Jicht in het daglicht gesteld
Jicht is één van de oudst bekende ziekten. Hippocrates, de Griekse geleerde die 300 jaar voor onze tijdrekening leefde en beschouwd wordt als de vader van de geneeskunde, beschreef de ziekte als het gevolg van een te veel aan slijm dat afzakt naar de grote teen en daar een pijnlijke ontsteking veroorzaakt. Dat verhaal bleek achteraf niet helemaal te kloppen. Toch blijven tot op vandaag talloze misverstanden rond jicht bestaan.
Jicht is een vorm van reuma - GOED
Reuma is een term die vaak gebruikt wordt voor om het even welke pijn in de beenderen, spieren en gewrichten, in feite is reuma een verzamelnaam voor meer dan 200 soorten reumatische aandoeningen, waaronder ook jicht. Jicht wordt veroorzaakt door urinezuurkristallen in de gewrichten. Urinezuur is een normale afvalstof die in het bloed circuleert en voortdurend uitgescheiden wordt via de urine. De urinezuurconcentratie in het bloed wordt op die manier laag gehouden, zodat het urinezuur opgelost blijft. Sommige mensen scheiden echter niet voldoende urinezuur uit of ze produceren er te veel, waardoor ze een hoger gehalte in hun bloed hebben. Te veel urinezuur in het bloed zet echter aan tot de vorming van kristallen. Deze urinezuurkristallen kunnen de gewrichten binnendringen en zich daarin ophopen. Dat veroorzaakt een ontsteking met een uitgesproken zwelling en veel pijn.
Jicht begint altijd in de grote teen - FOUT
Jicht begint in negen op tien gevallen met een
forse ontsteking in de grote teen. De aanval begint gewoonlijk ‘s nachts en het getroffen gewricht is rood, gloeiend en bijzonder pijnlijk. Aanraking of zelfs een laken of deken op de teen wordt meestal niet verdragen. Gewoonlijk wordt de dokter er onmiddellijk bij geroepen.
Maar niet alle jichtaanvallen volgen dit typische patroon. In 10 procent van de gevallen begint jicht namelijk in een ander gewricht en dan gaat men niet altijd aan de ziekte denken. Doet de jichtaanval zich voor in een pols- of kniegewricht bijvoorbeeld, dan wordt ze gemakkelijk verward met een artrose-opstoot of met artritis. Het stellen van de precieze diagnose is nochtans belangrijk voor het starten van een juiste behandeling. Het gebeurt helaas nog steeds dat mensen jaren aan jicht lijden, vóór de ware oorzaak van hun pijn gevonden wordt.
Te veel alcohol drinken kan jicht veroorzaken - FOUT
Veel drinken kan wel een jichtaanval uitlokken, maar een hoge alcoholconsumptie is nooit de oorzaak van jicht. Jicht is een gevolg van een te hoog gehalte aan urinezuur in het bloed. Dit urinezuur is voor 90 procent afkomstig van de afbraak van eigen lichaamscellen. Slechts 10 procent halen we uit onze voeding. Alcohol kan de uitscheiding van urinezuur door de nieren tijdelijk vertragen, waardoor de concentratie van urinezuur in het bloed automatisch stijgt. Deze tijdelijke stijging kan de druppel zijn die de emmer doet overlopen bij mensen die reeds een verhoogde urinezuurspiegel hebben. Alcohol kan op die manier dus wel een jichtaanval uitlokken.
Jicht komt vaker voor bij levensgenieters – GOED
Mensen die graag en vaak rijkelijk tafelen, zorgen daarmee voor een extra verhoging van het urinezuurgehalte in hun bloed. Lekker eten bevat doorgaans veel purines, stoffen die in het lichaam afgebroken worden tot urinezuur. Voor mensen die reeds een relatief hoog gehalte aan urinezuur in het bloed hebben, kan zo’n tijdelijke toename in urinezuur na een overvloedige maaltijd, net voldoende zijn om een jichtaanval uit te lokken. Wie graag goed eet en drinkt, loopt daarom iets meer risico op jicht.
Als je jicht hebt, moet je zure voeding vermijden - FOUT
Sommige mensen beweren dat zure of zuursmakende voedingsmiddelen, zoals yoghurt en tomaten, jicht kunnen verergeren. Niets is minder waar. Dit fabeltje is gebaseerd op de idee dat het bloed van jichtlijders te zuur is door het vele urinezuur. Door zure dingen te eten, zouden we het bloed nog verder verzuren en dat zou de jichtlijder zeer zuur kunnen opbreken. In werkelijkheid is het bloed van de jichtlijder helemaal niet zuur. Integendeel, het urinezuur is in het bloed opgelost onder de vorm van een neutraal zout. Zure voeding heeft absoluut geen invloed op de zuurtegraad van het bloed. We beschikken over nauwgezette regelmechanismen die de pH van het bloed voortdurend constant houden. Dat is noodzakelijk voor de normale werking van ons organisme.
Jicht moet levenslang behandeld worden - GOED
Mensen die in hun leven slechts één jichtaanval doormaken, zijn echte uitzonderingen. Van zodra je enkele jichtaanvallen achter de rug hebt, moet je je behandeling met urinezuurverlagende medicatie levenslang blijven doornemen. Zelfs als je al jaren geen klachten meer gehad hebt. Eén pilletje per dag is voldoende om de rest van je leven klachtenvrij te blijven. De moeite waard dus. Helaas stoppen veel mensen na verloop van tijd hun behandeling of vergeten ze het gewoon. De pijnlijke aanvallen komen dan vaak terug. Wanneer jicht onvoldoende behandeld wordt, kunnen de nieren schade oplopen.
Jicht kun je niet oplossen met een dieet alleen - GOED
Omdat rijkelijk tafelen een jichtaanval kan uitlokken bij een persoon met een reeds hoge urinezuurspiegel in het bloed, doen jichtlijders er goed aan hun levensstijl aan te passen. Gezond eten, niet overdrijven met vettige spijzen en vooral matigen met alcohol is de boodschap. Een streng dieet hoeft niet echt en zal ook niet zoveel effect hebben, vermits de voeding slechts een ondergeschikte rol speelt bij jicht. Anderzijds moet je een hoge urinezuurspiegel niet nog meer de hoogte in jagen.
Tot de producten die veel purines (stoffen die in het lichaam afgebroken worden tot urinezuur) bevatten, behoort zowat alles dat lekker is: orgaanvlees, diverse vissoorten, kreeft, mosselen, gans, lamsfilet, varkensfilet, kalfsfilet, linzen. Veel jichtlijders kampen met
overgewicht en hebben een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Ook hier zit de levensstijl voor iets tussen. Een vet- en cholesterolarm dieet is daarom een absolute aanrader voor elke zwaarlijvige jichtpatiënt. Het zal niet alleen zijn uiterlijk, maar ook zijn hart en zijn gewrichten ten goede komen.
Jicht wordt behandeld met sterke pijnstillers - FOUT
Jicht is één van de weinige reumatische ziekten waarvoor we een uitstekende behandeling hebben. Jichtpatiënten die de specifieke anti-jichtbehandeling nauwgezet volhouden, blijven bijna steeds klachtenvrij. Een jichtaanval moet worden aangepakt met colchicine, een geneesmiddel dat enkel voor jichtaanvallen gebruikt wordt. Omdat dit middel nogal eens aanleiding geeft tot diarree, kan een jicht-opstoot ook met ontstekingswerende middelen behandeld worden. Eens de aanval voorbij, moet een onderhoudsbehandeling gestart worden met specifieke medicijnen die de urinezuurconcentratie in het bloed verlagen. Wanneer je deze behandeling goed volgt, krijg je in principe geen jichtaanvallen meer.
Jicht leidt nooit tot misvormingen van de gewrichten - FOUT
Als jicht niet correct of onvoldoende behandeld wordt, zal de ziekte na verloop van jaren leiden tot allerlei misvormingen in de gewrichten en tot de vorming van typische jichtknobbels in de huid. Deze knobbels verschijnen vooral ter hoogte van de vingers, de tenen en de oorschelpen. Ook de nieren raken aangetast. Met de huidige behandelingsmogelijkheden zouden eigenlijk geen gewrichtsmisvormingen meer mogen voorkomen. Helaas worden naar schatting 60 procent van de jichtpatiënten niet behandeld zoals het zou moeten.
Jicht is een typische mannenziekte - GOED
De meeste jichtlijders zijn mannen van rond de 40 jaar. Vrouwen worden slechts zelden getroffen. Wellicht speelt het mannelijke hormoon een belangrijke rol bij het optreden van jicht. Kinderen en jonge vrouwen worden uiterst zelden door jicht getroffen.
Uit onderzoek blijkt dat de urinezuurspiegel in het bloed licht verhoogt vanaf volwassen leeftijd. Bij mannen treedt deze stijging op veel jongere leeftijd op, wellicht lopen zij daarom meer risico om jicht te ontwikkelen. Bij vrouwen treedt de urinezuurstijging pas rond de menopauze op. Als zij jicht krijgen, is dat meestal op oudere leeftijd.
Jicht wordt in veel gevallen erfelijk bepaald - GOED
Het urinezuur in het bloed is afkomstig van de afbraak van purines. Purines zijn afbraakproducten van beschadigde cellen. In het lichaam worden voortdurend cellen afgebroken en opgeruimd. 90 procent van dit urinezuur is afkomstig van celafbraak en slechts 10 procent komt uit de voeding. Op het belangrijkste deel van het urinezuurgehalte hebben we dus geen vat. De snelheid van de celafbraak beïnvloedt de urinezuurconcentratie en deze snelheid wordt erfelijk bepaald. Dat iemand een vrij hoge urinezuurspiegel in het bloed heeft, ligt voor een stuk vast in zijn genen.