat zich in een beter uithoudingsvermogen en een snellere recuperatie bij zware inspanningen. In een onderzoek bleek de pompwerking van het hart en het zuurstoftransport naar de spieren bij 100 atleten significant te verbeteren bij de ginsenggebruikers. (Physical Education Unit Liverpool).
Niet alleen de lichamelijke maar ook de geestelijke en emotionele weerbaarheid bij stresstoestanden wordt door ginsenggebruik verbeterd. Uit concentratietesten aan de universiteit van Uppsala bleek dat het aantal fouten bij de ginsenggebruikers beduidend kleiner was.
Nu niet allemaal direct ginseng gaan verorberen. Relativering is voor je geestelijke gezondheid nog veel belangrijker dan welk wondermiddel dan ook. Daarbij komt dat het ginsenggebruik aan enkele voorwaarden is gebonden: (1) De kwaliteit moet goed zijn. Het is daarom beter gestandaardiseerde preparaten te gebruiken in plaats van commerciële elixirs met van alles en nog wat in. (2) Het gebruik moet langere tijd gebruikt worden, duur kan verschillen van persoon tot persoon (gemiddeld 6 weken). (3) Het resultaat is natuurlijk afhankelijk van de lichamelijke en geestelijke conditie van de gebruiker.
Siberische ginseng
Andere onderzochte adaptogenen zijn de Siberische ginseng (Eleutherococcus senticosus). Al zijn de inhoudsstoffen van deze Taigawortel nogal verschillend met de Panax ginseng, toch blijkt uit proeven met ratten ook hier een weerstandverhogende werking. De plant stimuleert de aanmaak van eiwitten in pancreas, lever en bijnierschors wat waarschijnlijk voor een anabole werking zorgt.
Indische ginseng
Een derde adaptogeen is Withania somnifera of, jawel, de ‘Indische ginseng’, een plant die ook wel vrouwenginseng genoemd wordt. Ashawaganda is de Indische naam voor Withania en betekent ‘is dat wat de geur heeft van een paard’ omdat het de vitaliteit en de sexuele energie van een beest geeft. De traditionele bereiding is een afkooksel in melk met honing, zwarte peper en basmatirijst. Dus eerder als voedsel te gebruiken. Dit gerecht zou opbouwend en verjongend zijn volgens de Ajurveda, de Indische gezondheidsleer.
Nog meer adaptogenen
- Rhodiola rosea – Rozenwortel
- Astragalus membranaceus – Astragalus
- Codonopsis pilosula – Dangshen
- Lepidium meyenii – Maca
Info foto
Het zijn vooral wortels van planten, die als adaptogeen gebruikt worden. De afgebeelde wortel is niet Ginseng maar wel Withania somnifera, een Indische plant, die in ons klimaat ook goed te kweken is.