Aangeboren halsfistel of halscyste
Embryo's van gewervelde dieren hebben allemaal een stadium waarin ze kieuwbogen hebben. Bij de mens is dit rond de 27ste dag van de bevruchting. Alleen bij vissen ontwikkelen de bogen zich tot echte kieuwbogen, met een functie in de ademhaling. Bij amfibieën, reptielen, vogels en zoogdieren veranderen de embryonale kieuwbogen in heel andere organen. Een kleine onvolmaaktheid in deze ontwikkeling kan na de geboorte leiden tot specifieke afwijkingen.
Tijdens de embryonale ontwikkeling vormen de kieuwbogen uit het hoofd- en halsgebied zich. Deze verschuiven, verkorten, verlengen en vergroeien tot uiteindelijk vorm wordt gegeven aan bepaalde organen, zoals keel, neus en oren, het hoofd en de nek. Dit gebeurt tussen de 3e en 8e week van de zwangerschap. Naar gelang de holte waaruit het letsel ontstaat, kan dit aanleiding geven tot een halscyste of halsfistel. Een halscyste is een onnatuurlijk gevormde lichaamsholte en een fistel is een onnatuurlijk gevormd kanaaltje in de hals. Ze zijn al te zien voor het geoefend oog vlak na de geboorte, als kleine intrekkingen in de huid van de hals. Ze kunnen dubbelzijdig zijn, zowel links als rechts, als eenzijdig. Als ze geïnfecteerd raken worden de gaatjes rood en zwellen op, zodat ze makkelijk te zien zijn.
Zes kieuwbogen
Het embryo heeft zes kieuwbogen. Deze buisjes reiken vanaf de voor- en achterkant van de oren, langs de hals tot in het mediastinum (middelste gedeelte van de borstholte), ongeveer tot het middenrif. Het zijn de oude kieuwen.
Achtergebleven embryonale resten uit de tweede, derde of vierde kieuwboog kunnen laterale halscysten of hals fistels veroorzaken. In dit geval sluiten de kieuwbogen zich niet goed. Lateraal betekent aan de zijkant. Laterale halscysten zijn met vocht gevulde zwellingen aan de zijkant van de hals. Een laterale halsfistel is een abnormale verbinding vanaf de mondholte langs de keel tot aan de buitenzijde van het lichaam. De kanaaltjes kunnen variëren in lengte en route. De oorsprong begint in de meeste gevallen in de mondholte, maar kunnen een heel gevarieerd patroon laten zien in de route naar de keel. Het is te zien als een klein gaatje in de hals waar vocht of ether uitkomt. Soms raakt het vocht ontstoken, waardoor pus uit de opening kan vloeien. Ook een laterale halscyste kan ontstoken raken en een abces vormen.
Echter ook als de eerste kieuwboog zich niet goed sluit, spreken we van een pre-auriculaire fistel, oftewel bijoortje. Deze is niet heel zeldzaam is (een paar per duizend geboorten), waarbij er op de wang voor het oor aan een of aan beide zijden nog een heel klein gaatje te bespeuren is.
Voor welk deel is elke kieuwboog verantwoordelijk?
- 1e kieuwboog: voor het uitwendig oor en de inwendige organen als de hamer en het aambeeld.
- 2e kieuwboog: voor de aanmaak van de stijgbeugel (inwendig oor)
- 3e kieuwboog: voor de aanmaak van het hart, de bloedvaten en de halsslagader
- 4e kieuwboog: voor de aanmaak van de aorta boog en een deel van de aorta (grote lichaamsslagader)
- 5e kieuwboog: ontwikkelt zich niet
- 6e kieuwboog: voor de aanmaak van de verbinding tussen de aorta en de slagaderstam die uit de rechter hartkamer komt en zich splitst in de linker- en rechter longslagader.
Behandeling
In principe hoeft in beide gevallen niet behandeld te worden, tenzij ze gaan ontsteken. Meestal betreft de halscyste de 2e en 3e kieuwboog. De cyste ligt hoog in de hals. De met vocht gevulde holte wordt chirurgisch verwijderd.
Bij een halsfistel ligt de inwendige opening vaak in de tonsil (amandelen). Door inspuiten van contactvloeistof kan het verloop van de fistelgang worden bepaald. Zo wordt voorkomen dat resten van de fistelgang achterblijven, waardoor een recidive ontstaat.