Byssinose: Longaandoening na blootstelling katoenen stof
Byssinose is een longaandoening die ontstaat nadat een patiënt katoenen stof en stof van andere plantaardige vezels zoals vlas, hennep of sisal inademt op het werk. Deze vorm van beroepsastma treft vooral werknemers uit de textielsector in ontwikkelingslanden. De aandoening ontstaat namelijk wanneer op de werkplaats onvoldoende ventilatie aanwezig is en de werknemers onvoldoende beschermd zijn. De symptomen van deze beroepsziekte zijn vergelijkbaar met die van astma, waarbij de luchtwegen eveneens vernauwd zijn. In het begin van de week zijn de vele symptomen, waaronder kortademigheid, het ergst, maar deze verbeteren wel tegen het einde van de werkweek.
Synoniemen byssinose
Byssinose is eveneens bekend onder deze synoniemen:
- bruine longaandoening (eigenlijk een verkeerde benaming aangezien de longen bij deze ziekte niet bruin zijn)
- byssinosis
- katoenlongaandoening
- katoen werknemerslong
- maandagkoorts
- molenkoorts
Epidemiologie longaandoening
De zeldzame longaandoening treedt het vaakst op bij arbeiders die in de textielindustrie werken. Vooral in ontwikkelingslanden is deze longaandoening nog veel voorkomend. Door preventiemaatregelen komt deze aandoening in de meeste ontwikkelde landen nog maar weinig voor, daar werknemers een masker en beschermende kledij dragen tijdens het werk en er voldoende ventilatie aanwezig is. Patiënten met een voorgeschiedenis van
astma of
allergie hebben een hogere kans op het krijgen van byssinose. Exacte cijfers van het aantal patiënten wereldwijd zijn niet gevonden in de geresulteerde bronnen. Ook andere informatie over de geografische of raciale voorliefde is niet gevonden.
Oorzaken: Blootstelling aan katoenen stof
De oorzaak van byssinose, een vorm van
beroepsastma, is de blootstelling aan het stof geproduceerd door ruwe katoen.
Symptomen: Lijkt op astma
De patiënt heeft een beklemmend gevoel op de borst, lijdt aan
kortademigheid, moet vaak
hoesten en vertoont tevens een
piepende ademhaling. De symptomen zijn veelal vergelijkbaar met die van een astma-aanval na blootstelling. In ernstige gevallen heeft de patiënt een
droge hoest,
koorts, spier- en
gewrichtspijn,
rillingen en is hij
vermoeid. De symptomen van deze chronische vorm van een stoflongziekte (
pneumoconiose) zijn veelal slechter aan het begin van de werkweek en verbeteren later in de week. De symptomen zijn ook minder ernstig wanneer de patiënt niet meer op de werkplek aanwezig is.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
De patiënt krijgt een uitgebreid lichamelijk onderzoek bij de arts. De arts luistert naar de
borstkas met een stethoscoop (
auscultatie), waarbij hij abnormale
ademgeluiden hoort. Hij identificeert namelijk een piepende ademhaling. Hij informeert tevens naar de werkomstandigheden van de patiënt.
Diagnostisch onderzoek
Andere mogelijke diagnostische onderzoeken omvatten een
radiografisch onderzoek van de borstkas (
thoraxfoto), een
CT-scan van de borstkas en een longfunctieonderzoek (
spirometrie).
Differentiële diagnose
De differentiële diagnoses omvatten:
Behandeling: Voorkomen blootstelling, medicatie en hulpmiddelen
Voorkomen blootstelling
De belangrijkste behandelingsmethode bestaat uit het voorkomen van de blootstelling aan de stof. De eigenaar van de fabriek vermindert daarom het beste de aanwezige hoeveelheid stof (door het verbeteren van de machines of de ventilatie). Sommige patiënten kiezen ervoor om een andere tewerkstellingsplaats te zoeken om verdere blootstelling te vermijden.
Medicatie en hulpmiddelen
Een aantal
geneesmiddelen die ook gebruikt worden voor astma, zoals luchtwegverwijders, verbeteren meestal milde symptomen.
Corticosteroïden zijn nodig in meer ernstige gevallen. Het is verder van vitaal belang dat de patiënt stopt met
roken. Puffen (verstuivers) zijn nodig als de aandoening lang aanhoudt. Zuurstoftherapie is soms vereist als het zuurstofgehalte in het bloed laag is (
medische term is "hypoxemie"). Dit valt op te sporen met een speciaal onderzoek met een klemmetje dat de arts op de vinger plaatst, beter bekend als een "
pulsoximetrie" (zuurstofgehaltemeting). Ook ademhalingsoefeningen en fysieke activiteiten zijn mogelijk nuttig.
Prognose aandoening longen
De symptomen verbeteren of verdwijnen meestal nadat de patiënt niet meer blootgesteld is aan de stof. Een lange of voortdurende blootstelling resulteert mogelijk in een toenemende frequentie van de symptomen en een permanente verminderde longfunctie (vernauwing van de luchtwegen en longlittekens). Een mogelijke complicatie is
chronische bronchitis (aanhoudende ontsteking van de luchtpijpvertakkingen). Af en toe komt een patiënt te overlijden door infectie of
ademhalingsproblemen.
Complicaties longaandoening
Mogelijke complicaties van byssinose omvatten:
- Chronische bronchitis (aanhoudende ontsteking van de luchtpijpvertakkingen), die kan optreden door langdurige blootstelling aan irriterende stoffen en stofdeeltjes.
- Pneumoconiose (stoflongziekte), die kan leiden tot verdere longschade en verminderde longfunctie.
- Ademhalingsproblemen als gevolg van blijvende vernauwing van de luchtwegen, wat kan resulteren in een chronische beperking van de ademhaling.
- Longinfecties, zoals pneumonie, die kunnen optreden door de verzwakte longfunctie en verminderde weerstand.
- Hypoxemie (laag zuurstofgehalte in het bloed), wat kan verergeren door de vermindering van de longcapaciteit en zuurstofopname.
Preventie van byssinose
Preventie van byssinose omvat:
- Verbetering van de arbeidsomstandigheden door het implementeren van effectieve ventilatiesystemen en stofafzuiging in werkplaatsen waar ruwe katoen en andere vezels worden verwerkt.
- Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen zoals ademhalingsmaskers en beschermende kleding door werknemers om blootstelling aan stof te minimaliseren.
- Regelmatige monitoring en controle van de luchtkwaliteit op de werkplek om ervoor te zorgen dat de concentratie van schadelijke deeltjes binnen veilige limieten blijft.
- Het bieden van regelmatige gezondheidscontroles en ademhalingsoefeningen aan werknemers om vroege symptomen van byssinose tijdig op te sporen en te behandelen.
- Educatie en training van werknemers over de risico's van blootstelling aan stof en het belang van het naleven van veiligheidsmaatregelen op de werkplek.
- Overstappen naar alternatieve materialen of processen die minder stof en schadelijke stoffen genereren, indien mogelijk.