Ziekte van Oguchi: Nachtblindheid en Mizuo-Nakamura fenomeen
De ziekte van Oguchi (congenitale stationaire nachtblindheid) is een autosomaal recessieve oogaandoening die het netvlies treft. De oogziekte kenmerkt zich door congenitale (aangeboren) nachtblindheid (hemeralopie) en het Mizuo-Nakamura fenomeen dat de oogarts beoordeelt via fundoscopie. De symptomen komen aan beide ogen tot stand. Patiënten met deze aandoening lijden aan nachtblindheid, waarbij ze moeite hebben om aan te passen aan het donker. Andere ooggerelateerde symptomen komen niet tot uiting. Een behandeling is niet voorhanden voor deze oogafwijking. De vooruitzichten zijn echter wel goed omdat de symptomen normaalgezien stabiel zijn. De aandoening werd tot slot voor het eerst beschreven in 1907 door Chuta Oguchi in het ziekenhuis van het leger in Tokio.
Epidemiologie ziekte van Oguchi
De ziekte van Oguchi is een uiterst zeldzame aandoening. Er zijn slechts enkele tientallen gevallen beschreven in de medische literatuur. De aandoening werd voor het eerst ontdekt in Japan, waar de prevalentie het hoogst is. De ziekte komt echter ook voor in Europa, Amerika, Pakistan en India.
Oorzaken en erfelijkheid aandoening
De ziekte van Oguchi wordt veroorzaakt door een mutatie in het SAG-gen op chromosoom 2q37 (Oguchi Type 1) of een mutatie in het GRK1-gen op chromosoom 13q34 (Oguchi Type 2). Deze aandoening is autosomaal recessief. Broers en zussen van een getroffen familielid hebben een kans van 25% om ook deze ziekte over te erven.
Risicofactoren
De belangrijkste risicofactor voor de ziekte van Oguchi is het erfelijke aspect van de aandoening, omdat het een autosomaal recessieve aandoening is. Personen met een familiale voorgeschiedenis van de ziekte hebben een verhoogd risico om deze aandoening te ontwikkelen. Andere risicofactoren zijn niet goed gedocumenteerd, gezien de zeldzaamheid van de aandoening.
Symptomen: Nachtblindheid en Mizuo-Nakamura fenomeen
De ziekte van Oguchi presenteert zich normaal gesproken bilateraal (aan beide ogen). Tijdens een fundoscopie ziet de oogarts bij blootstelling aan licht (dertig minuten tot één uur) een typische goudgele of zilvergrijze verkleuring van de fundus, vooral rond de oogzenuw en in het maculagebied. Dit fenomeen, bekend als het Mizuo-Nakamura-fenomeen, verdwijnt in donkere omstandigheden. Na twee à drie uur in totale duisternis herstelt de normale kleur van de fundus zich. Patiënten ervaren sinds de vroege kindertijd
nachtblindheid die niet verergert, met normaal dagzicht. Ook hebben patiënten moeite met het aanpassen aan donkere omstandigheden. Andere visuele functies, zoals de
gezichtsscherpte, het gezichtsveld en kleurwaarneming, zijn meestal normaal. Er zijn geen andere organen betrokken bij deze aandoening.
Alarmsymptomen
De belangrijkste alarmsymptomen van de ziekte van Oguchi zijn de manifestatie van nachtblindheid en het Mizuo-Nakamura-fenomeen tijdens een fundoscopie. Bij kinderen kan nachtblindheid vaak worden verward met angst voor het donker, wat het diagnosticeren bemoeilijkt. Bij volwassenen kan de aandoening onopgemerkt blijven door de kunstmatig verlichte omgeving, wat het risico op late diagnose vergroot.
Diagnose en onderzoeken
De diagnose van de ziekte van Oguchi is klinisch en is gebaseerd op de aanwezigheid van nachtblindheid en het Mizuo-Nakamura-fenomeen tijdens fundoscopie. Beeldvormend onderzoek door middel van
elektroretinografie (ERG) toont een vertraagde donkeraanpassing van de staafjes, terwijl de kegels normaal functioneren. Genetisch onderzoek bevestigt de diagnose. De nachtblindheid kan moeilijk te diagnosticeren zijn, vooral bij kinderen. Angst voor het donker bij kinderen en de kunstmatig verlichte omgeving bij volwassenen kunnen het diagnoseproces bemoeilijken.
Behandeling
Anno september 2024 is er geen specifieke behandeling beschikbaar voor de ziekte van Oguchi. Behandelingen richten zich voornamelijk op het beheren van de symptomen, aangezien er geen therapieën zijn die de aandoening zelf kunnen genezen.
Prognose van aandoening
De prognose voor de ziekte van Oguchi is over het algemeen goed, omdat de symptomen meestal stabiel blijven. Hoewel de aandoening in principe stabiel is, kunnen sommige patiënten een verminderde gezichtsscherpte of een vernauwd gezichtsveld ervaren, vooral bij oudere patiënten (ouder dan 70 jaar). Normaal gesproken zijn er geen andere (oog)aandoeningen betrokken, hoewel er in de medische literatuur gevallen zijn beschreven van patiënten met bijkomende aandoeningen zoals
diabetische retinopathie.
Complicaties
Er zijn weinig directe complicaties geassocieerd met de ziekte van Oguchi, aangezien de aandoening meestal stabiliseert. Mogelijke complicaties zijn verminderde gezichtsscherpte of een vernauwd gezichtsveld bij oudere patiënten. Er zijn geen andere organen betrokken bij deze aandoening, en bijkomende complicaties zoals diabetische retinopathie komen voor in afzonderlijke gevallen.
Preventie
Gezien de genetische aard van de ziekte van Oguchi is preventie voornamelijk gericht op genetische expertise voor families met een voorgeschiedenis van de aandoening. Er zijn geen specifieke preventieve maatregelen die genomen kunnen worden om de ziekte te voorkomen. Genetisch onderzoek kan helpen bij het identificeren van dragers van de mutaties, maar kan de ontwikkeling van de aandoening zelf niet voorkomen.