Galstenen en kruiden
Kruiden kunnen helpen bij het voorkomen van cholesterol galstenen. Zij doen dat bijvoorbeeld door de verzadiging van de gal met cholesterol (onvoldoende gecompenseerd door galzuren en fosfolipiden) af te remmen of door te zorgen voor een goede galdoorstroming en lediging van de galblaas.
Factoren die een rol spelen bij het ontstaan van galstenen zijn
- oververzadiging (supersaturatie) van de gal met cholesterol (onvoldoende gecompenseerd door galzuren en fosfolipiden),
- een snellere cholesterolkristallisatie (door slijmvorming, oxidatieve stress en (sub)acute ontsteking),
- onvoldoende galstroom en lediging van de galblaas (galstase)
- en eventueel toegenomen enterohepatische kringloop van (secundaire) galzuren.
Kruiden tegen galsten beïnvloeden
- de vetstofwisseling en de samenstelling van de gal,
- bevorderen de galsecretie (cholereticum),
- hebben een anti-oxidatieve en ontstekingsremmende werking,
- zijn galdrijvend (cholagogum, cholekineticum) .
Het zijn vooral de klassieke leverplanten zoals mariadistel, paardenbloem, geelwortel en artisjok, die gebruikt kunnen worden
Mariadistel
Mariadistel (Silybum marianum), een bekend leverkruid, wordt al meer dan 2000 jaar gebruikt bij acute en chronische leveraandoeningen, dyslipidemie en gal(blaas)problemen en behoort tot de best onderzochte kruidenremedies in de wereld. De belangrijkste groep medicinale stoffen in mariadistel is silymarine (flavonolignanen zoals silibinine, isosilibinine, silidianine en silichristine). Silymarine heeft diverse eigenschappen ter preventie van galstenen: het is een anti-oxidant en ontstekingsremmer, remt de cholesterolbiosynthese in de lever (het remt het enzym HMG-CoA reductase), stimuleert de galvorming (en afvoer van LDL-cholesterol), verbetert de galsamenstelling (meer galzuren) zodat het cholesterol beter in oplossing blijft, gaat galstase tegen geïnduceerd door oestrogenen of secundaire galzuren en stimuleert de galafvoer. Silymarine herstelt de door oestrogenen afgenomen galzuurvorming. Door de gunstige invloed op de vetstofwisseling en galvorming en –afvoer gaat mariadistel leververvetting tegen. Bij proefdieren is zelfs aangetoond dat de stimulerende werking van silymarine op de galsecretie en galzuuruitscheiding dosisafhankelijk is.
Paardenbloem
Paardenbloem (Taraxacum officinale), vooral de wortel van de plant, wordt van oudsher in landen over de hele wereld (Europa, India, China, Rusland, Korea, Duitsland) toegepast bij lever- en galaandoeningen. Dit ‘onkruid’ bevat verschillende medicinale stoffen waaronder sesquiterpeenlactonen (taraxacine), triterpenen, fytosterolen, fenolzuren, inuline en choline. Orale inname van paardenbloemwortel (als tinctuur of thee) bevordert de spijsvertering, stimuleert de vorming en afgifte van galvloeistof en is een echt levertonicum. Paardenbloem heeft een ontstekingsremmende en antimicrobiële (vooral antivirale) werking; het blad van paardenbloem bevordert de diurese. In Duitsland is paardenbloem een erkend fytotherapeuticum voor lever- en galproblemen en maakt het deel uit van vele kruidenpreparaten voor lever en galblaas. Intraveneuze injectie met paardenbloemthee zorgde bij honden voor verdubbeling van de galsecretie; bij ratten nam de galsecretie door toediening van paardenbloem(bladextract) met 40% toe. Taraxacum had een significante ontstekingsremmende activiteit bij proefdieren met cholecystokinine geïnduceerde acute pancreatitis.
Kurkuma
De wortel van Curcuma longa (kurkuma, Aziatische geelwortel) is een beproefd middel bij galblaasproblemen (lithogene gal, galstase), deze werking is beschreven in monografieën van de Wereldgezondheidsorganisatie en de Duitse Kommission E. Opmerkelijk is de krachtige galdrijvende (choleretische) werking van curcumine, de belangrijkste medicinale stof in kurkuma. Bij 12 gezonde proefpersonen werd waargenomen dat een dosis van 20, 40 en 80 mg curcumine op de nuchtere maag zorgde voor respectievelijk 34, 52 en 72% samentrekking van de galblaas na 2 uur. Daarnaast is curcumine een krachtige anti-oxidant en ontstekingsremmer, het zorgt voor toename van de galsecretie en voor een betere galsamenstelling (daling cholesterolgehalte, verbetering ratio fosfolipiden/cholesterol, toename galzurengehalte). Bij jonge muizen die een lithogeen, galsteenbevorderend dieet kregen voorgeschoteld gedurende 10 weken zorgde aanvulling met curcumine (0,5% van het voer) dat maar 26% van de dieren galstenen kreeg, tegenover 100% in de controlegroep.
Artisjokblad
Al sinds de Romeinse tijd wordt artisjokblad in de Europese kruidengeneeskunde toegepast als cholereticum en diureticum. Bestanddelen in artisjokblad (Cynara scolymus), waaronder chlorogeenzuur, gaan hyperlipidemie tegen, verlagen de cholesterolbiosynthese in de lever door remming van HMG-CoA, stimuleren de galproductie en galafvoer en hebben een ontstekingsremmende, antioxidatieve en leverbeschermende werking.35 Artisjokblad(extract) verlichtte significant spijsverteringsklachten in een studie met 553 mensen, die dyspeptische klachten hadden door een verstoorde galfunctie. Er zijn sterke aanwijzingen dat artisjok galstase tegengaat. In proefdieronderzoek werd aangetoond dat artisjokbladextract de galsecretie significant aanzet waarbij de concentratie galzuren in de gal significant toeneemt.
Andere kruiden die mogelijk werkzaam kunnen zijn: muntsoorten, stinkende gouwe, rammenas, duivekervel en bitterstofplanten zoals gele gentiaan en duizendguldenkruid.