Tand eruit, wat te doen?
Door een ongeval zoals een klap of stoot tegen de kaak kan een tand of kies losraken. Ook kan een ernstige ontsteking ervoor zorgen dat de tand loslaat. In dit laatste geval is terugzetten vaak niet meer mogelijk omdat het kaakbot teveel geslonken of afgebroken is. Een tand of kies wordt bij voorkeur in speeksel of in melk bewaard. Dit voorkomt uitdrogen, waardoor deze gemakkelijker terug gezet kan worden. Wie binnen één uur na het ongeval de tandarts bezoekt heeft de grootste kans van slagen. Wanneer de tand niet terug gezet kan worden, is een brug om een implantaat met kroon nog mogelijk.
Een tand of kies verliezen: oorzaak
Een tand valt er nooit zomaar uit, er is altijd meer aan de hand. Voor kiezen geldt hetzelfde. Rond de leeftijd van 5 tot 7 jaar begint het melkgebit te wisselen. De melktanden worden als eerste vervangen door blijvende tanden. Daarna worden de melkkiezen vervangen. In deze periode is het dus normaal dat de melktanden en kiezen loslaten.
Een blijvend loszittende tand of kies is nooit normaal. Opgemerkt moet worden dat tanden en kiezen altijd een heel klei beetje los lijken te zitten. Dit komt omdat ze iets bewegingsvrijheid moeten hebben. Maar een tand of kies die plots veel losser zit of uitvalt, heeft een onderliggende oorzaak. De meest voorkomende oorzaken zijn vergaande ontstekingen zoals parodontitis, waarbij het kaakbot wordt aangetast, of een harde klap of stoot tegen de tand of kies.
Wat te doen?
Zit de tand los? Laat deze dan vooral zitten! Probeer de tand of kies niet zelf eruit te trekken. Een bezoek aan de tandarts is een eerste vereiste. Het ligt er hierbij aan in hoeverre de tand los zit. Wanneer deze iets losser zit dan normaal, dan is er geen spoed bij. Maar wel wanneer deze erg los zit en eventueel gepaard gaat met bloedverlies.
Een tand of kies die los is geraakt uit het kaakbot zal vaak los in de mond liggen of op de grond zijn gevallen. In deze gevallen is het belangrijk de tand direct in de mond te bewaren of in een bekertje melk. In de mond wordt de tand bij voorkeur onder de tong of tussen tanden e wang bewaard. Voorkom dat de tand ingeslikt wordt. Voor kinderen is het niet handig om de tand in de mond te bewaren: vaak slikken ze deze per ongeluk in, bijten erop of spugen hem uit. In deze gevallen kan een beker melk uitkomst bieden, bij voorkeur volle of halfvolle melk.
Waarom de tand of kies bewaard moet worden in speeksel of melk? Zowel speeksel als melk bevat enzymen dat ervoor zorgt dat de tand niet uitdroogt. Wanneer deze eenmaal uitgedroogd is, is terugzetten niet of slecht mogelijk.
Snel naar de tandarts
Met de bewaarde tand of kies moet zo snel mogelijk naar de tandarts gegaan worden. Iedere tandarts(praktijk) kent een spoedeisende hulp of heeft weekenddienst. Via het telefoonnummer van de tandarts is vaak te beluisteren (antwoordapparaat) wie er dienst heeft. Het kan dus best zo zijn dat er niet naar de eigen tandarts gegaan kan worden. Maar dit is op dit moment niet van belang: belangrijker is dat de tand zo snel mogelijk terug gezet wordt.
Terugzetten en genezing
Binnen één uur na het verliezen van de tand moet deze teruggezet worden. Dan is de kans op slagen het hoogst. De tandarts zal de tand terug in het ontstane gat zetten en aan de buurtanden vastmaken middels een ijzeren draadje. Dit lijkt nog het meest op een retentiebeugel. De tandarts zal regelmatig controleren in hoeverre de tand weer aangroeit. Dit kan door middel van een röntgenfoto.
Soms sterft de zenuw af. Dit gebeurt vooral wanneer de zenuw te lang niet van bloed is voorzien. Wanneer de zenuw afsterft, zal de tand ongevoelig worden voor kou en warmte. Ook kan de tand verkleuren. Bij een afgestorven zenuw is een wortelkanaalbehandeling nodig. Hierbij wordt het wortelkanaal schoongemaakt en leeggehaald. Vervolgens wordt deze opgevuld met materiaal. Een wortelkanaalbehandeling lijkt voor velen eng, maar de meeste mensen kunnen goed verdoofd worden. Bij een afgestorven zenuw zal er geen pijn voelbaar zijn. Een wortelkanaalbehandeling is zeker nodig om te voorkomen dat er een ontsteking bestaat.
Tand is volledig verloren gegaan
Helaas kan het gebeuren dat de tand of kies niet meer te redden is. Er is dan een gat tussen de tanden of kiezen aanwezig. Naast het feit dat dit niet mooi staat, kan het ook nog eens nadelige gevolgen hebben voor het gehele gebit. Zo kan de beet veranderen en kunnen de buurtanden scheef gaan groeien. De vrijgekomen ruimte wordt vaak door de buurtanden benut om naar toe te groeien. Als gevolg hiervan kan er een grote scheefstand ontstaan, waardoor dichtbijten of het goed schoonhouden van het gebit moeilijker wordt.
Een ontbrekende tand kan gevuld worden door middel van een brug. Hierbij wordt er een kunsttand gemaakt en met de buurtanden verbonden door middel van hechtmateriaal. Soms is het nodig om de buurtanden/kiezen hierbij gedeeltelijk af te slijpen. Een andere, maar kostbare methode, is het zetten van een implantaat. Hierbij wordt een kunstwortel van metaal in de kaak vastgezet. Dit gebeurt door de kaakchirurg onder vaak plaatselijke verdoving. Een implantaat moet 4 tot 6 maanden vastgroeien. Daarna wordt er een kunsttand, de kroon op geplaatst. Mensen met een implantaat kunnen soms last krijgen van
implantaatpijn. Het resultaat is vaak wel blijvender dan een brug. Bovendien zal met een brug het kaakbot snel slinken, iets dat met een implantaat niet zal gebeuren.